Medjugorje kerk

Medjugorje België en Nederland

Medjugorje Maria

nov

21



Magdalena de la Cruz: de non die een pact sloot met de duivel

  
 
Download PDF

Magdalena de la Cruz: de non die een pact sloot met de duivel

De heilige des duivels gedurende 40 jaar en haar ontsnapping aan een kwaadaardig pact d.m.v. uitzonderlijk berouw

De vervolging op 24 november 2011 van de valse Italiaanse mystica, Moeder Ebe Giorgini, stichtster van de godsdienstbeweging "La Pia Unione di Gesù Misericordioso", maakt nogmaals het belang duidelijk dat we voorzichtig moeten zijn wanneer het gaat over mystici, zieners en dergelijke, en doet ons denken aan het ongelooflijke levensverhaal van de valse mystica Zuster Magdalena van het Kruis [1487-1560].

De befaamde Franciscanernon die een pact sloot met satan

Zuster Magdalena van het Kruis [Magdalena de la Cruz] werd in 1847 geboren in Cordoba, in het Spaanse Andalusië. Ze werd naar de mystica H. Maria Magdalena genaamd, die men zich volgens de Kerkelijke traditie herinnert als de grote "zondares waarbij Jezus zeven duivels had uitgedreven" [Markus 16:9], en die ook gekend was voor haar uitzonderlijk berouw. Magdalena van het Kruis zou op een dag ook een uitzonderlijk mystica worden, en later een berouwvol zondares die ernstige boetedoening deed voor haar zonden. Zelfs de grote H. Theresa van Avila zou tijdens heel haar leven in heel Spanje nooit zo'n prestige verwerven als Zuster Magdalena van het Kruis. Haar [ogenschijnlijk] uitzonderlijke vroomheid en de mirakels die ze deed waren in heel Spanje bekend, en zelfs in een groot deel van Europa. In die mate zelfs dat Keizer Karel V, de heerser van het Romeinse en Spaanse Rijk, een stuk vroeg van de habijt van Magdalena van het Kruis om de toekomstige Prins Filip II bij zijn geboorte in te wikkelen, om zijn koninklijk zoon  "vanaf zijn geboorte de bijstand te geven van een levende heilige, en om hem te omhullen met Goddelijke genade". Prins Filip II werd keizer in 1556.

Het eerste visioen van de kleine Magdalena

Maar op dit moment in het verhaal is kleine Magdalena net 5 jaar oud, en in haar dorp is ze reeds gekend voor haar opmerkelijke devotie, die heel uitzonderlijk is voor een meisje van haar leeftijd. Niet lang na haar vijfde verjaardag zit ze in de kerk te bidden, wanneer ze plots heel bekoorlijke muziek hoort. Er verschijnt  een jonge man aan haar, met dik, zwart haar en een mantel die zo  schittert dat ze haar ogen moet sluiten. Toen het verhaal de ronde deed dachten sommige dat het Jezus was geweest. Het nieuws van deze gebeurtenis verspreid zich in heel Cordoba en heel wat mensen willen de kleine Magdalena ontmoeten.

De hemelse verschijningen onderscheiden van de duivelse

De moeilijkheid waar we nu mee geconfronteerd worden bij het uitpluizen van Magdalena's jonge leven, is dat er, zoals bij alle mystici en hun mystieke genaden, vaak invloeden en verschijningen zijn van het duivelse, gelijklopend met de hemelse verschijningen. Zoals in het geval van de Bijbelse Job, laat God de duivel toe om zelfs mystici te verleiden en uit te dagen om hun geloof, liefde en devotie op de proef te stellen. Dit is het geval bij zo goed als elke mysticus. En bij Magdalena is het begrijpen van haar mystieke gaven en genaden zelfs nog moeilijker tijdens haar vroege jaren, omdat er zeker een periode was dat Magdalena blijk gaf van authentieke vroomheid en diepgaande devotie, met de oprechtheid en eenvoud van een kind. Maar we weten dat ze een pact sloot met de duivel, dus er moet een moment geweest zijn wanneer de hemelse verschijningen in aantal afnamen of zelfs helemaal stopten, en vervangen werden door de duivelse verschijningen.

Maar voorlopig leeft Magdalena een eenvoudig leven samen met haar gezin, arme ambachtslieden. En terwijl Magdalena een rolmodel van bescheidenheid en gedrag blijft gaan de visioenen door, het ene na het andere, en na verloop van tijd trekt dit de aandacht van velen; zo veel zelfs dat ze op een dag wegvlucht van huis om in een nabijgelegen grot te gaan schuilen en waar ze opnieuw in extase valt. Wanneer ze wakker wordt beseft ze dat ze op miraculeuze wijze door haar beschermengel naar haar bed was teruggebracht.

Miraculeuze genezingen

Kort daarna verschijnt een man aan haar van wie ze denkt dat het Jezus is, en vraagt haar om haar ascese [een systematische strenge onthouding van alle zinnelijke genoegens] te matigen om haar kwetsbare gezondheid niet in gevaar te brengen. Hij vertelt haar dat haar een grote lotsbestemming wacht en dat ze haar krachten nodig zal hebben. Ze loopt naar de kerk om Jezus te bedanken en onderweg ontmoet ze een man die mank loopt en die haar vraagt om hem te helpen de trappen naar de kerk op te helpen. Hij is nog maar een paar treden ver als hij plots rechtop staat en totaal verrast en verrukt loopt hij het hele dorp door, roepend dat hij genezen is.

Magdalena zelf gaat de kerk binnen en valt in diepe extase. Er komt al gauw iemand binnen die naar haar op zoek is en die zich realiseert dat ze een visioen heeft. Ze kijkt in de ogen van Magdalena en ziet in de weerspiegeling in haar ogen de hemelen en wat lijkt op de Heilige Drievuldigheid, omringd door de Gemeenschap van Heiligen. Kort erna wordt Magdalena onderworpen aan allerlei ondervragingen [net zoals Jezus na de genezing van de blinde man] om sluwe streken te proberen achterhalen, maar zonder resultaat. Niet lang daarna zou een stomme persoon zijn spraak teruggekregen hebben door haar bemiddeling.

