|
Download PDF
De IIPG [International Internet Prayer Group] [deel 5] Rafaelmarie, California
Dag 8, vrijdag 25/6/2001
Nog vóór het ontbijt ging ik terug naar de eerste Verschijningsplaats die Joe en ik hadden gevonden en bad ik er de twintig tientjes van de Rozenkrans, als een vorm van afscheid voor onze Gezegende Moeder. Bij het beëindigen van de Droeve Mysteries begon ik te wenen. Ik liet alle pijnen uit mijn lichaam gaan en ze leken allemaal van mij af, op de grond te vallen. De Droeve Mysteries suisden door mijn hoofd en daarna voelde ik mij vrij.
Het Witte Kruis, dat staat op de plaats van de allereerste verschijning, was licht gebogen. Na het beëindigen van mijn Rozenkrans trok ik het recht en daarna ging ik naar beneden voor het ontbijt.
Na het ontbijt die morgen, nam onze reisgids, Snezzy, ons mee naar het Cenacolo. Zoals ik reeds heb verteld komen hier jonge mensen met drugsproblemen om Jezus te vinden en om te genezen. Het is een mooie plaats, die zonder twijfel is gemaakt door de inspanningen van de jonge mensen zelf.
Hier verzamelden we allen op een overdekte ontmoetingsplaats, waar een mooi beeld staat van Onze Gezegende Moeder met de kleine Jezus en een bronzen beeld van Pater Pio.
Twee jongemannen kwamen langs en begonnen te spreken over hun verloren levens, vóór ze naar het Cenacolo kwamen. Dit was erg bewogen. Ik zal nooit vergeten dat één van hen zei dat bidden zowat alles was wat ze deden en toch was hun leven vervuld van vreugde door deze eenvoudige levenswijze. Ook vertelden de jongelingen over hun stichtster van het Cenacolo, een Zuster, maar ik ben haar naam vergeten [Zuster Elvira, n.v.d.r.]. Ze beschreven hoe zij werkelijk voor hen zorgde draagde en haar over hen bekommerde en hen soms behandelde met onbuigzame liefde, opdat ze de moed zouden opbrengen om daar te blijven. De jongens eerbiedigen haar waarachtig en houden oprecht van haar. Toen schonken de mensen giften voor de levensbelangrijke onderneming.
Na het gesprek gingen we opnieuw langs de kapel en zagen opnieuw die prachtige wandschildering van de Verrezen Christus. Binnenin de Kapel was er een ander gesprek aan de gang. Het leken mij Italiaanse bedevaarders. Toen werd aan de gehele groep de kans geboden om kunstwerk van deze jonge mensen te kopen, uit hun winkel. Dat was het einde van ons bezoek.
Ik had nog steeds de droom om Vicka te kunnen zien, maar ik wist dat ze in verwachting was van haar tweede kind. Ik begreep daarom dat dit niet mogelijk was. Een aantal bedevaarders toonden mij echter haar ouders huis, vanwaar ze gewoonlijk tot de bedevaarders praat. Iets verderop is er een grote winkel waar ze roomijs verkopen. Ik vond het gewoon machtig om te kunnen zien waar Vicka woonde. Tussendoor, en ik weet niet om welke reden, maar de verkoper van de roomijs weigerde om ons geld aan te nemen. Dit was een kleine zegening. Terzijde nu. Toen ik door Ana aan Vicka’s zus, Mirjana, werd voorgesteld, gaf ze mij een dikke knuffel en een kus op de beide wangen! Ik raad dat ze wist hoezeer ik er naar verlangde om haar zus te kunnen zien en dit was haar manier om dit goed te maken. Het maakte alles meer dan goed! Ik gaf haar later een hele kleine Rozenkrans, met één tientje, dat ik onderweg had gevonden, om aan Vicka te geven. De reden waarom ik Vicka zo graag had gezien was, omdat ik een grote nood had aan haar in het begin van mijn bekering.
