Medjugorje kerk

Medjugorje België en Nederland

Medjugorje Maria

nov

21



Heilige Malachias' pausenprofetieën. Profetie 41-50

  
 
Download PDF

Heilige Malachias' pausenprofetieën. Profetie 41-50

Profetie 41: Novus de Virgine Forti [Een nieuwe man uit een sterke maagd]

Gregorius XI [1370 - 1378]

Echte naam: Pierre Roger de Beaufort [Rosiers d’Egletons, departement Corrèze, ca 1336 - Rome, 27 maart 1378]

Hij was een neef van paus Clemens VI, die hem in 1348, toen hij pas 18 jaar was, tot kardinaal benoemde. Na de dood van Urbanus V werd hij in 1370, na een stemming, tot paus gekozen. Hij was de laatste Franse paus en een bekend canonist. Onder kritische aansporing van Catharina van Siena slaagde hij erin om in 1377 de pauselijke residentie weer naar Rome te verplaatsen. Zo kwam er een einde aan de Babylonische ballingschap, begonnen in 1305, en die 72 jaar had geduurd. Het grote aantal door hem benoemde Franse kardinalen heeft het ontstaan van het Westers Schisma in de hand gewerkt.

Westers Schisma

Het Westers Schisma is een periode in de geschiedenis van de Rooms-Katholieke Kerk van 1378 tot 1417 waarin pausen en tegenpausen elkaar tegenwerkten. Het Concilie van Konstanz maakte een einde aan het schisma. Het woord westers duidt aan dat het een scheuring betreft binnen de Kerk van de westerse wereld [de rooms-katholieke Kerk]. Het wordt ook wel het "Groot Schisma" genoemd, hoewel deze term ook gebruikt wordt voor het Oosters Schisma van 1054, toen er een splitsing optrad tussen deze westerse Kerk en de Oosters-Orthodoxe Kerken.

Het schisma was niet gebaseerd op theologie of enige doctrine, maar alleen op politiek. In 1376 keerde paus Gregorius XI terug naar Rome, nadat de pauselijke zetel tientallen jaren in Avignon geweest was. Hij stierf kort daarna. Bij de daaropvolgende pausverkiezing in april 1378 kozen de kardinalen de Italiaan Urbanus VI, omdat ze bang waren voor rellen onder de bewoners van Rome. Urbanus was een degelijk beheerder geweest in de pauselijke kanselarij in Avignon, maar eenmaal verkozen ontpopte hij zich als een argwanende en opvliegende paus.

De kardinalen kregen snel spijt van hun beslissing, en op 20 september van hetzelfde jaar verhuisden ze van Rome naar Fondi en verkozen Clemens VII, die zich in Avignon vestigde. Deze kreeg de steun van de Franse koning, gevolgd door Aragón, Bourgondië, Napels en Schotland. Engeland, Vlaanderen, het Heilige Roomse Rijk en Noord-Italië daarentegen steunden de Romeinse paus.

De uitkomst van het schisma was dat er enerzijds een beweging was die vond dat de concilies alle macht moesten hebben [conciliarisme] en anderzijds een groep die vond dat de paus alle macht en gezag had [curialisme]. Door de afnemende macht van de paus konden vorsten en hoge bisschoppen gemakkelijker beslissingen nemen buiten de paus om, wat in later tijd een van de factoren zou zijn die bijdroeg aan het slagen van de Reformatie.

De pausen tijdens het Westers schisma verklaarden elkaars besluiten nietig en excommuniceerden elkaars volgelingen. Algemeen werd het schisma door geestelijken in de Westerse kerk dan ook als een blamage gevoeld. Velen vonden dat er zo snel mogelijk een einde aan moest komen, zodat de eenheid van de kerk hersteld zou zijn. Omdat geen van de pausen echter als enige het ambt wilde neerleggen en omdat de aanhangers van beide pausen de andere paus niet als rechtmatig erkende, bleef het schisma toch voortduren. Telkens werd bij de dood van een van de pausen toch weer een opvolger benoemd. Niet zelden vroegen de kardinalen een nieuwe paus zich te beijveren voor het herstel van de eenheid van de kerk, maar wanneer de nieuwe paus eenmaal geïnstalleerd was, kwam er van eventuele gedane beloftes meestal niet veel meer terecht. Beide pausen kregen steun van een aantal Europese naties. De landen die Clemens VII hadden gesteund, bleven de pausen van Avignon steunen. De overige landen waren trouw aan de paus van Rome.