Magdalena probeert zichzelf te kruisigen

In 1497, op tienjarige leeftijd, is Magdalena al een mooi meisje. En in haar zuiverheid verschuilt ze zichzelf onder lange, zwarte jurken en rokken. Maar ze vindt zichzelf nog te mooi, en op een dag probeert ze als boetedoening zichzelf aan de muur van haar slaapkamer te kruisigen. Eerst nagelt ze beide voeten vast, dan haar linkerhand. Ze bloedt en verliest het bewustzijn door de enorme pijn. Haar huid scheurt en ze valt zwaar op haar borstkas, waarbij ze twee ribben breekt. Haar ouders laten de dokter komen en hij verbindt al haar wonden, maar ze brandt van verlangen om verschrikkelijk te lijden voor het herstel van haar zonden, en ze rukt steeds opnieuw haar zwachtels af om nog meer te lijden. Maar als gevolg hiervan wordt ze al snel heel erg ziek.

Op Paaszaterdag 1497 is Magdalena bedlegerig en ze lijkt stervende te zijn, waarschijnlijk van de infecties aan haar wonden  van haar mislukte kruisiging. Om middernacht slaakt ze een kreet, gaat rechtop in bed zitten, rukt opnieuw alle zwachtels af en roept uit dat ze genezen is. Ze zegt dat het Jezus zelf is die net aan haar verschenen is en haar genezen heeft

Een verlengde vasten en haar eerste Heilige Communie

Drie maanden voor haar eerste Heilige Communie stopt Magdalena met eten. Haar ouders smeken haar om te eten, maar zonder resultaat; ze vast tot de zondag van haar eerste Heilige Communie, verbazingwekkend genoeg zonder haar gezonde voorkomen te verliezen. Op de dag van de plechtigheid, op exact het moment van de consecratie, slaakt ze opnieuw een kreet en gaat lange tijd neerliggen, met het gezicht neerwaarts. Wanneer ze de kerk verlaat vertelt ze dat de Heer Zelf de Eucharistie in haar mond had gelegd, zonder dat ze hiervoor bij de priester moest gaan.

Wonden lijken in één nacht  te genezen en het verhaal van twee kleine vingers

Op zestienjarige leeftijd blijft Magdalena iedereen verbazen met haar uitzonderlijke devotie en haar opmerkelijk verlangen om te boeten voor haar zonden. Velen zien haar als een levende heilige, want wie anders dan een heilige kan zo'n uitzonderlijke boetedoening doen? Wanneer ze zichzelf tot bloedens toe geselt tijdens haar boetedoening, zijn tot ieders verbazing haar wonden de volgende dag op miraculeuze wijze genezen. Ze is gezond, en alles aan haar lijkt normaal behalve twee vingers die niet gegroeid zijn zoals de anderen: op zestienjarige leeftijd zijn ze niet langer dan de pink van een kind. Sommigen zeggen dat het de twee vingers zijn die Christus tijdens haar kindertijd op een nacht tijdens een verschijning had aangeraakt.

Magdalena wordt Franciscanernon

In 1504, op zeventienjarige leeftijd, krijgt Magdalena wat het grootste verlangen in haar leven blijkt  te zijn: een Franciscanernon worden, een geestelijke dochter van de H. Franciscus en de H. Clara. Omwille van haar reputatie van heiligheid wordt ze tot haar grote vreugde toegelaten tot het Franciscanenklooster van de H. Eli

In 1504, op zeventienjarige leeftijd, krijgt Magdalena wat het grootste verlangen in haar leven blijkt  te zijn: een Franciscanernon worden, een geestelijke dochter van de H. Franciscus en de H. Clara. Omwille van haar reputatie van heiligheid wordt ze tot haar grote vreugde toegelaten tot het Franciscanenklooster van de H. Elizabeth van de Engelen in Cordoba, waar ze al gauw een inspiratie is voor veel van de nonnen.

Er zijn echter een paar probleempjes. Ze is blijkbaar niet discreet over haar geestelijk leven en verdiensten; ze brengt zichzelf ernstige tuchtigingen toe, draagt een zwaar kruis doorheen heel het klooster, kust de voeten van haar gezellinnen, stopt blijkbaar volledig met eten en leeft enkel nog van de H. Communie. Al deze zaken zijn reden voor grote bezorgdheid, maar ze lijkt heel vroom en is bereid om de meest vervelende taken uit te voeren, dus haar “buitensporigheden” zijn grotendeels voorlopig nog tenminste.

In 1509, op 22-jarige leeftijd en na een paar jaar als postulante, heeft ze al een reputatie verworven van heiligheid, en hierdoor vind men het veiliger om haar de geloften alleen te laten afleggen. Er wordt enorm uitgekeken naar de gebeurtenis en ze wordt goed voorbereid. Alle edelen proberen een goed plekje te vinden in de kerk, en om nog meer glans toe te voegen aan de grote dag liet de aartsbisschop zijn troon met fluweel overtrekken.

En eindelijk komt de dag van de plechtigheid. Magdalena zal nu gekend zijn als Zuster Magdalena van het Kruis, in nagedachtenis van haar heroïsche kruisiging tijdens haar jeugd. De plechtigheid begint en ze komt naar voor en knielt en wacht tot de kardinaal zijn speech begint. Maar in plaats van haar te vragen om de geloften van christelijke deugdelijkheid en vroomheid af te leggen, zoals het gebruikelijk is, verzoekt hij haar om haar gebeden en bescherming voor zichzelf en het bisdom.

De miraculeuze duif

Tijdens het Kyrie Eleison gebeurt er iets opmerkelijks: een duif, die recht uit de top van de kathedraal lijkt af te dalen, trekt ieders aandacht. De duif landt op Magdalena's schouder en lijkt iets in haar oor te fluisteren. Daarna stijgt ze op naar een balustrade en blijft daar zitten alsof ze toekijkt tot het einde van de plechtigheid. Daarna vliegt ze de kerk buiten en de mensen die naar buiten lopen om haar  te volgen zien haar bijna recht omhoog opstijgen, net zo lang tot de lucht zich onder haar lijkt te sluiten. Het nieuws van deze gebeurtenissen verspreidt zich als een lopend vuurtje door heel het land, en zelfs tot over de grenzen heen.

Naarmate de weken en maanden na de plechtigheid verstrijken, vertoont Zuster Magdalena de la Cruz (zoals ze nu gekend is) al gauw buitengewone capaciteiten. Zonder dat ze ooit het klooster verlaat, weet ze blijkbaar alles van wat er in Cordoba en op andere plaatsen gebeurt, vooral in het nabijgelegen Franciscanenklooster en ook in de aristocratische en edele huizen in Cordoba. Zoals in het verleden blijft ze regelmatig in extase gaan, en als ze niet in haar cel zit wanneer de extases gebeuren, dragen haar gezellinnen haar naar haar cel en trekken zich dan discreet terug. Soms wordt hun nieuwsgierigheid zo groot dat ze vanop een korte afstand blijven luisteren en vaak een geprevel horen van onbekende woorden, evenals kreunen van lijden.

