|
Download PDF
Garabandal: Interview met Conchita Conzalez door Fr. Francis Benac (Juni 1978)
Fr. Francis: Hoe hoog bevond Maria zich toe Zij aan u verscheen?
Conchita: Soms konden we haar een kruis geven om te kussen, maar we moesten steeds omhoog kijken.
Fr. Francis: In een aantal foto's zien we dat jullie elkaar moeten opheffen?
Conchita: Ja, omdat we Haar soms niet konden bereiken toen Zij zich boven onze aangezichten bevond.
Fr. Francis: Was u zich bewust van wat u deed?
Conchita: Ja, we waren ons hier heel goed van bewust en toen we dit deden was de andere gewoon gewichteloos.
Fr. Francis: Is het waar dat Onze Lieve Vrouw jullie kuste, vooraleer ze wegging? Voelde u dit?
Conchita: Uiteraard voelden we dat, net zoals u een andere persoon zou kussen.
Fr. Francis: Onze Lieve Vrouw verscheen dikwijls tijdens de nacht aan jullie vier. Denkt u dat ze dit tijdstip heeft gekozen voor een bijzondere reden?
Conchita: Ik zou zeggen dat hier, buiten wat Zij zelf zei, namelijk dat het tijdens de nacht was dat er zoveel zonden werden begaan, geen andere reden achter zit.
Fr. Francis: Vroeg Maria aan jullie vier om opofferingen te doen?
Conchita: Wat ons betreft, maakten we reeds opofferingen. We werkten de hele dag op het veld en toen het tijd werd om naar bed te gaan, dan konden we niet slapen, omdat de Maagd ons reeds de "Hamadas" gegeven had [de "Hamadas" is het speciale teken dat door de meisjes werd herkend en dat de verschijningen voorafging]. Dit gold ook voor alle mensen uit het dorp en voor onze families. Zeker waren dit jaren van grote opofferingen, door overdag te werken en 's nachts te wachten op de Maagd.
Fr. Francis: Wat de boete betreft, verwees Maria dan naar iets in het bijzonder?
Conchita: Ik herinner mij dat ik de eerste dag een boetegordel droeg en Zij vertelde mij dat dit niet datgene was dat Zij wou, maar eerder dat wij dagelijks alles zouden aanvaarden zoals het kwam en dit dan op te offeren met liefde en geloof, vooral wat de gehoorzaamheid betrof en nog andere zaken die kinderen zoal doen.
Fr. Francis: Wat verlangde Zij het meest van jullie tijdens Haar bezoeken?
Conchita: Zij drong er steeds op aan om te bidden voor de priesters. We begrepen niet waarom. Dit klonk zo vreemd om Haar dit verzoek te horen zeggen, omdat Zij ons op een dag vertelde: "Als u ooit een priester ziet en een engel, groet dan eerst de priester en daarna de engel." Door dit begrepen we dat het God [vertegenwoordigd door de priesters] was die kwam en daarom begrepen we haar voortdurende verzoeken om voor de priesters te bidden niet. Fr. Francis: Wanneer wist u dat Vader Luis Andreu en jullie iets gezamenlijks hadden in de extasen en het zien van het Mirakel?
Conchita: Dat kan ik mij niet meer herinneren.
Fr. Francis: Maar u zei later dat de Maagd u had verteld dat Hij van vreugde was gestorven?
Conchita: Ik weet dat Zij dat zei, maar ik herinner mij niet meer wanneer.
Fr. Francis: Klopt het dat Onze Lieve Vrouw u vertelde dat Vader Luis, na zijn dood, samen met Haar zou verschijnen en dat hij met jullie vier zou praten?
Conchita: Ja, en wij hoorden hem op een natuurlijke wijze praten.
Fr. Francis: Heeft hij u een persoonlijke boodschap nagelaten voor zijn broer Ramon?
Conchita: Dat weet ik niet meer. Wat ik me wel nog herinner is dat hij ons het Weesgegroet in het Grieks heeft geleerd. We herhaalden alles wat hij zei en de mensen rondom ons hoorden onze woorden ook.