Ik nam er genoegen mee dat ik haar reeds had gezien bij één van de Conferenties te Irvine, Californië. Ik vertelde Vicka toen vlug om voor mijn familie te bidden en tegelijkertijd gaf ik haar ook een kleine foto van mijn familie. Daarop gaf ik haar een dikke knuffel en een kus op haar wang. Ze moest gewoonweg glimlachen en ze schudde met haar hoofd [dit was nog voor de tijd dat ze gehuwd was]. Toen ze later wegging voelde ik zo’n grote vreugde en zo’n grote vrede! Ik had iets dergelijks nog nooit eerder gevoeld. Het was alsof ik mij in de Hemel bevond. Mijn vreugde was zo groot dat mijn stem veranderde! Mijn grootste zorg was toen dat ik niet wist hoe ik dit aan iedereen moest vertellen met een hese stem. Ik vertelde dit hele verhaal aan Ana en aan Mirjana, Vicka’s oudste zus. Na het bezoek aan het Cenacolo, zo rond 10 uur, trokken we naar Mirjana’s huis voor een gesprek. Toen we daar aankwamen was er reeds aanzienlijk veel volk.
Vóór Mirjana naar buiten kwam, waar het volk zich verzamelde, merkte ik een witte wolk op in de vorm van onze Koningin van de Vrede. Andere bedevaarders maakten opmerkingen over deze witte wolk, die blijkbaar nog andere heilige vormen aannam.
Uiteindelijk kwam Mirjana naar buiten en tegen die tijd was het reeds erg warm. Het kon misschien al een uitputtende week zijn geweest, daar buiten staan wachten in de hitte was echt een marteling. Toen Mirjana zag dat er zoveel volk was, ging ze naar het balkon, omdat we haar anders amper konden zien.
Na haar gesprek, was er een soort van vragen en antwoorden, en het spijt me om dit te moeten zeggen, maar veel van de vragen waren dwaas. Zo was er een vraag of Mirjana haar kinderen naar het Bosnische leger zou brengen. Mirjana legde toen gewoon uit dat haar kinderen beiden meisjes waren. Er waren nog andere vragen bij, die vermoedelijk zo stom waren, dat ik ze me niet meer kan herinneren. Blijkbaar bestaan er mensen die op bedevaart gaan naar Medjugorje, gewoonweg om in de problemen te komen met de overheden. Het deed mij denken aan Jezus die dikwijls ondervraagd werd door de Hogepriesters en Fariezeeërs, niet voor de antwoorden, maar om een middel te kunnen vinden om Hem te beschuldigen. Na het gesprek met Mirjana, woonden we, zoals elke dag de Eucharistieviering bij. Tijdens de weekdagen beginnen de Engelse missen zo rond 10 uur en de Kroatische mis rond 7 uur ’s avonds. Er was heel veel volk aanwezig: zo’n 133.000 mensen en dit omwille van de drieëntwintigste verjaardag van de verschijningen. Er was zoveel volk aanwezig om de Kroatische Mis te willen bijwonen, dat men besloot om de Mis buiten de Heilige Jacobuskerk te houden, en zelfs daar was er amper plaats. Indien u wou gaan zitten, moest u naar de banken gaan die in het grasperk stonden. De Mis werd rond 18.40 uur onderbroken om de mensen er op attent te maken dat de Zieners nu hun verschijningen hadden. Ondertussen was er stilte en klonk er engelachtige muziek.
Blijkbaar was ik geld aan het uitsparen want, alvorens ik naar Medjugorje kwam, had ik gehoord van "Mothers Village," het liefdadigheidswerk van Vader Svet. Zo wou ik na de Engelstalige Mis de rest aan Zijn liefdadigheidswerk schenken. Ik ging naar de Heilige Jacobuskerk en vroeg aan mijn Engelbewaarder om mij naar hem te leiden. Ik keek de hele tijd rond, maar kon hem niet vinden. Toen ik naar de sacristie ging, waar men kan betalen om een Mis te laten opdragen voor iemand of voor een bijzondere intentie. Er stond een lange rij wachtenden. Ik was erg moe en had geen zin om zo’n lange tijd in de rij te gaan staan. Zo nam ik een pauze door op een stoel naast de Zuster, die de inschrijvingen deed, te gaan zitten, alvorens in de rij te gaan wachten.