Haar bekendheid en blijft zich over heel Spanje en Cordoba verspreiden

Zoals te verwachten zwellen de geruchten rond al deze opmerkelijke gebeurtenissen aan en overschrijden ze zelfs de landsgrenzen. Het klooster wordt overstelpt met brieven: van her en der verzoeken mensen aan Magdalena van het Kruis om haar gebeden en geestelijke hulp. Er zijn ook gulle donaties, en het klooster van Magdalena bruist van activiteit.

Magdalena’s voorspellingen

Het is in deze tijd dat een andere mystieke gave van Zuster Magdalena de kop opsteekt: ze kan blijkbaar de toekomst voorspellen. In 1515 voorspelt ze de dood van Koning Ferdinand in het volgende jaar, een voorspelling die uitkomt, alsook de heerschappij van Kardinaal  Francisco Jiménez de Cisneros over het koninkrijk van Castilië. Als teken van dankbaarheid geeft Kardinaal Jiménez haar een vermiljoenen ostensorium, wat de bewondering en devotie van haar medezusters en anderen nog doet toenemen.

Een onverwachte en opmerkelijke zwangerschap op de dag van Maria Boodschap

Op 25 maart 1518, dag van het Feest van de Aankondiging of Maria Boodschap, vertelt Magdalena heel discreet aan haar abdis iets wat de vrome vrouw met grote verwarring en verstomming vervult: Magdalena vertelt dat ze de voorbije nacht zwanger was geworden van het kind Jezus,  door de kracht van de H. Geest. En dus was Magdalena van het Kruis, het licht van het klooster van de H. Elisabeth van de Engelen, zwanger.

Rekening houdend met het enorme schandaal dat zo'n nieuws onvermijdelijk zou uitlokken, gebood de abdis aan Magdalena om dit voorlopig volkomen geheim te houden, terwijl ze om leiding bidt om te weten hoe het nu verder moet. Naarmate de dagen voorbijgaan houdt de abdis Magdalena discreet in de gaten, en na een paar weken kan ze niet anders dan te buigen voor het duidelijke bewijs, want Magdalena's buik wordt merkbaar ronder, en het moment zal komen dat ze dit “werk” van de H. Geest...of de natuur niet langer zullen kunnen verbergen.

De nonnen zijn verdeeld over de miraculeuze zwangerschap van Magdalena

De nonnen worden allen op de hoogte gebracht van de situatie en het klooster is al snel in twee kampen verdeeld. Enerzijds zij die twijfelen aan de miraculeuze ontvangenis: sommigen misschien omdat ze stiekem jaloers zijn op Magdalena, anderen omdat het zo'n uitzonderlijke zaak is die nooit gebeurd is bij iemand anders dan de H. Maagd Maria, en niets in de Bijbel verwijst naar een tweede geboorte van Jezus in deze wereld. Op dit punt twijfelen de meesten nog niet echt aan haar heiligheid, hoewel al deze buitengewone zaken zonder twijfel reden zijn tot voorzichtigheid in het vellen van een oordeel. En dan zijn er nog alle gulle giften die blijven toestromen ter ere van de “levende heilige” en de talloze mensen die om haar tussenkomst en gebeden vragen. Dit alles heeft de neiging om de andere zusters in het klooster op de achtergrond te plaatsen, en zorgt ervoor dat ze zich onbekwaam voelen in hun spiritualiteit en deugdelijkheid. Velen van hen vertellen aan hun biechtvader dat ze jaloers zijn en nijd voelen tegenover haar. En om verscheidene redenen is deze bovennatuurlijke zwangerschap voor sommigen dan ook onvoorstelbaar, het meest van al omdat zo'n mirakel niet in de Bijbel geschreven staat.

Anderzijds zijn er, eveneens in groot aantal, zij die zeggen dat Gods wegen ondoorgrondelijk zijn, en dat de Allerhoogste gedurende vele jaren al allerlei buitengewone genaden verleend heeft aan zijn nederige dienares. Het is begrijpelijk dat zij niet kunnen inschatten hoe zij haar zuiverheid zou hebben kunnen bezoedelen: zij die zo toegewijd en vroom lijkt en die trouwens nooit buiten het klooster komt. De twijfelaars geven hier als antwoord dat ze steeds alleen is als haar biechtvader komt, en ook dat de tralies van het kloosterhek zo ver van mekaar staan dat  iemand die zwaarder is dan de Heilige Geest er door kan. Er werd echter een eed van stilzwijgen afgelegd door beide kampen, hoewel sommigen zich niet kunnen bedwingen zodat het buitengewone nieuws zich al snel door heel Cordoba en het buitenland verspreid. Maar hoe reageert Magdalena hierop? Ze blijft totaal onverschillig voor alles wat gezegd en geïnsinueerd wordt.

Het lijkt er zelfs op dat ze nog meer toewijding aan de dag legt in de uitoefening van deugdzaamheid door het verdubbelen van haar boetedoeningen. Ze loopt blootsvoets op gebroken glas en geselt haar rug en schouders, en draagt een boetegordel.

De aartsbisschop geeft opdracht tot een medisch onderzoek van Zuster Magdalena

Toen hij het nieuws vernam zond de Aartsbisschop van Sevilla drie ervaren vroedvrouwen om Magdalena te onderzoeken. Na een zorgvuldig onderzoek bevestigen ze dat de non daadwerkelijk zwanger is en dat het een feit is dat haar maagdelijkheid volledig intact en onbetwistbaar is. In alle kerken en doorheen het hele land worden er talloze dankgebeden gezegd, en binnen het klooster worden de twijfelaars en roddelaars het zwijgen opgelegd en moeten ze boete doen voor hun twijfels.

Op Kerstavond 1518 vertelt Magdalena dat de bevalling niet lang meer op zich zal laten wachten. Achteraan in de tuin wordt een klein huisje voor haar in gereedheid gebracht, want haar beschermengel had haar in een visioen aangeraden om alleen te zijn bij de geboorte zodat ze nog meer zou lijden bij gebrek aan menselijke hulp. Magdalena blijf drie dagen in het huis opgesloten terwijl de gemeenschap voor haar blijft bidden. Het verhaal dat Magdalena vertelt wanneer ze het huisje verlaat, is fenomenaal.

Ze vertelt dat ze tijdens de Kerstnacht om middernacht geboorte had gegeven aan een fantastische baby die zoveel licht uitstraalt dat het wel het middaguur leek. De kilte in haar kamer wordt plots warm en het goddelijk kind lijdt totaal geen koude.