In 1409 trachtte men op het concilie van Pisa het probleem op te lossen door beide pausen van dat moment [Gregorius XII en Benedictus XIII] af te zetten en een nieuwe paus te benoemen, Alexander V, die zijn residentie te Bologna koos. Omdat beide afgezette pausen echter weigerden hun ambt neer te leggen, was het resultaat dat er nu drie pausen waren die zichzelf als rechtmatige paus beschouwden.

Uiteindelijk zette het concilie van Konstanz met de hulp van de koning van het Heilige Roomse Rijk in 1415 paus Johannes XXIII en paus Benedictus XIII af, en werd het ontslag verkregen van de roomse paus Gregorius XII. Twee jaar later, in 1417, benoemde het concilie Martinus V als nieuwe paus. Hiermee eindigde het schisma.

De latere Rooms-Katholieke traditie erkent alleen de pausen die in Rome zetelden als paus. De pausen van Avignon en Bologna worden als tegenpausen beschouwd. Ook werd in latere tijden uitdrukkelijk vastgelegd dat een concilie geen macht heeft over de paus, en dat een pauselijke verkiezing alleen door de paus zelf kon ongedaan gemaakt worden.

Pierre Roger de Beaufort had als kardinaal tot titelkerk Santa Maria Nuova en het woord Forti is hoogstwaarschijnlijk een zinspeling van Malachias op zijn familienaam.

Profetie 42: De Cruce Apostolica [Van het apostolische Kruis]

Clemens VII [1378 - 1394] [tegenpaus]

Echte naam: Robert de Genève [Genève, 1342 - Avignon, 16 september 1394]

Hij is de tegenpaus die verantwoordelijk was voor het grote Westerse Schisma. Hij werd in 1361 bisschop van Terwaan, in 1368 bisschop van Kamerijk en in 1371 kardinaal. Onder paus Gregorius XI maakte hij zich met het bloedbad van Cesena in 1377 berucht door zijn optreden als pauselijk legaat in Italië. Robert was een zoon van graaf Amadeus III van Genève en van Mathildis van Auvergne. Hij werd in 1392 graaf van Genève, in opvolging van zijn kinderloos overleden broer Peter.

In het conclaaf van 8 april 1378 koos hij mede voor paus Urbanus VI, maar vijf maanden later verklaarden de niet-Italiaanse kardinalen hun keuze voor ongeldig: op 20 september 1378 kozen zij Robert tot paus als Clemens VII [niet te verwarren met de andere paus Clemens VII]. Na een mislukte aanval op Rome vestigde hij zich te Avignon, waar hij zich gesteund wist door Karel V van Frankrijk, met wie hij verwant was. Serieuze pogingen tot beëindiging van het schisma ondernam hij evenmin als Urbanus.

Hij was zeer begaafd, maar zijn bedenkelijke financiële praktijken, nodig voor zijn royale levensstijl, bezorgden hem vele vijanden. Na Clemens' dood wilde men het schisma wel beëindigen, maar niet eenzijdig. Daarom kozen Clemens' kardinalen Pedro de Luna [Benedictus XIII] als opvolger, nadat deze had verklaard steeds bereid te zijn af te treden als Urbanus VI dat ook zou doen. De Luna zou zich echter tot aan zijn dood aan zijn ambt vastklampen.

Hij had als titelkerk de "Twaalf Apostelen" en zijn wapen vertoont een kruis dat viermaal doorstoken is.

Profetie 43: Luna Cismedina [De maan van Cosmedin]

Benedictus XIII [1394 - 1423] [tegenpaus]

Echte naam: Pedro de Luna [Illucia, Aragon, ca 1327 - Peñiscola, 23 mei 1423]

Hij was de beroemde Petrus de Luna, een Spaanse bisschop die later als kardinaal Santa Maria in Cosmedin tot titelkerk kreeg. Hij werd geboren rond 1327 en tot kardinaal benoemd in 1375. Hij keerde met Gregorius XI naar Rome terug en na diens dood nam hij deel aan het conclaaf, waar de Romeinen binnenvielen en dat Urbanus VI verkoos. Zijn geestelijke leidsman en biechtvader was de grote Vicentius Ferrerius, die meende dat hij de echte paus was. Toen Clemens VII stierf, werd Petrus eenstemmig verkozen om hem op te volgen.