Toen ik daar aan het rusten was, kwam de volgende gedachte bij mij op: "Wat als ik in de rij ga wachten om dan van de Zuster te moeten vernemen dat men daar geen schenkingen kon doen voor Mother’s Village?" Ik vroeg dus aan haar of dit de juiste plaats was, alvorens in de rij te gaan staan. Ze zei: "wacht, ik zelf even bellen." Ik voelde me hierdoor wat verveeld en vertelde dat ik haar niet wou onderbreken. Daarop gaf ze de telefoon door aan mij en aan de andere kant hoorde ik de stem van Vr. Svet. Nu voelde ik me pas echt verveeld, omdat ik Vr. Svet’s tijd niet wou ontnemen, omdat ik wist dat Hij het heel druk had omwille van de verjaardag van de Verschijningen.
Ik vertelde Vr. Svet: "Het spijt me, Vader, want ik wens niet veel van uw tijd te ontnemen omdat ik weet dat u het erg druk heb, maar ik wou een gift schenken voor uw liefdadigdheidswerk." Hij zei met te wachten en hing op. Ik wou oprecht niet de aandacht trekken op mezelf en zou het liever anoniem hebben gegeven, omdat ik weet dat u op deze wijze meer gezegend wordt door God. Tot mijn verbazing en verveling, stond Vr. Svet daar enkele minuten later voor mij en deed me teken om samen met hem naar een kleine kamer te gaan binnen de sacristie, waar we alleen zouden zijn.
Ik verontschuldigde mij bij Vr. Svet door hem te vertellen dat ik de gekke kerel was die hij kende van de Medjugorje bijeenkomst in Irvine, Californië. Hij antwoordde: "was het niet voor de gekke kerels, we zouden niet zoeel goeds doen binnen de Katholieke Kerk." Hij zei eveneens iets wat met diep trof alvorens we gingen neerzitten. Hij zei: "satan zit echt verveeld met u." Ik was op zo’n opmerking helemaal niet voorbereid. Ik antwoordde: "Wel Vader, dat is omdat hij mij ook erg veel verdriet heeft aangedaan." Ik vroeg hem of hij reischecks aannam en hij antwoordde bevestigend. Daarop stelde hij mij wat vragen en ik weet echt niet hoe ik hier ben uitgekomen, maar ik heb hem het hele verhaal van mijn [her]bekering verteld, dat te lang is om hier neer te schrijven.
Wat ik wel wil in het kort wil zeggen is, dat ik niet tot een herbekering zou gekomen zijn, indien in geen traumatische ervaring had meegemaakt. Het blijkt dat sommigen onder ons dichter bij ons komen door het lijden, vooral koppige mensen zoals ik. Daarop vertelde ik hem dat ik tijdens mijn poging tot herbekering een innerlijke locutie had gehad, waarbij Onze Lieve Vrouw mij had gevraagd om iets te doen tijdens Mijn herbekering, waarvan ik het gevoel had dat het mij nog meer in gevaar zou brengen. Maar zij die dagelijks de Rozenkrans bidden en die een goede verhouding hebben met onze Heilige Moeder, weten waarover ik praat. Het is namelijk zo, dat wanneer de Heilige Moeders iets van ons vraagt, het gewoonlijk iets is dat u helemaal niet wenst te doen, wat ook bij mij het geval was.
Toen vertelde ik Vr. Svet dat ik de Heilige Moeder in mijn hart het volgende had horen zeggen: "Rafaël, Ik wens u niet te verlaten, wenst u Mij te verlaten?" Ik zei tegen Vr. Svet dat ik geen "nee" kon zeggen, maar dat ik spoedig de verantwoordelijkheid terug bij onze Heilige Moeder legde door in mijn hart tot Haar te zeggen: "Ja, ik zal dit doen, maar dit zal enkel gebeuren omdat U het zo wenst, niet door mezelf." Daarop zei ik tegen Vr. Svet dat onze Gezegende Moeder nederig stil bleef. Al bij al zei ik tegen hem dat ik heb gedaan wat onze Gezegende Moeder van mij had verlangd en dat de vruchten meer dan duizendvoudig waren, meer nog, niet één haar op mijn hoofd werd aangeraakt."