Tijdens de geboorte begint Magdalena's haar heel snel te groeien, en het verandert van zwart naar blond. De lengte van het haar laat toe om het kind er volledig in te wikkelen en warm te houden.

Als bewijs van het mirakel snijdt ze een paar blonde lokken af voordat het haar terug z'n normale kleur terugkrijgt. De nonnen strijden om een paar miraculeuze haarlokken om ze als waardevol relikwie te kunnen houden.

Zuster Magdalena de la Cruz zet het verhaal over de opmerkelijke geboorte verder, en zegt dat ze op Kerstochtend helemaal alleen was. Het mooie kindje was verdwenen maar aan haar borst was nog te zien dat ze het gevoed had. Haar lichaam vertoonde ook nog de tekenen van een recente geboorte. Kort daarop worden de vroedvrouwen opnieuw naar Magdalena gestuurd om de echtheid van deze feiten te verifiëren, en om te kijken of Magdalena's maagdelijkheid nog intact was na de geboorte. Er wordt een Te Deum gehouden in de kathedraal en er stromen giften binnen zoals nooit tevoren. Maar zoals we al snel zullen ontdekken was deze hele gebeurtenis in werkelijkheid het werk van de duivel, en meer bepaald uitgevoerd door twee demonen, Balban en Patorrio...

Er blijven echter roddels de ronde doen, dus in een poging om voor eens en altijd een einde te stellen aan de roddels komt er op een morgen een monnik-exorcist aan in het klooster, terwijl de non in extase is. Hij benadert haar en steekt twee lange naalden in haar lichaam; één in haar voet en de andere in haar hand. De naalden dringen diep in het vlees, maar Magdalena blijft er ongevoelig voor, zonder enige reactie, hetgeen voor velen bevestigd dat haar extases echt waren. Wanneer de naalden teug worden uitgetrokken komt er een dun straaltje bloed uit de wonden.

Haar vasten wordt aan een strenge tekst onderworpen

Ondanks deze test wordt zuster Magdalena aan een andere test onderworpen, deze keer betreffende haar onthouding van voedsel; een vasten die ze zogezegd al elf jaar volhield. Want er werd geïnsinueerd dat sommige aspirant-kloosterzusters haar voedsel brachten.

De abdis vraagt daarom dat er de klok rond een wacht van twee monniken uit een nabijgelegen Franciscanenklooster aan de deur van Magdalena's cel wordt geplaatst, met een beurtwissel tussen de twee monniken. Bovendien laat ze het raam van de kamer dicht nagelen. Na een paar dagen ontdekt men dat Magdalena plotseling verdwenen is. Ze zoeken overal naar haar en vinden haar terug aan een volledig andere kant van de tuin, slapend naast een fontein. De monniken verzekeren de abdis dat ze hun waakzaamheid geen seconde hadden laten verzwakken. Zuster Magdalena zelf vertelt dat de H. Franciscus haar naar deze plaats had overgebracht. Niemand kan hier uiteraard een verklaring voor geven en men besluit dat het een nieuw mirakel is in het buitengewone leven van Zuster Magdalena van het Kruis.

Een kathedraal wordt gebouwd

Op dit moment in tijd heeft Zuster Magdalena reeds een grotere prestige verworven dan de abdis zelf. Men raadpleegt haar voor alle belangrijke beslissingen die door de gemeenschap moeten genomen worden. Zelfs van buitenaf vraagt men haar om advies en het duurt niet lang of Magdalena en haar bevriende nonnen zijn beter geïnformeerd over wat er in de stad gebeurt dan de aartsbisschop zelf.

In 1523 wil de Aartsbisschop een nieuwe kathedraal laten bouwen, en door de overvloedige giften die naar Zuster Magdalena gestuurd werden, is haar Klooster van de H. Elisabeth van de Engelen het rijkste in heel Spanje, waardoor het in staat is om te voorzien in het grootste deel van het benodigde geld voor de bouw ervan. Daarom wordt Zuster Magdalena's advies gevraagd over hoe de kathedraal er dient uit te zien.

Zr. Magdalena de la Cruz wordt tot abdis verkozen

En zo komt het dat Magdalena's bekendheid gedurende negenentwintig jaar gegroeid is in proportie tot haar vermeende deugden, en dat ze een bestaan geleid heeft dat, hoewel soms vervuld met verbazingwekkende gebeurtenissen, voor het grootste deel op een positieve wijze heeft bijgedragen aan de verrijking van het klooster, door haar uitoefening van deugdzaamheid en de hemelse tekenen  die een inspiratie zijn voor de gelovigen. Door haar voortdurende vroomheid en opoffering inspireert en fascineert ze de Spaanse hoge clerus, en velen vinden dat ze een hogere functie verdient in het klooster, één die in proportie is tot haar verdiensten. Er wordt voorgesteld dat ze abdis zou worden, vermits de huidige abdis steeds zwakker wordt. Met een vermeende nederigheid protesteert Magdalena hiertegen en ze schuift haar zwakke administratieve capaciteiten als reden naar voren, zeggende: “Laat hen Zuster Isabella van de H. Drievuldigheid kiezen”.

Maar vele van haar medezusters willen haar zo graag als abdis, dat Magdalena op 17 februari 1533 tot abdis wordt verkozen, in aanwezigheid van de Overste van de Orde. Ze haalt vierenveertig stemmen, tegen zeven stemmen die aan Isabella van de H. Drievuldigheid werden gegeven.

Magdalene moedigt ernstige kastijdingen en boetedoeningen aan

Met Magdalena aan het hoofd van het klooster verandert er aanvankelijk weinig in het klooster. Alleen Moeder Magdalena lijkt een sterke neiging te hebben naar het beoefenen van ernstige kastijdingen, en ze spoort haar medezusters aan om hetzelfde te doen. Hiermee lokt de abdis soms heel moeilijke situaties uit.

En zo gebeurt het dat de zusters tijdens de biecht, uit hypocrisie of angst voor strenge straffen, zichzelf enkel kleine fouten verwijten. Bij het horen hiervan wordt Moeder Magdalena enorm kwaad, waardoor de zusters al gauw enorme angst krijgen. Ze beveelt hen om meer ergere zonden toe te geven, en de arme nonnen worden bang door de strengheid van de abdis. Sommigen barsten in tranen uit, en anderen gaan in een soort van half bezetenheid waarbij ze over de grond rollen en hun lichaam krullen, om daarna langzaam aan terug normaal te worden.