De Luna werd na Clemens' dood gekozen als diens opvolger, waarbij hij de naam Benedictus XIII aannam. Voor het conclaaf zei hij dat hij even gemakkelijk zou aftreden als zijn hoed afzetten. Toen hij echter daadwerkelijk tot paus werd gekozen weigerde hij af te treden, hoewel hij zei dat hij voorstander voor de hereniging van de Kerk. Tijdens de concilies van Pisa [1409] en Konstanz [1414-1418], wilde Benedictus van geen compromis weten om tot een einde van het schisma te komen, waardoor zijn steun steeds verder afkalfde. Nadat hij in 1417 werd afgezet, leefde hij tot zijn dood in 1423 in een fort nabij Valencia in de overtuiging dat hij de rechtmatige paus was. Tot zijn dood bleef hij erkend door Schotland en Spanje.


Chiesa Santa Maria in Cosmedin

De omschrijving van Malachias doelt op zijn naam en zijn titelkerk Santa Maria in Cosmedin.

Profetie 44: Schisma Barcilonicum [Het schisma van Barcelona]

Clemens VIII [1423 - 1429] [tegenpaus]

Echte naam: Gil Sánchez Muñoz y Carbón [bijgenaamd Doncel] [Teruel, 1369 - Mallorca, 28 december 1447]

Hij was tegenpaus van 1423 tot 1429, zoon van Pedro II Sanchez Muñoz y Liñán en Catalina Sanchez de Carbón. Hij studeerde kerkelijk recht en was tot 1396 in dienst van de curie in Avignon. Als gezant van Benedictus XIII en als aartsbisschop van Valencia zette hij zich in voor de beëindiging van het westers schisma.

Op het concilie van Konstanz werd Benedictus XIII uit zijn functie ontheven en werd Martinus V tot paus benoemd. Benedictus erkende zijn afzetting echter niet en bleef zichzelf tot zijn dood in 1423 beschouwen als de ware paus. Na zijn dood wezen drie van de vier door Benedictus XIII aangestelde kardinalen Gil Sánchez Muñoz als zijn opvolger aan. Deze nam de naam Clemens VIII aan. Hij kreeg de steun van Alfons V, koning van Aragón en Sicilië, die in conflict was met Rome en daarom op Clemens' benoeming had aangestuurd. Pas op 19 mei 1426 liet Clemens zich ook daadwerkelijk als paus uitroepen. De vierde door Benedictus XIII benoemde kardinaal schoof echter een eigen paus naar voren, die de naam Benedictus XIV aannam. Clemens sprak daarop de ban uit over Benedictus XIV.

In 1429 legden Rome en Aragón hun conflict bij. Hiermee verviel de politieke steun voor Clemens VIII. Op 26 juli 1429 riep hij zijn kardinalen samen en verklaarde hij afstand te doen van het pausdom. Op zijn aandringen erkenden de aanwezige kardinalen Martinus V als hun nieuwe paus. Bij de bijeenkomst was ook een vertegenwoordiger van Martinus V aanwezig.


Tegenpaus Paus Clemens VIII op zijn graftombe in de Paoline-of Borghesekapel te Rome

Na zijn aftreden werd Gil Sánchez Muñoz door Martinus V benoemd tot bisschop van Mallorca. De Rooms-katholieke Kerk heeft hem nooit als paus erkend. Hij staat alleen vermeld in een voetnoot van de Vaticaanse cataloog. Hij was kanunnik van Barcelona, waar op omschrijving van Malachias op zinspeelt. Bij een tegenpaus is er uiteraard altijd een schisma. Hij stierf in 1447.

Profetie 45: De Inferno Pregnani [Uit het hel van Pregnani]

Urbanus VI [1378 - 1389]

Echte naam: Bartolomeo Prignano [Inferno, Napels, 1318 - Rome, 15 oktober 1389]

Bartolomeo Prignano werd in 1363 aartsbisschop van Acerenza, en daarna vanaf 1377 aartsbisschop van Bari en cancellarius van paus Gregorius XI. Toen deze laatste in 1378 overleed, kwam het Romeinse volk op straat en eiste dat er eindelijk weer eens een Romein of op zijn minst een Italiaan tot paus zou worden verkozen. De Italiaanse kardinalen waren echter stuk voor stuk veel te oud om nog in aanmerking te komen. Geconfronteerd met het ronduit agressieve volk opteerden de radeloze kardinalen uiteindelijk, na een turbulent conclaaf van drie maanden, voor iemand buiten hun kring. Hun keuze viel op de zachtmoedige, onopvallende en gemakkelijk te beïnvloeden Bartolomeo Prignano, de laatste niet-kardinaal die tot paus werd gekozen.