Daarop stelde de Vader mij nog verschillende soorten vragen. We hadden alles bij elkaar zo’n vijftien minuten tijd op deze, voor hem, drukste dag van het jaar. Ik had dit werkelijk niet verwacht, maar ik nam het op als een zegening, omdat nu tenminste één van de hoofdrolspelers te Medjugorje afwist van mijn bekeringsverhaal. Toen kwam er iemand binnen en vroeg om de Vader te kunnen spreken. Hij bedankte mij en daarop gingen we uit elkaar.
De rest van de dag viel er niet zoveel meer te beleven en zo ging ik later naar de Kroatische Mis en maakte ik mijn bagage klaar om ’s anderendaags te vertrekken.
Nu volgt de boodschap van Onze Lieve Vrouw die vrijdag, waarvoor Zij onze bijzondere aandacht vroeg tijdens Ivans openbare verschijning van donderdag: "Lieve kinderen! Ook vandaag is er vreugde in Mijn Hart. Ik wens u bedanken om Mijn plan mee te hebben verwezenlijkt. Ieder van u is belangrijk, daarom, kleine kinderen, bid en verheug u met Mij voor elk hart dat zich heeft bekeerd en zo een instrument van vrede is geworden in deze wereld. Gebedsgroepen zijn machtig en door hen kan Ik zien, kleine kinderen, dat de Heilige Geest aan het werk is in deze wereld. Dank om aan Mijn oproep gehoor te hebben gegeven." Een aantal bedevaarders en ik vonden dit buitengewoon nieuws, omdat het plan van Onze Lieve Vrouw slechts vermoedelijk mogelijk was, afhankelijk van ons. Dit betekende meteen een bevestiging dat Haar plan wel zou doorgaan! Zou het zo ook mogelijk zijn om de Grote Bestraffing ernstig te verlichten? Enkel onze gebeden en de tijd zullen het vertellen.
Dag 9: zaterdag 26/6/2004
De bus zou vertrekken tegen rond 6 uur ’s morgens en zo verlieten we Medjugorje. Dit moment was zeer ontroerend. De weg leek anders en steiler en later zei Snezzy dat we een kortere weg hadden genomen. Bij onze heenweg was het immers de bedoeling dat we een deel van de Kroatiche kustlijn zouden zien.
Uiteindelijk kwamen we aan de Bosnisch-Kroatische grens en opnieuw was in mijn reispas vergeten die nog in mijn bagage zat. En de bagage zat uiteraard in de kofferbakken van de autobus. Dit overkwam mij ook bij mijn aankomst. Ik zou er moeten uit geleerd hebben, maar blijkbaar was dit niet het geval. Ik bad een klein gebed tot Onze Lieve Moeder, opdat de Bosnische douane deze keer de reispassen niet zou nakijken, maar tevergeefs. Mijn gebed was amper beëindigd of de douane stond daar. De mensen namen allemaal hun reispas en achter mij gaf iemand mij vlug de reispas van iemand anders door. Toen de douaniers aan mijn zetel kwamen, kon ik niets anders te doen dan die pas te tonen die mij was doorgegeven en het werkte. Hij ging door. Toen hij naar de zetels aan de andere kant keek, gaf ik de reispas opnieuw door. Wat een geluk om daarna de opluchting te mogen voelen. Wat zou er anders gebeurd zijn?