Om de meest schuldigen te berispen voor hun vermeende geestelijke zwakheden, beveelt de abdis sommigen om in de refter op handen en knieën te kruipen en met hun tong een kruisteken te maken op de schoenen van alle aanwezige nonnen.

Het duurt niet lang of de biecht van de nonnen wordt al meer zoals Moeder Magdalena het wil, zogezegd om de ware zonden van de zusters te tonen. Straffen worden nu toegekend in proportie tot de ernst van de fouten, want volgens abdis Magdalena is het noodzakelijk om volledig te boeten voor de zonden, en om hierin te slagen worden de geselingen met de gewone koord vervangen door een koord met ijzeren uiteinden.

De manier en het tijdstip voor het uitvoeren van de straf wordt door de abdis gemoderniseerd.  Toen er voorheen boetedoening gedaan werd en de straf uitgevoerd werd, werden de kaarsen gedoofd zodat niemand de nonnen kon zien die voor deze vorm van ernstige mortificatie kozen. Het was de eigen keuze van de nonnen om zichzelf te straffen, en het gebeurde in het donker zodat niemand zou weten wie ervoor koos om zichzelf te straffen. Dit was om de nederigheid van de nonnen te bewaren.

Maar vanaf nu moesten de kaarsen blijven branden, op bevel van Moeder Magdalena, en de nonnen krijgen alle tijd die ze nodig hebben om zichzelf openlijk te geselen, in het licht van de kaarsen en in aanwezigheid van de andere nonnen. Volgens haar moest het zien van de zelf uitgevoerde boetedoening een aansporing zijn voor de anderen om hetzelfde te doen, ofwel werden ze blootgesteld aan de verontwaardiging van anderen en werden er bij veel van de andere nonnen innerlijke gevoelens van onvermogen, geestelijke zwakte, en ontmoediging  uitgelokt. Vermits we weten dat Moeder Magdalena op dit moment door de duivel geleid werd (wat we al snel zullen zien), wordt verondersteld dat deze buitengewone boetedoeningen een poging van de duivel waren om enerzijds  bij sommige nonnen geestelijke trots in te prenten, en ontmoediging en wanhoop bij anderen anderzijds.

Gedaan met de 'kleine boetedoeningen' zoals het bedelen om voedsel aan elke tafel; want volgens Moeder Magdalena is dat makkelijk voor een hoogmoedige ziel. Volgens haar is ernstige mortificatie de kern van ware boetedoening. De nonnen moeten nu op hun knieën zitten op planken die vol steken met afgeronde ijzeren nagelkoppen; ze moeten boetegordels dragen of gordels met kleine ijzeren pinnen aan de binnenkant; in deuropeningen gaan liggen zodat de andere nonnen  op  hen kunnen stappen; en sommigen dragen zelfs een doornenkroon. En toch lijken deze extreme praktijken geen afbraak te doen aan de uiterlijke toewijding die de meesten in de gemeenschap voor hun nieuwe abdis hebben. Ze wordt tweemaal herkozen met meerderheid van stemmen. Niemand durft blijkbaar haar autoriteit en macht binnen de gemeenschap in vraag te stellen.

Zr. Magdalena zwakt andere Orderegels af

Verbazingwekkend genoeg zwakt abdis Magdalena van het Kruis een aantal regels van de Orde af die al eeuwen bestonden. Dit zorgt uiteraard voor opschudding, eerst en vooral binnen de andere Franciscanengemeenschappen in haar Orde, en ook bij de Aartsbisschop en de priesters in de plaatselijke kerk. Maar zoals in het verleden speelt haar reputatie hierbij een grote rol, en men laat haar heel wat regels van de Orde binnen haar eigen klooster afzwakken.

Naar verluidt verschijnt de Heilige Franciscus aan haar en wordt ze vrijgesteld van de biecht

Magdalena moedigt niet alleen enerzijds aan tot ernstige boetedoening en mortificatie, en anderzijds zwakt ze een aantal regels van de Orde af, maar omwille van haar “heiligheid” verschijnt de H. Franciscus, de stichter van haar Orde, naar verluid op een nacht aan haar en stelt haar vrij van de biecht.

En over de biechtgelegenheden van haar medezusters zegt ze dat het een belediging is voor hen om door middel van een raster gescheiden te zijn van hun biechtvader. Volgens haar moeten de nonnen en hun biechtvader met het gezicht naar mekaar toe zitten. Dit veroorzaakt heel wat opschudding, niet enkel bij de zusters, maar ook bij de priesters zelfs, omdat men op dat moment in heel Katholiek Spanje nog niet van zo'n gebruik gehoord had.

Bovendien moeten de zusters van Moeder Magdalena van het Kruis op vrijdagen niet meer vasten “zodat ze nog grotere mortificaties kunnen doorstaan”. Veel van haar medezusters geloven dat deze grote hervorming van de Franciscanenorde die ze doorvoert nieuwe voorspoed in het klooster zal brengen, en in de Orde zelf. Het is niet verbazend dat  later de grote Spaanse hervormer en mystica, de Karmelietes H. Theresa van Avila, grote tegenstand zou ondervinden bij de hervormingen die ze een paar jaar later binnen de Orde der Karmelieten in Spanje wilde doorvoeren.

Kort erna verklaart Moeder Magdalena dat ze op een avond een dode vrouw (vermoedelijk een ziel uit het vagevuur?) op bezoek kreeg om haar de biecht af te nemen. Daarop eist ze dat de jonge nonnen en novices die avond nog bij haar in de cel de biecht laten afnemen. Dit veroorzaakt uiteraard nog meer tegenstribbelingen en twijfels, met name bij Isabella van de H. Drievuldigheid die nog steeds niet vergeten was dat ze in 1533 door Magdalena verslagen werd bij de verkiezingen, en aan wie Magdalena (als abdis) sindsdien de ernstigste vernederingen heeft opgelegd.

Moeder Magdalena krijgt bewondering van vele hoogwaardigheidsbekleders

Maar midden in deze onrustige, nieuwe hervormingen en richtlijnen van Moeder Magdalena, snoert de bewondering die ze van de groten van haar tijd krijgt de criticasters de mond, want Koningin Isabelle van Spanje zelf stuurt haar portret naar Moeder Magdalena en verzoekt haar om haar gebeden. Ook de Aartsbisschop van Sevilla schrijft naar haar en noemt haar in zijn brieven “het gelukkigste schepsel op aarde”, waarschijnlijk door alle vermeende hemelse genaden die ze zogezegd ontvangt.