Fr. Francis: Herinnert u zich hier nog iets van? Kunt u hiervan iets opzeggen?
Conchita: [Zonder te twijfelen zegt ze de eerste regel van het Weesgegroet in het Grieks] ... Meer herinner ik mij niet.
Fr. Francis: U hebt u gezegd dat het lichaam van Vader Luis Andreu na het Mirakel ongeschonden zou worden teruggevonden!
Conchita: Ja. De Maagd zei dat, na het Mirakel, het lichaam van Vader Luis Andreu, ongeschonden zou teruggevonden worden. Ik ben er van op de hoogte dat, toen het graf werd geopend om het lichaam naar Loyola over te brengen, het lichaam ontbonden was.
Fr. Francis: Wat was uw reactie hierop?
Conchita: Laat me hierop opnieuw antwoorden dat het Onze Lieve Vrouw was die mij heeft gezegd dat, na het Mirakel, het lichaam ongeschonden zou worden teruggevonden. Hoe dat zal gebeuren, weet ik niet.
Fr. Francis: Maar, toen Onze Lieve Vrouw dit heeft gezegd, moet Zij toch hebben geweten dat het lichaam reeds ontbonden was?
Conchita: Ja, uiteraard weet Zij alles. Misschien weet zijn broer meer [Vader Ramon Andreu].
Fr. Francis: Wat uw bezoeken aan Rome betreft, wie heeft u voor de eerste maal uitgenodigd?
Conchita: Dat herinner ik mij moeilijk, maar ik ben er zeker van dat het Kardinaal Ottaviani was. Ik weet dat er enkele boodschappen thuis werden afgeleverd met een uitnodiging van Rome. Ik denk dat de uitnodiging van Kardinaal Ottaviani kwam.
Fr. Francis: En zo hebt u Kardinaal Ottaviani in Rome ontmoet in Rome?
Conchita: Ik denk dat het Kardinaal Ottaviani, samen met andere bisschoppen was, maar precies kan ik mij dit niet meer herinneren.
Fr. Francis: Er is veel gesproken geweest over uw eventuele ontmoeting met de Heilige Vader en ik heb woorden hierover van Kannunik Porro. Kunt u ons vertellen of deze verklaring doeltreffend is?
Conchita: Ik kan hierover niet praten [Conchita heeft geheimhouding gezworen van haar gesprek tijdens haar ontmoeting met Paus Paulus VI].
Vader Francis: Op de kaft van het boek van Sanchez Ventura over de verschijningen te Garabandal, staat er dat Paus Paulus VI zou hebben gezegd: "Ik zegen u en met mij de hele Kerk." Zijn deze woorden juist?
Conchita: Ja! Hij zei precies deze woorden.
Vader Francis: Konden de aanwezigen deze woorden ook horen?
Conchita: Iedereen rondom ons kon deze woorden horen.
Vader Francis: Bevond er zich een kardinaal of bisschop bij de Heilige Vader, toen u voor hem verscheen?
Conchita: Je, er was een bisschop bij die zijn uiterste best deed om te Heilge Vader er van te weerhouden om dicht bij mij te komen. Toen de Paus voorbijkwam op zijn 'gestatoria' [gedragen stoel] maakte de Paus er een bisschop attent op dat hij mij gezien had, maar deze probeerde tussen de Paus en mij te gaan staan. Niettemin kwam de Heilige Vader dichter en zei deze woorden tot mij.
Vader Francis: De Paus, naar ik begrijp, zou volgens Onze Lieve Vrouw, van eender waar hij zich zou bevinden, het Mirakel kunnen waarnemen? Is dit zo? Verwees zij naar de huidige Paus?
Conchita: Neen. Toen ik dat zei, was de Paus Johannes XXIII. Zij zei niet welke Paus, maar eenvoudig "de Paus."
Fr. Francis: Wat de eerste boodschap betreft, waar hebt u deze ontvangen en wanneer hebt u deze neergeschreven?