Maar nee! Het ergste moest nog komen. Nadat de douanier de reispassen had nagekeken, begon hij er een zegel op te zetten! "O neen," zei ik tot mezelf en ik zag mezelf al zitten in de Bosnische gevangenis wegens fraude met officiële documenten. Ik was deze keer heel erg bezorgd. Alles wat ik kon doen was bidden en naar buiten kijken en uiteraard hopen dat hij niet meer opnieuw naar mijn papieren zou vragen. Ook nu had ik geluk en voelde ik opnieuw de opluchting, toen ik merkte dat hij doorging. We reden nu verder en later vertelde ik aan Ana en Snezzy, die met ons meereden, wat er was gebeurd. Lachend zei Snezzy dat ze mij zou aangeven aan de Kroatische autoriteiten als een illegaal marsmannetje!
De weg terug naar Split was gewoon prachtig. Er was een tunnel door een berg en een mooie brug die we overgingen. Wij passeerden een oud kasteel en hadden een adembenemend mooi zicht op Split tegen de achtergrond van de Adriatische Zee.
Op de luchthaven boekten we in en gingen door de veiligheidsdoorgang toen ik, tot mijn grote ontsteltenis opmerkte dat ik vergeten was om Ana nog een laatste maal toe te wuiven. Daarop bad ik een klein gebed tot onze Gezegende Moeder en kreeg ik de ingeving "dat ik nog afscheid moest nemen van mijn zus." Ik ging dus terug door de veiligheidspoort en liet de wacht weten dat ik vergeten was om nog een aantal belangrijke zaken te zeggen tegen mijn vriendin. Hij liet me door, ook al kon ik geen woord Kroatisch spreken!
Ik keek rond in de omgeving waar me moest inchecken, maar ik kon Ana niet vinden. Ik zag iemand uit onze bedevaartsgroep en vroeg of zij Ana gezien had. Ze antwoordde dat ze er niet zeker van was, maar dat ze dacht dat ze haar de trappen had zien opgaan. Ik liep dus de trappen op en daar vond ik Ana, samen met haar vader, schoonmoeder en nog andere aanverwanten, God zij dank! Ik zei dat ik niet kon weggaan zonder eerst nog afscheid te nemen. Ik zei ook dat ik via de veiligheidspoort opnieuw was teruggekeerd. Uiteindelijk nam ik definitief afscheid van haar, zowel als van haar familieleden en dan keerde ik terug langs de veiligheidspoort.
Onderweg naar Amsterdam [we bleven één keer overnachten vooraleer naar Detroit, Michigan, door te reizen] kon ik de twintig mysteries van de Rozenkrans bidden. Ik werd door mijn vrienden uitgenodigd, om éénmaal in Amsterdam, de zaterdagavondmis bij te wonen, daar we door onze reisomstandigheden hoogstwaarschijnlijk de Mis op zondag niet zouden kunnen bijwonen. Uiteraard aanvaardde ik dit aanbod. In Amsterdam zelf zouden we de trein nemen.Vanuit de lucht lag Nederland er, vanuit de lucht gezien, vlekkeloos een uitgestrekt bij voor zo’n klein land.
We kwamen aan in het grote centraal station van de stad, dat meer leek op een historisch museum, vanwege de architectuur en de zichtbare ouderdom. Hoe dichter we Amsterdam naderden, hoe meer graffiti men overal kon aantreffen. Het was prachtig en meteen tijd om een wandeling te maken, richting binnenstad.
Ik weet niet of het komt omdat we juist terugkwamen van een bedevaartsplaats, maar wat ik nu ga zeggen werd bevestigd door al mijn vrienden medebedevaarders. We begonnen dingen te zien wat in onze ogen zuivere corruptie was: mensen, doorboord met pinnen en naalden, met tattoes over geheel hun aangezicht en lichaam, akelige haarsnits, onbetamelijke kledij, vuile praat, drugsverslaafden, homosexuelen, pervers gedrag, enz... Ook zagen we een "religieuze fanatiekeling," maar we waren enthousiast om hem te begroeten. De gewone mensen aanzien ze als freaks, wij niet. Voor ons wat het werkelijk droevig om zien hoe zo’n oude en mooie stad zoveel te leiden heeft onder wat wij "corrupt gedrag" noemen.