De edelste dames, zwanger en kort bij hun bevallingsdatum, zonden de baby-uitzet naar Magdalena om het te zegenen, zoals bijvoorbeeld Keizerin Isabel deed voor de geboorte van Filip II. Wanneer Keizer Karel V in 1535 zijn expeditie naar Tunis begon, zond hij zijn banier naar Cordoba opdat Magdalena hem zou zegenen. Kardinaal Manrique, de inquisiteur-generaal en Giovanni di Reggio, de pauselijke nuntius ondernamen pelgrimstochten om haar te bezoeken. En naar verluidt verzocht zelfs de paus om haar gebeden voor de Christelijke Republiek, hoewel het moet gezegd worden dat dit in die tijd de gewoonte was voor prioressen zoals Moeder Magdalena die als vroom werden beschouwd, want er werden vaak gebeden gevraagd voor de Kerk of de lokale bisdommen.

De twijfels over Moeder Magdalena beginnen toe te nemen

De openbaringen en mirakels die Moeder Magdalena sturen en begeleiden lijken een aanleiding te zijn voor haar om beslissingen te maken die meer en meer betwistbaar en verwarrend zijn. En opnieuw onthult ze op een morgen verontrustende openbaringen: “De H. Maagd is aan mij verschenen en leidde me deze nacht door de gangen. Ze glimlachte naar jou, Zuster” en dan keek ze iemand aan die tegen haar in opstand was gekomen: “maar aan jou gaf ze een minachtende blik”.

Het is begrijpelijk dat deze openbaringen ergernis veroorzaken bij de nonnen die er het slachtoffer van zijn. Ze protesteren, samen met de families die buiten het klooster moeten vaststellen dat hun dochters de toegang tot het klooster wordt geweigerd, omdat bijvoorbeeld één van hun voorouders misschien Joods was. Moeder Magdalena ontvangt haar informatie natuurlijk van de H. Maagd zelf, maar in de families heersen verontwaardiging en boosheid, die aanleiding zijn tot  toename van twijfels betreffende de vermeende hemelse leiding die de abdis krijgt.

De verkiezingen van 1542 zorgen voor een verrassend resultaat

Bij de volgende abdisverkiezingen krijgt Moeder Magdalena slechts een handvol stemmen en wordt Isabella van de H. Drievuldigheid met grote meerderheid verkozen. Als eerherstel (en misschien als vergelding voor haar eigen vernederingen?) verplicht ze Magdalena die avond om met haar tong zoveel kruistekens op de vloer te maken als er tegels zijn in de refter.

Terwijl ze dit doet gaat Magdalena in extase. Toen dit vroeger gebeurde droegen de zusters haar naar haar cel. Nu laat men haar voor een groot deel van de nacht ter plekke liggen. Na de “extase” keert ze zelf terug naar haar cel.

De twijfels blijven maar toenemen, en men verdenkt Magdalena er opnieuw van dat ze heimelijk voedsel krijgt vermits ze nu al dertig jaar dagelijks vast.

Bovendien wordt op een dag een doosje met hosties naar de abdis gebracht. Dit doosje, dat teruggevonden werd onder Magdalena's bed, lijkt te bewijzen dat het “mirakel” van de spontane Communie dat in het verleden vaak plaatsvond, een trucje was.

Een duivelse aanwezigheid wordt vastgesteld

In 1543 wordt Magdalena ernstig ziek. Voor de abdis lijkt dit een goeie gelegenheid om haar te verplichten een algemene biecht te doen over haar hele leven. Maar op het moment dat de biechtvader zijn stola omhangt om haar de biecht af te nemen, begint Magdalena stuiptrekkingen te krijgen. De priester vermoed een duivelse aanwezigheid en laat een dokter komen die ook heel bekend is met het geestelijke leven. Hij onderzoekt Magdalena en merkt tijdens één van haar extases op dat haar ogen niet star blijven, wat één van de duidelijke tekenen zijn van echte extases. Hij prikt haar met een naald maar krijgt geen reactie. Dan dompelt hij de naald onder in wijwater, en Magdalena begint te kreunen. Dit doet onmiddellijk het vermoeden rijzen dat Zuster Magdalena bezeten is door een demon.

Naarmate de tijd vordert wordt de ziekte van Magdalena steeds erger. Ze begint zelf heel bezorgd te worden, en vraagt vaak aan de dokter om haar op de hoogte te houden van de evolutie van haar ziekte. Op een dag in december hoort ze: “Je bent stervende. Je zal volgende Kerstmis niet meer meemaken.”

Overmand door angst draait en keert Magdalena zich in haar bed,  gaat dan rechtop zitten en spreekt de mysterieuze woorden: “1544!! De veertig jaren zoals aangekondigd! Ik ben een vervloekte hond! Breng me naar de hel!”

Dan valt ze terug neer op haar bed, en begint afschuwelijke godslasteringen uit te schreeuwen, waarna ze opeens door een onzichtbare kracht van haar bed getild wordt en in de lucht blijft hangen, om dan terug hard op het bed te vallen. Dit gebeurt een paar keer, maar blijkbaar doet ze zichzelf geen pijn.

Uiteindelijk beslist de abdis om een heel oude en ervaren priester, Eerwaarde Don Juan van Cordoba te laten roepen, en ze vraagt hem om na te gaan of Magdalena onmiddellijk een exorcisme nodig heeft. Na het onderzoek kijkt de oude man naar Magdalena en zegt: “Ik beveel je in de Naam van Jezus om deze arme vrouw te verlaten en me je naam te zeggen!”

De demon slaakt eerst een afschuwelijke kreet, waarbij de naam 'Balban' herkend wordt. Tijdens de latere duiveluitdrijvingen stelde men vast dat er nog een andere demon, 'Patorrio' bezit had genomen van Magdalena. Het demonische gelach neemt toe, en de woorden die gesproken worden zijn afschuwelijk. De demon triomfeert omwille van alle onrust die hij gedurende al die jaren in het klooster heeft kunnen veroorzaken, en zweert dat hij terug zal keren...

Zodoende is Eerwaarde Don Juan van Cordoba in staat om een solide zaak van demonische gebondenheid [de persoon is niet bezeten maar wordt in bepaalde mate door een demon beheersd] vast te stellen, en misschien zelfs bezetenheid [de persoon die bezeten is kan de controle over zichzelf verliezen en gedragsstoornissen vertonen] en het nieuws verspreid zich onder de nonnen. Kort daarna zijn de clerus en de inwoners van Cordoba op de hoogte, en nadien heel Spanje. De volgende dag gaat de Provinciaal van de Franciscanen persoonlijk een bezoekje brengen aan de stervende non. Hij blijft er een paar uren en neemt een volledig biecht af, waar hij niets over zegt.