Conchita: Ik ontving de boodschap op "la Calleja" [het stenen pad dat naar de Pijnbomen leidt en waar de eerte verschijningen plaatsvonden]. Nadat de Heilige Michaël mij deze boodschap gaf, ging ik naar huis en alle mensen volgden mij. Terwijl iedereen buiten bleef wachten, ging ik binnen en ik denk niet dat het meer dan een minuut in beslag nam om de boodschap neer te schrijven. Ik wens hier iets aan toe te voegen. Uit de tijd van onze ontkenningen [de Heilige Maagd had de zienertjes in 1961 voorzegd dat ze over de verschijningen zouden beginnen te twijfelen en ze zelfs zouden ontkennen nadat deze zouden stoppen] herinner ik me nog dat ik de bisschop zag om hem te zeggen dat de verschijningen niet authentiek waren. Ik vertelde hem: "Ik ben er zeker van dat de Boodschap door een engel werd gegeven." Zelfs als voelde ik toen dat de verschijningen niet echt waren, bleef de Boodschap in mijn geest gegrift.
Fr. Francis: Herinnert u zich dit nog heel goed?
Conchita: O ja! Het was dit dat het meeste indruk maakte op mij en ik vroeg mezelf af: "Als de verschijningen niet waar zouden zijn, wie gaf mij dan deze Boodschap?"
Fr. Francis: Ik weet dat er twee versies zijn van de Boodschap. Hoeveel exemplaren hebt u neergschreven?
Conchita: In de eerste versie schreef ik "Vele priesters begeven zich op het slechte pad."
Fr. Francis: Waarom hebt u dan "kardinalen, bisschoppen en priesters" geschreven?
Conchita: Ik durfde er eerst "kardinalen en bisschoppen" niet bijvoegen, omdat de Boodschap te sterk zou klinken. Toen ik ze opschreef, zei ik tegen mezelf: ik voel niet dat ik ongehoorzaam ben aan de engel, aangezien kardinalen en bisschoppen ook priesters zijn. Daarom schreef ik later de boodschap opnieuw op. Ik voelde dat ik echt moest neerschrijven wat de Heilige Michaël mij had verteld, kardinalen en bisschoppen, inbegrepen. Er zijn niet meer dan twee versies, maar in de eerste versie schreef ik enkel "priesters".
Fr. Francis: Ik weet dat Vader Marcelino Andreu de eerste vertaling naar het Engels maakte. Schreef hij de volledige versie of schreef hij enkel "priesters"? Conchita: Dat weet ik niet, maar ik voel dat hij enkel "priesters" neerschreef en ik denk dat Vader Luna de vertaling naar het Frans deed.
Fr. Francis: Hebben de geestelijke overheden u, omwille van deze zin, benaderd?
Conchita: O ja, velen, maar enkel individueel, niet officiëel. Een priester vertelde me zelf dat ik zou geëxcommuniceerd worden om op deze wijze over de priesters te hebben gesproken.
Fr. Francis: Maar een gewone priester bezit de macht niet om dit te doen.
Conchita: Misschien deed hij dit om mij schrik aan te jagen. En ja, het was ook erg aangezien de mensen uit het dorp de priesters aanzagen als iets goddelijks. Toen er een priester naar het dorp kwam was het alsof God Zelve naar het dorp kwam. Dit is hoe wij over de priesters dachten en daarom was het zo bijzonder moeilijk voor mij om dat gedeelte van de Boodschap te schrijven. In die dagen kwam er geen nieuws over priesters vanuit de binnenwereld in ons dorp. Daarom noemden ze me een leugenaar en zeiden ze dat ze mij gingen doden.
Fr. Francis: Hebben de Heilige Maagd of de Heilige Michaël u bij gelegenheid in het bijzonder gevraagd om de Boodschap te verspreiden?
Conchita: Wat mij betreft zijn de Boodschappen de enige reden voor de verschijningen, voor mij en voor iedereen.
Fr. Francis: Was het daarom dat de Heilige Maagd bij het begin van Haar Tweede Boodschap erover kloeg dat de Eerste Boodschap niet was verspreid?
Conchita: Ja, precies.
Fr. Francis: Dan kunnen we hieruit besluiten dat dit uw bijzondere opdracht is: leven naar de boodschappen en anderen hierbij helpen.