Ik keek rond in de omgeving waar me moest inchecken, maar ik kon Ana niet vinden. Ik zag iemand uit onze bedevaartsgroep en vroeg of zij Ana gezien had. Ze antwoordde dat ze er niet zeker van was, maar dat ze dacht dat ze haar de trappen had zien opgaan. Ik liep dus de trappen op en daar vond ik Ana, samen met haar vader, schoonmoeder en nog andere aanverwanten, God zij dank! Ik zei dat ik niet kon weggaan zonder eerst nog afscheid te nemen. Ik zei ook dat ik via de veiligheidspoort opnieuw was teruggekeerd. Uiteindelijk namen ik definitief afscheid van haar, zowel als van haar familieleden en dan keerde ik terug langs de veiligheidspoort.
Onderweg naar Amsterdam [we bleven één keer overnachten vooraleer naar Detroit, Michigan, door te reizen] kon ik de twintig mysteries van de Rozenkrans bidden. Ik werd door mijn vrienden uitgenodigd, om éénmaal in Amsterdam, de zaterdagavondmis bij te wonen, daar we door onze reisomstandigheden hoogstwaarschijnlijk de Mis op zondag niet zouden kunnen bijwonen. Uiteraard aanvaardde ik dit aanbod. In Amsterdam zelf zouden we de trein nemen.Vanuit de lucht lag Nederland er, vanuit de lucht gezien, vlekkeloos een uitgestrekt bij voor zo’n klein land.
We kwamen aan in het grote centraal station van de stad, dat meer leek op een historisch museum, vanwege de architectuur en de zichtbare ouderdom. Hoe dichter we Amsterdam naderden, hoe meer graffiti men overal kon aantreffen. Het was prachig en meteen tijd om een wandeling te maken, richting binnenstad.
Ik weet niet of het komt omdat we juist terugkwamen van een bedevaartsplaats, maar wat ik nu ga zeggen werd bevestigd door al mijn vrienden medebedevaarders. We begonnen dingen te zien wat in onze ogen zuivere corruptie was: mensen, doorboord met pins en naalden, met tattoes over geheel hun aangezicht en lichaam, akelige haarsnits, onbetamelijke kledij, vuile praat, drugsverslaafden, homosexuelen, pervers gedrag, enz…. Ook zagen we een “religieuze fanatiekeling,” maar we waren enthousiast om hem te begroeten. De gewone mensen aanziet ze als freaks, wij niet. Voor ons wat het werkelijk droevig om zien hoe zo’n oude en mooie stad zoveel te leiden heeft onder wat wij “corrupt gedrag” noemen.
Wat ik u nu ga beschrijven is niet om u in verwarring te brengen maar om u aan te tonen hoe diep decadent de Nederlandse maatschappij is gezonken. We waren aan het praten onder elkaar, toen iemand vernoemde dat er in Nederland een openbare TV-commercial bestond met twee tieners, jongen en jongen, meisje en meisje, die elkaar aan het masturberen waren. De bedevaarder zei dat de Nederlanders hiermee wensten aan te tonen dat ze lichter omgaan met sex dan de inwoners van de Verenigde Staten! Ik zei tegen mezelf: “wat een pervert paradijs.”
We raakten verloren en konden de Katholieke Kerk niet vinden waarover de hotelgast ons had verteld en zo begonnen we het hier en daar te vragen aan de mensen. Ook raakten we per ongeluk in de rosse buurt, dat ons werkelijk afschrok.