Maar al wie hem achteraf ontmoeten merken dat hij een zware last met zich meedraagt, een verschrikkelijk geheim; een nachtmerrie die een heel leven heeft geduurd, het leven van de "heilige" Magdalena van het Kruis, de duivelse abdis van Cordoba.

Zuster Magdalena bekent een veertigjarig pact met de duivel

Vervolgens stuurt men een inquisiteur [wiens taak het was om de ketterij te bestrijden] naar Magdalena om de netelige situatie te onderzoeken. Dit gebeurt op bevel van Kardinaal Juan Pardo de Tavera, de Primaat van Spanje. De inquisiteur is veel jonger dan de Eerwaarde Don Juan van Cordoba en wint het vertrouwen van Magdalena. Ze vertelt hem dat de mooie, donkerharige jongeman die aan haar verscheen toen ze vijf jaar oud was, in feite de duivel was. Hij had haar roem en het respect van iedereen beloofd, als ze zou toestemmen om hem altijd te gehoorzamen.

Het is ook satan die z'n teken achterlaat door haar twee vingers aan te raken, die sindsdien niet meer groeiden. En het is ook hij die haar de list met de hosties leert, en die haar helpt met het nabootsen van extases. Haar nachtelijke schreeuwen zijn helemaal niet geïnspireerd door de liefde die ze voor de Schepper heeft, maar door de kwaadaardige strelingen van de duivel.

De inquisiteur is door angst bevangen door zulke huiveringwekkende bekentenissen, en maakt bijna instinctief een Kruisteken. Daarop begint Zuster Magdalena de priester te beledigen met walgelijke woorden. Dan begint ze in haar cel over de vloer te rollen, en bijt naar alles wat ze te pakken krijgt, terwijl ze onfatsoenlijke houdingen aanneemt en de afschuwelijke geslachtsgemeenschap nabootst die ze bijna veertig jaar lang met Balban had.

Een ervaren inquisiteur zijnde, had de brave monnik aan de oudere, meer ervaren nonnen gevraagd om in de gang te blijven en Magdalena's woorden te noteren om het geval te kunnen documenteren en om hen later als getuigen te kunnen laten oproepen. Vanaf dit moment wordt het geval van Zuster Magdalena de la Cruz goed gedocumenteerd en snel voorbereid.

Het begin van de duiveluitdrijvingen bij Zr. Magdalena

Tijdens de uitgebreide periode van ondervragingen die deel uitmaakten van de duiveluitdrijvingen waarbij Balban met heel veel moeite van Magdalena wordt gescheiden, ontdekt men dat de meest boosaardige en meest afstotelijke manieren gebruikt werden om Magdalena's ziel als kind te ondermijnen. Het werd aangenomen dat hij haar uitkoos omdat ze in feite heel vroom en heel toegewijd was aan God, en in zijn verschrikkelijke boosaardigheid wilde Balban God beroven van één van Zijn favorieten. Maar we zullen al gauw zien hoe God uiteindelijk triomfeert.

Tijdens de duiveluitdrijvingen komt aan het licht dat toen Magdalena een jonge volwassene werd, de demon Balban als knappe jongeman aan haar verscheen, net zoals hij altijd gedaan had sinds ze vijf jaar oud was. Op een avond, toen het jonge meisje zoals gewoonlijk op hem zat te wachten, verscheen hij als een fonkelende mist die de vorm aanneemt van een heel grote man met lange haren en die een roodachtig licht uitstraalt. Ze schreeuwt “Jezus!”, maar dit was uiteraard tot groot ongenoegen van Balban die haar met z'n brandende hand optilt en op de grond laat vallen. Ze wordt dan gedwongen om te kijken naar het afgrijselijke wezen dat nu voor haar oprijst, een vreselijke metamorfose van een man in een walgelijk beest. Het helse wezen is walgelijk en de bezeten non beschrijft met afgrijzen zijn wijde, platte neus, zijn verwrongen horens en zijn tandloze muil. Hij beveelt haar om onmiddellijk zijn vrouw te worden en verzekert haar dat ze haar maagdelijkheid niet zal verliezen. En hij belooft haar dat haar schijnbare heiligheid zou groeien in verhouding tot de zogezegd onvoorstelbare lusten die ze met hem zou ervaren. Door een gebrek aan geestelijke kracht moet Magdalena zich gewonnen geven, en  het is opnieuw de donkerharige en zeer knappe jongeman die ze nu in haar ontvangt.

Vervolgens bekent Magdalena dat het eveneens de duivel was die haar in het geheim voedsel bracht, en dat hij haar had zwanger gemaakt. Hij had haar verteld dat ze niets riskeerde als ze zijn instructies opvolgde. Het was om met de geesten van de nonnen en de Spaanse clerus te spelen dat hij haar zwanger had gemaakt van een monsterlijke rups, die op die Kerstnacht met een luide wind uit haar lichaam ontsnapte om daarna in Balban te veranderen en opnieuw bezit van haar te nemen.

Een aantal heilige en bekende personen lieten zich niet misleiden

En zo ontdekt het hele Christendom met afgrijzen dat zij van wie bijna iedereen dacht dat ze Gods lieveling was, in feite de lieveling was van de duivel. Maar toch lieten een paar tijdsgenoten van Zuster Magdalena zich niet zo makkelijk misleiden door haar valse mysticisme. Zoals de H. Ignatius van Loyola die het helemaal niet geloofde, en die in 1541 naar verluid Martin de la Santa Cruz berispte, omdat die hem probeerde te overtuigen om de zijde van Zuster Magdalena te kiezen door enkel de uiterlijke tekenen te aanvaarden zonder naar innerlijke tekenen te zoeken. En de grote H. Johannes van Avila [die op het punt stond tot Kerkleraar uitgeroepen te worden] was eveneens heel sceptisch, en werd heel discreet de toenadering tot Magdalena ontzegd toen hij in Cordoba was.

Zr. Magdalena treedt in de voetsporen van het naamgenote

Zuster Magdalena van het Kruis treed in de voetsporen van haar naamgenote, de H. Maria Magdalena, en heeft diep berouw over de demonen die haar bezeten hadden

Zoals de Bijbel vertelt had Jezus zeven afgrijselijke demonen uitgedreven bij de H. Maria Magdalena (Markus 16:9), en ze werd bekend als de grote, berouwvolle zondares. Volgens de overlevering bracht ze de rest van haar leven door in een grot, waar ze boete deed voor haar vele zonden en een bijzondere Heilige werd. Jezus koos de H. Maria Magdalena zelfs als één van de eerste getuigen van Zijn glansrijke Verrijzenis.