Ze hadden gedacht hem ertoe te kunnen bewegen om hun hartewens te vervullen en naar Avignon terug te keren, maar hadden al spoedig redenen te over om hun beslissing te betreuren. Eenmaal op de troon, verheven boven de adellijke kardinalen die hem vroeger nooit hadden zien staan, ontpopte Prignano, die de naam Urbanus VI had aangenomen, zich al snel tot een kwaadaardige tiran die razend tekeer ging en niet voor lijfstraffen terugschrok.

De overwegend Franse kardinalen, dodelijk geschrokken, zetten nu een catastrofale ketting van gebeurtenissen in gang door hun toevlucht te nemen tot een drastische en ongehoorde ingreep: ze verklaarden dat ze door het Romeinse volk onder zware druk waren gezet en daardoor een verkeerde beslissing hadden genomen, trokken openlijk de geldigheid van Urbanus' verkiezing [en dus hun eigen handelingen] in twijfel, en kozen nog datzelfde jaar 1378 een tegenpaus, Paus Clemens VII.

Deze vertrok onmiddellijk met zijn volgelingen naar Avignon, de wereld berichtend dat hij de enige echte paus was. Urbanus VI wist zich echter te handhaven. De Christelijke wereld werd nu gedwongen te kiezen. Frankrijk, Spanje en Portugal schaarden zich achter Clemens. Italië, het Duitse Rijk, Vlaanderen en Engeland achter Urbanus VI. Ook deze situatie deed geen goed aan het Westers Schisma.


Urbanus VI' graftombe in de grotten van het Vaticaan

Urbanus' tombe in de Grotte Vaticane is een oude sarcofaag. Er loopt het gerucht dat hij in 1389 door vergiftiging om het leven zou zijn gekomen. Pregnani slaat op zijn familienaam en hij was van geboorte afkomstig uit het plaatsje Inferno bij Napels.

Profetie 46: Cubus de Mixtione [Het mengselvierkant]

Bonifatius IX [1389 - 1404]

Echte naam: Piero Tomacelli [Napels, 1356 - Rome, 1 oktober 1404]

Bonifatius IX was paus van 2 november 1389 tot 1 oktober 1404. Piero stamde uit een oude, maar verarmde adellijke familie uit Napels. De tegenpaus van Avignon, Clemens VII, kroonde tezelfdertijd de Franse Prins Lodewijk van Anagni tot koning van Napels. Gedurende het eerste deel van zijn pontificaat resideerde de tegenpaus Clemens VII [1378-94] in Avignon onder bescherming van de Franse koning. Hij stierf in 1404 na een korte ziekte.

Hij regeerde meer als wereldlijk dan als kerkelijk vorst, spande zich weinig in om een eind te maken aan het Westers schisma, maar spande zich wel in om de inkomsten van de kerk te vermeerderen o.a. door het verhogen van de belastingen. Het was Paus Bonifatius IX die in 1389 Birgitta van Zweden heilig verklaarde.


Het wapen van paus Bonifatius IX

Malachias zinspeelt op het wapen van de Paus, dat een balk met afwisselende vierkanten vertoont.

Profetie 47: De Meliore Sydere [Van een betere Ster]

Innocentius VII [1404 - 1406]

Echte naam: Cosma dei Migliorati [Sulmona, ca 1336 - Rome, 6 november 1406]

Innocentius VII was Paus van 17 oktober 1404 tot 6 november 1406. Migliorati studeerde in Perugia en Padua. Cosma werd door Urbanus VI als Pauselijk Afgevaardigde naar Engeland gestuurd om er de Tiende, een vorm van winstbelasting, waarbij men een deel van de opbrengst dient te betalen, te innen.