Uiteindelijk vonden we de Kerk, maar deze was verzegeld en gesloten. We begonnen de Rozenkrans te bidden tot Maria voor Haar hulp. Terwijl wij aan het bidden waren vertelde er ons een oudere heer, dat er een andere Kerk was, de Sint Christoffelkerk, een paar blokken verder naar benden: de kracht van de Rozenkrans! We besloten om onze Rozenkrans te blijven bidden terwijl we naar de Kerk toe wandelden. De anderen moeten wel gedacht hebben dat we gek waren, maar beter opgemerkt te worden voor het goede dan voor het slechte. Maria gaf ons tekenen om niet ontmoedigd te raken. Wonderbaarlijk gingen we een religieuze winkel voorbij met mooie beelden van Onze Heilige Moeder! We moesten een langs een kleine brug over de vele mooie kanalen die door de stad gingen met toeristenboten om hen rond te leiden. Toen we aan de Kerk kwamen, had deze dezelfde hoogte en breedte als de aangrenzende appartementsgebouwen. We vernamen dat de Katholieke Kerk hier eeuwen geleden werd vervolgd en dat daarbij hun Kerken werden vernietigd. We gingen binnen rond 18.15 uur, net op tijd voor de Heilige Mis: de kracht van de Rozenkrans!
Toen we de Kerk binnengingen was het waarlijk adembenemend. Het was de mooiste Kerk die ik ooit in mijn leven had gezien. De beelden en de glasramen waren alsof ze van een andere wereld kwamen. Het leek erop dat de hele Bijbel hier driedimensionaal werd vertoond. Ik moest bijna wenen omwille van de schoonheid en de vroomheid van de Kerk. Het Heilige Sacrament nam bijna een hele kamer in. De structuur ervan was hemels. Stel u voor: in sommige Amerikaanse kerken staat er zelf geen Heilig Sacrament! Ik kon het niet verhelpen, maar de hele Mis keek ik naar de schoonheid en de pracht van deze Kerk. Het leek alsof de Katholieke burgers, eeuwen daarvoor, wisten hoe de toekomstige appartementsgebouwen er zouden uitzien en er een prachtig Huis van God inbouwden. Wat een vroomheid! Terwijl de Mis doorging, merkte ik een beeld op van onze Heilige Moeder dat mij in de ogen leek te kijken, het was Onze Lieve van Smarten. Tegen die tijd leek het mij alsof deze reis naar Amsterdam geen toeval was, dat dit een soort toevoeging was aan de boodschap van onze Gezegende Moeder aan ons. Het was alsof onze Lieve Moeder ons wou tonen wat Haar Zoon zoveel verdriet aandeed, m.n. de corrupte levensstijl van Amsterdam, maar Zij toonde ons ook dat het goede nog steeds kon bestaan temidden van het kwade, met name met deze mooie Kerk en Mis. Ook wil ze dat we lichtbakens zijn, wanneer we terug naar huis gaan, naar onze ontaarding. De Communie gebeurde op de goede, oude wijze, op de tong. Volgens mijn mening, de enige correctie manier. We moesten gaan knielen op de communiebank om de Heilige Communie op de tong te ontvangen!
Na de Mis, werden we onthaald op een orgelconcert, absoluut verbazingwekkend en klassiek. De organist ging er echt voor.
Ik was verbaasd over de vurigheid van de gelovigen hier. Per ongeluk kwam ik langs het gebied rond het altaar terecht, omdat de afsluiting open was en zo veronderstelde ik dat het in orde was om daar te zijn voor een beter zicht op de kunstwerken, maar een plaatselijke leek wenkte mij om het gebied te verlaten, omdat buiten de priesters en misdienaars, daar niemand anders was toegelaten. Ik voelde mij helemaal niet beledigd en was zelfs blij omwille van de vroomheid van dit verzoek. Ik verontschuldigde mij en zei beleefd dat ik dit soort uitbrander waarachtig waardeerde!
We zagen andere pelgrims die ons volgens en we konden achterhalen dat de Kerk minstens 350 jaar oud was!
Na de Heilige Mis ging we elk onze weg om iets te gaan eten. We vonden een prachtig Nederlands restaurant en hadden een aangenaam avondmaal. Later keerden we terug naar het treinstation en naar het luchthavenhotel. Ik viel in een diepe slaap. Ik was uitgeput.