Conchita: Zeker; Waarom zou Zij anders vanuit de hemel op aarde zijn gekomen?
Fr. Francis: Bent u gelukkig dat de boodschappen over de hele wereld worden verspreid, ondanks zovele moeilijkheden?
Conchita: Ja, en ik ontvang heel bemoedigende brieven van mensen die zeggen dat ze naar de boodschappen leven en deze verspreiden.
Fr. Francis: Er blijft nog een moeilijke vraag om u te stellen, namelijk over de kapel ter ere van de Heilige Michaël. Heeft Onze Lieve Vrouw hier ooit naar gevraagd?
Conchita: Ja, Onze Lieve Vrouw vertelde ons dat ze wou dat er een kapel zou gebouwd worden aan de Pijnbomen, maar nà het Mirakel. [De huidige kleine kapel is letterlijk op één nacht gebouwd, rond 1968]
Fr. Franics: Heeft Onze Lieve Vrouw, zoals bij Haar overige verschijningen, ooit gevraagd om een Heiligdom te bouwen ter ere van Haar?
Conchita: Neen, Zij vroeg enkel om een kapel voor de Heilige Michaël.
Fr. Francis: Hoe zou u dit gebaar van Onze Lieve Vrouw interpreteren?
Conchita: Ik heb dit op geen enkele manier geïnterpreteerd. Ik heb steeds aanvaard wat Zij zei, maar nu ben ik er mij van bewust dat de Heilige Michael Gods verdediger is tegen satan. De Heilige Moeder denkt dat de mensen hem meer zouden moeten vereren, maar ik weet het werkelijk niet.
Fr. Francis: Heeft de Maagd u ooit iets gezegd over uw toekomst?
Conchita: Neen. Ik heb het haar dikwijls gevraagd, maar Zij sprak nooit over ons privéleven tegen ons. Als ik haar hieromtrent vragen stelde, gaf Zij geen antwoord. Ik heb haar meerdere malen verteld dat, wanneer ik 15 jaar zou worden, ik naar een klooster zou gaan om kloosterlinge te worden op mijn zestiende, maar Zij geeft mij, noch de andere meisjes hierop ooit geantwoord.
Fr. Francis: Voelde u een drang om een kloosterleven te leiden?
Conchita: Ja, ik wou eerst binnentreden in het klooster, omdat ik dacht dat dit, na de Maagd te hebben gezien, de normale weg was om een kloosterlinge te worden.
Fr. Francis: Wanneer begon u dan een andere richting uit te gaan?
Conchita: Na een gesprek met Onze Heer [in de kloosterschool van Pamplona], maar ik herinner mij het volledige gesprek niet meer, maar ik herinner wel nog dat Hij zei dat ik hier op aarde was om zelf te kiezen. Uit deze zin en de rest van het gesprek kon ik opmaken dat mijn leven niet bestemd was voor het klooster. Hierna dacht ik dat de Heer misschien wou zeggen dat mijn plaats niet in dat welbepaalde klooster was en daarom heb ik gedacht om mij bij een aantal zusters te voegen die een kluizenaarsleven leidden. Ik ben daar ook zo'n maand geweest en voelde een sterke drang om zo'n leven te leiden. Maar vreemd genoeg, iedere keer dat ik eraan dacht om mij bij hen te voegen, kwam er direct hierna een andere gedachte dat ik niet bekwaam zou zijn om dit vol te blijven houden.
Fr. Francis: Waarom?
Conchita: Ik veronderstel dat de reden hiervoor is dat ik geen echte roeping heb gekend zoals de Heer de mensen roept.
Fr. Francis: Hierna voelde u zich aangetrokken tot een huwelijksleven?
Conchita: Neen, ik dacht toen ook nog niet aan een huwelijk.
Fr. Francis: U hebt mij verteld dat Patrick, uw echtgenoot, u een voor het grootste gedeelte heeft geholpen in uw spirituele leven. Hoe?
Conchita: Ik kan mij niemand anders indenken die mij zo mooi geleid heeft. En ik zeg dit niet omdat hij mijn echtgenoot is, maar gewoon omdat het zo is.
|
|