Medjugorje kerk

Medjugorje België en Nederland

Medjugorje Maria

nov

21



Eucharistische Mirakelen. Het wonder van Turijn, Italië [1453]

  
 
Download PDF

Het wonder van Turijn, Italië [1453]

Ten tijde van het wonder van Turijn was het geloof van de mensen zwak geworden, en men denkt dat God ze daarom een teken wilde geven om hun op te wekken uit hun passiviteit. Het wonder, dat het gewenste gevolg had, vond plaats op 6 juni 1453.

Twee soldaten, die omschreven werden als mannen uit de onderste laag van de samenleving en absoluut geen eerbied hadden voor heilige dingen, waren pas ontslagen uit de militaire dienst. Ze reisden samen door Exilles, toen één van hen besloot een kerk te bestelen. De andere stemde er mee in. Eenmaal in de kerk pakten ze kostbare gewaden, kandelaren, en andere objecten die ze maar konden vinden. Ze naderden het altaar en opende de Tabernakel. Ze namen de monstrans, die nog gevuld was met een grote geconsacreerde Hostie. Ze verzamelden alles wat ze hadden gestolen en legden alles op een ezel en gingen terug naar Turijn, waar ze alles wilde gaan verkopen.


Exilles, Kerk van Sint Petrus

Ze liepen door de stadspoort van Turijn in de vroege avond en de ezel struikelde en viel op de grond. Alles waar ze de ezel mee hadden opgezadeld viel en lag verspreid over de grond ... waaronder de monstrans met de geconsacreerde Hostie erin. Maar de Hostie viel niet op de grond. In plaats daarvan steeg de Hostie op, en bleef hangen in de lucht omring met stralen licht zoals een hemelse zon. Dit gebeurde op de marktplaats Piazza van Graan, vlak voor de ingang van de Silvesterkerk, nu bekend als de Sacramentbasiliek.


Voorstelling van het Mirakel

Mensen die in de buurt woonden renden erop af om het wonder te zien. Tussen al deze mensen waren tien leken: Pietrino van Gorzano [die behoorde tot een nobele familie van Turijn], Pietrino Da Aieris, Gasparino Buri Miolerio, Martino Bellenda, de edelman Girogie Gastaudo, de respectabele Michele Murri, Giovanni Franconino [een smid], Bonifacio van Cassino, Antonio Manerio van Milan en Bartolomeo Canarino.

Na het wonder te hebben onderzocht lichtte de priester, Bartolomeo Coccono snel de bisschop van Turijn in, Ludovico van Romagnano. Na zich te kleden in de geschikte regalia ging de bisschop samen met vele nobelen en andere geestelijken naar de plaats van het wonder en viel op zijn knieën van verwondering van de zwevende Hostie. Na het Heilige Sacrament te hebben vereerd vroeg hij om een kelk. Toen hij deze kelk kreeg stond hij op en hield hem omhoog. Terwijl iedereen toekeek daalde de Hostie langzaam af tot dat deze rustig in de kelk lag.

Ter herinnering aan het wonder werden er veranderingen aangebracht in de antwoorden die volgden op hymnen, gezongen tijdens vieringen in het aartsbisdom Turijn.

In plaats van het gebruikelijke: "Panem de caelo preastisti eis [Brood van de Hemel gaf hij hen]," zegt de priester nu: "Hic est panis vivus [Dit is het levende Brood]," waarop het volk antwoord: "Qui de cealo descendit [Dat uit de Hemel neerdaalde]."

Na de Heilige Mis, als de hymne "O Sacrum Convivium" werd gezongen worden deze twee zinnen herhaald. Dit gebruik werd ingesteld door Ludovico, bisschop van Romagnano, die ook de kelk vasthield toen de Hostie er in afdaalde. Dit gebruik werd toen verspreid naar de Basiliek van het Lichaam van de Heer [Corpus Domini] door Monseigneur Rorengo di Rora, en heeft ter gedachtenis in de parochiekerk van Exilles plaatsgevonden.


Turijn, Basiliek Corpus Domini

De kelk, waarin de Hostie was opgevangen wordt bewaard in de grote kerk. Qua vorm is het precies dezelfde als ten tijde van het wonder. Ook is het wapenschil van het huis van Rovero te vinden aan de voet van de kelk, waarmee aangeduid wordt dat de kelk ooit toebehoorde aan Kanunnik Antoinetto Delle Roveri, die de Kanunnik was van de kathedraal van Turijn van 1449 tot 1460.

De kerk van Exilles, waar de Hostie oorspronkelijk uit gestolen werd, leed nogmaals een verlies, maar dit keer dichter bij onze huidige tijd. Er kwamen dieven in de kerk op 1 april 1975. Aangetrokken door de waarde van het antieke gouden tabernakel, maakte ze deze los van het altaar en namen hem mee. Dit tabernakel, waarvan vele men dat het dezelfde is waar de Monstrans en de Hostie uit gestolen waren in 1453, was statig van aard en design. De dieven waren waarschijnlijk erg teleurgesteld toen ze erachter kwamen dat het tabernakel niet van goud was, maar van verguld hout.

En wat betreft de Hostie van het wonder? Op bevel van de Heilige Stoel, geuit in Turijn tijdens het bisschoppelijk bezoek van Monseigneur Peruzzi in 1584, was de Hostie opgegeten, nadat deze perfect bewaard was gebleven voor 131 jaar. De reden hiervoor was... Om God niet te verplichten het wonder voor altijd in pure en goede conditie te houden.

Vanwege de grote hoeveelheid documenten die opgesteld waren vlak na de gebeurtenissen van 1453, geschriften waarvan er vele bewaard zijn gebleven, is het wonder van Turijn niet te ontkennen. Documenten uit 1454, 1455 en 1456, de Observations geschreven door Enea Silvio Piccolomine tussen 1460 en 1464, en de details geschreven door priester Giovanni Galesio, een paar jaar na de gebeurtenis, samen met de getuigenissen van de tien leken die er bij waren, bevestigden allen de gebeurtenis. Voor de details zoals die hier opgeschreven staan hebben we ons gericht op de geschriften van Pater Galesio, een inwoner van Turijn, wiens geschriften, zo zegt men, poëtisch klonken.

Naast de vele manuscripten en documenten uit de tijd van het wonder, maar ook van later, zijn er verschillende Pausen geweest die het wonder hebben erkend. Pausen Pius II, Gregorius XVI, Clementes XIII, Benedictus XIV, Heilie Pius X en Pius XI gaven allemaal een aflaat en schonken voorrechten. Ter ere van het vierde eeuwfeest van het wonder stond Paus Pius IX een speciaal gebed en een bijzonder Mis toe, voor het aartsbisdom Turijn.


Herinneringsplaat in de Basiliek "Corpus Domini"

In 1953, voor het vijfde eeuwfeest van het wonder, werden er bijzonder missen gehouden in Exilles maar ook in Susa, een van de dropjes waar de dief de Hosties doorheen droeg. Een grootste processie in Turijn liep langs de zelfde route die de dieven namen op weg naar Turijn. Aan deze processie namen Kardinalen deel, maar ook bisschoppen en talloze priesters en religieuzen als ook duizenden gelovigen.

Het is noemenswaardig dat bij de Kathedraal van Johannes de doper, waar de Wonderlijke Hostie tijdenlang is bewaard, een geweldige kapel is, waar nog een andere kostbare schat te vinden is: Het Heilige Gewaad van Turijn.