Dag 10: zondag 27/6/2004
De volgende morgen was er een gratis ontbijt. Het was heerlijk: Belgische wafels en gebakjes, eieren, vruchtensap, sauzen, enz…
Ik kon nog een laatste keer de ouders van Ana uitwuiven, die ook naar Los Angeles reisden, langs Detroit. Los Angeles is namelijk de thuisstad van Ana. Ik vertelde hen dat mijn huis hun huis is, ook voor Ana en al haar aanverwanten. Ana, als u dit zou lezen: indien iemand van uw aanverwanten, of zieners [ik weet dat Snezzy graag San Francisco zou bezoeken] graag zou langskomen, kom maar af! Als mijn echtgenote hiermee akoord gaat uiteraard!
Terzijde, Ana vroeg me ooit daarna of ik haar ooit later de weg zou tonen die we gevonden hadden en die leidde naar de allereerste verschijningsplaats bij het Witte Kruis. Ik beloof dit Ana, als het Gods wil is, en misschien dat we daar dan de volledige Rozenkrans van twintig tientjes kunnen bidden. Vergeet echter niet dat niet ik het was die deze plaats het eerst had gevonden, maar Joe en zodus kan hij u deze plaats ook nog altijd aanduiden.
Op de luchthaven vernamen we dat er een terroristenalarm was en zodus werden we allemaal verhoord vooraleer we door de poort moesten gaan. Een aantal bedevaarders hadden problemen met hun papieren en de luchthavenautoriteiten wilden hen niet doorlaten. We lieten hen niet in de steek, maar stonden hen bij en baden onze Rozenkrans. Na een poos was alles in orde en mochten we doorgaan: de kracht van een Rozenkrans!
We kwamen aan te Detroit en daarna gingen we allen onze weg naar onze laatste bestemming. Mijn bestemming was Los Angeles.
Dit is ales wat belangrijk is dat ik mij herinner van mijn eerste bedevaart naar Medjugorje.
Een slotgedachte over Medjugorje? Uiteraard kan ik hier enkel voor mezelf spreken, maar persoonlijk denk ik dat Medjugorje een verlichting van de ziel betekent. Het daagt u uit om de waarheid te zien en vraagt van u om, met de hulp van onze Heilige Moeder, de nodige moed te hebben om uw hart de nodige veranderingen te laten ondergaan.
Wat is Medjugorje in een paar woorden? Gebed en liefde!
Verder geloof ik dat onze Heilige Moeder een stukje Hemel op aarde wou en DAT IS MEDJUGORJE. Zo verkoos een plaats waar het Westen het Oosten ontmoet, in de nabijheid van drie grote godsdiensten: de katholieke en de orthodoxe godsdient en de moslimwereld. Door dit te doen heeft Zij misschien Wereldoorlog III vermeden, tenminste tot op vandaag.
Zoals Vader Svet heeft gezegd, stromen rivieren van genade in Medjugorje en ik denk dat er een heel museum kan worden gevuld met volumes en volumes van kleine mirakels die er hebben plaatsgevonden, bij elk van de Medjugorje-bedevaarders. U weet wat ik bedoel.
Mijn wens is dat alle katholieke geestelijken naar Medjugorje zouden gaan. Ik ben er zeker van dat die dag ooit komt en daar zullen ze de vrede vinden en het antwoord op de opdracht in hun roeping.
Wat ik denk wat mijn opdracht is? Wel wat vandaag betreft is deze heel duidelijk: ik moet een betere echtgenoot en vader worden, minder beoordelend en meer liefhebbend en ik hoop dat bij mijn volgende bedevaart, mijn echtgenote er zal bij zijn.
Ook moet ik open staan voor wat de Hemelse Moeder mij ook zal vragen. Ik moet haar “slaaf” worden, laat alles met mij gebeuren zoals Zij verlangt. Alles wat ik vraag is dat ze me de nodige genaden zou geven om de wil te doen van Haar Zoon. Bid voor mij dat ik dat zou doen. God zegene u.
Dat de hele wereld zou mogen worden zoals Medjugorje! En hiermee verblijf ik in Jezus, door Maria en Jozef, vergezeld van de Heilige Philomena.
Rafaelmarie
Bron: IIPG
Einde van de IIPG-reeks
Vertaling: Chris De Bodt
|
|