Het oordeel van de Godsdienstrechtbank

Zuster Magdalena de la Cruz, die nu volledig vrij is van de demonen Balban en Patorrio die gedwongen worden om te verklaren dat ze voor altijd het lichaam en ziel van de bezeten vrouw zouden verlaten, wordt op 3 mei 1546 voor de godsdienstrechtbank veroordeeld.

De Grootinquisiteur van de godsdienstrechtbank is Kardinaal Jimenez, die nu de Primaat van Spanje is en door Isabelle van Castilië zelf werd aangesteld. Het is hierom dat Magdalena naar de gevangenis van Alcazar wordt overgebracht voor verdere ondervraging.

De Demonen Balban en Pattario krijgen het meeste deel van de schuld

Zuster Magdalena is nu eenenzestig jaar oud, en ze is buitengewoon berouwvol voor alles wat ze heeft gedaan en ze smeekt de rechtbank om snel een einde te maken aan haar martelingen en haar op de brandstapel te zetten. De rechters nemen echter een andere beslissing. Door haar hoge leeftijd, haar oprechte bekentenissen en de hoedanigheid van haar boetedoening, wordt haar straf verlicht. En met recht en reden beschouwen ze haar als een jammerlijk slachtoffer van de demon. En misschien herinneren ze zich haar gloriedagen toen allen zich verheugden om die vermeende buitengewone heilige in hun midden. En dus schoven de inquisiteurs een groot deel van de schuld naar de demonen Balban en Patorrio [vooral Balban] en niet zoveel naar Magdalena zelf, omdat ze maar een onervaren kind was toen de demonen haar begonnen te beïnvloeden.

De Katholieke Kerk houdt vast aan het principe dat goddelijke werken eeuwig en oneindig zijn. Die van de demon echter, zijn altijd beperkt in tijd en ruimte. Magdalena bekent, omdat haar pact met de duivel in 1544 tot een einde komt. Zoals ze zelf zegt is het de angst voor de hel, die haar alles doet opbiechten. En het is ook God, in Zijn oneindige liefde en genade, die al haar bekentenissen inspireert en haar aanzet en begeleidt tot diep berouw. En het is God die haar verzekert dat ze zal leven als ze opbiecht. Ze zou een nog grotere heldin worden door haar berouw, dan door haar valse deugden.

Dus besluiten de rechters dat Zuster Magdalena naar het schavot zal geleid worden met een prop in de mond, een koord rond de nek, en een kaars in de hand. Daar moet ze zichtbaar blijven voor iedereen gedurende de lengte van een Hoogmis, en moet ze haar vele fouten afzweren. Drie maanden lang moet ze haar gezicht onbedekt laten en kan ze geen zwarte sluier dragen, en ze moet altijd als laatste lopen bij alles wat ze in het klooster doet.

In tranen zweert ze haar fouten af, terwijl ze voor de kathedraal staat die ze had laten bouwen dankzij haar misleidingen door de demonen Balban en Patorrio. Ze moet ook naar een ander Franciscanenklooster gaan in Burgos, waar ze nog lang leeft in boetedoening, zonder ooit nog maar de kleinste fout te begaan.

Magdalena gaf op jonge leeftijd toe aan een grote hoogmoed en een valse duivelse belofte die haar prestige en macht beloofde. Maar haar tijdsgenoten waren er later van overtuigd dat haar uiteindelijke, diepe nederigheid en berouw haar waardig maakten voor het Paradijs. Zuster Magdalena de la Cruz overleed in 1560 op vierenzeventigjarige leeftijd.

Vandaag de dag is de naam van Zuster Magdalena van het Kruis bijna vergeten, en is haar opmerkelijk verhaal zo goed als niet gekend. Maar de grote advocaat en schrijver, Maurice Garcon, die haar als een belangrijk historisch figuur beschouwt, toont aan dat ze in het Christendom van de 16de en 17de eeuw heel bekend was, en hoeveel theologische en demonologische literatuur in detail naar haar geval verwijzen. In die periode worden zelfs vele feiten over demonische invloeden die in theologische boeken besproken worden, geïllustreerd aan de hand van verklaringen en documenten uit haar rechtszaak.

En het is gebruik makende van het transcript van haar rechtszaak dat Maurice Garcon zijn opmerkelijke boek over haar leven schreef. Louis Pauwels gebruikte dat boek [onder andere] voor zijn samenvatting over het leven van Zuster Magdalena. Volgens hem bestaan er in de wereld maar twee exemplaren van dit heel kostbare manuscript; één in Londen en één in Parijs.

De belangrijke lessen uit het uitzonderlijke geval Magdalena de la Cruz

Magdalena had zo'n hoge reputatie van heiligheid verworven dat ze raadgeefster was geweest voor koningen, keizers en vooral grote Kerkelijke eminenties. Maar de besluiten van de rechtbank hierover zijn heel interessant. De rechters willen aantonen dat het enige echte slachtoffer in deze zaak uiteindelijk de duivel zelf is. Zijn listen hebben zich tegen hem gekeerd; door Magdalena te bezoedelen heeft hij uiteindelijk het geloof van het volk verstevigd en zij die hem zo lang onderdanig is geweest, ontsnapt op het einde met glans aan zijn verdorven heerschappij, dankzij de macht en genade van God. En de waarheid overwint de leugens van de duivel en de misleidingen die hij uitvoert d.m.v. zijn demonen.

Voor zij die de levens van zieners en de mystici van de Kerk bestuderen, zou Magdalena's buitengewone, maar toch valse mystieke leven, gevuld met talrijke veronderstelde bovennatuurlijke en mystieke gaven die bijna identiek zijn aan die van authentieke mystici, moeten dienen als heel ernstige waarschuwing van hoe de duivel Gods werken op heel overtuigende manier kan nabootsen. Want zoals we zien in het geval van Zuster Magdalena was hij in staat tot het misleiden van zelfs kardinalen, priesters, theologen en andere ervaren mensen in het mystieke leven en geestelijke zaken.

Dus de les is dat niet alles wat blinkt goud is, en de duivel wil geen tin of koper vervalsen, en zelfs geen zilver: hij wil goud vervalsen. Dus we moeten heel voorzichtig zijn, met Gods hulp, om ons niet te laten vangen door zijn valse misleidingen.

Moge Jezus ons bezielen, leiden en beschermen, en moge de H. Maagd Maria ons bedekken met Haar mantel. H. Aartsengel Michaël, verdedig ons in de strijd!

Vertaling: Mario Lossie