Hij werd in 1387 aartsbisschop van Ravenna, en in 1389 werd hij aartsbisschop van Bologna en in datzelfde jaar creëerde paus Clemens VII hem kardinaal. Innocentius werd pas tot paus gekozen nadat hij gezworen had alles te doen om het Westers Schisma te beëindigen. Tijdens zijn pontificaat was Benedictus XIII [1394-1423] tegenpaus te Avignon. Innocentius weigerde op voorstellen van Benedictus in te gaan om tot overeenstemming te komen. Hij stierf plots in 1406.


Het wapen van paus Innocentius VII

Malachias’ spreuk is een woordspeling op de naam van de Paus [beter, meliorati, Migliorati] en eveneens een zinspeling op zijn wapen, waarin een ster te zien is.

Profetie 48: Nauta de Ponte Nigro [Zeeman van de zwarte Brug]

Gregorius XII [1406 - 1415]

Echte naam: Angelo Correr [Venetië, 1325 - Recanati, 18 oktober 1417]

Gregorius kwam uit een oude patriciërsfamilie en was de zoon van Niccolò di Pietro and Polissena. Na zijn studie theologie werd hij aangesteld als kanunnik in de kathedraal van Venetië. Op voordracht van de Venetiaanse senaat werd hij benoemd als diaken van de kerk van Corona op 23 maart 1377, een post die hij zou behouden tot 1390. Hij was tevens professor theologie aan de universiteit van Bologna.

Na diverse kerkelijke ambten werd hij op 12 juni 1405 tot kardinaal-priester van San Marco te Rome gecreëerd. Na de dood van paus Innocentius VII, op 6 november 1406, vond het conclaaf plaats en op 30 november 1406 werd hij gekozen tot paus Gregorius XII. Zijn kroning vond plaats op 19 december in de oude Sint-Pietersbasiliek.

Gregorius werd gekozen in de tijd van grote verdeeldheid binnen de Rooms-katholieke Kerk, het Westers Schisma. Hij kon rekenen op de steun van enkele Italiaanse prinsen en Ladislaus van Napels, die aan de paus in Rome zijn erkenning als koning van Napels te danken had. De tegenpaus Benedictus XIII in Avignon kende ook nog steeds een grote steun. Bij aanvang van het conclaaf was bepaald, dat het oplossen van het schisma de hoogste prioriteit was. Alle kardinalen bij het conclaaf werd meegedeeld, dat mocht hij verkozen worden en het probleem te zijner tijd opgelost zou worden, en dat het aan het College van Kardinalen vrij stond een nieuwe paus te kiezen in overeenstemming met alle nu nog strijdende partijen. Indien nodig zou dan de paus die in 1406 gekozen werd moeten terugtreden evenals de tegenpaus Benedictus [of zijn opvolger].

Na zijn verkiezing wilde Gregorius aanvankelijk toenadering zoeken tot Benedictus XIII om samen tot een oplossing te komen. Afgesproken werd om een bijeenkomst te organiseren in het Italiaanse Savona, Ligurië. Het waren de familieleden van Gregorius en Ladislaus van Napels [1399-1414] die Gregorius ervan weerhielden om af te reizen, hoewel er bij Gregorius zelf ook de angst bestond dat hij eventueel gevangengenomen zou kunnen worden door de rivaliserende partij.

Deze stagnatie zorgde voor onvrede bij de kardinalen, die Gregorius aan zijn belofte tijdens het conclaaf bleven herinneren. Om de kardinalen aan zich te blijven binden riep Gregorius XII op 4 mei 1408 een vergadering van kardinalen in Lucca bijeen, waarbij hij hen verbood de stad te verlaten. Om de steun aan hem te vergroten creëerde hij tevens vier kardinalen, inclusief 2 kardinaal-nepoten, waaronder de latere paus Eugenius IV, ondanks een andere belofte die tijdens het conclaaf was gemaakt: de nieuwe paus zou geen nieuwe kardinalen creëren.

Zeven kardinalen besloten toch in het geheim te vertrekken en gingen onderhandelingen aan met de [pseudo]kardinalen van Benedictus XIII. Zij besloten het Concilie van Pisa [1409] bijeen te roepen, waarbij beide pausen aanwezig zouden moeten zijn. Via een afzettingsprocedure zou er door de kardinalen vervolgens een nieuwe paus gekozen worden.

Beide pausen lieten echter verstek gaan, waarop het concilie besloot om beide pausen af te zetten als schismatisch, ketters, en plegers van meineed. Petrus Philarges werd door de kardinalen gekozen tot [tegenpaus] Alexander V, waardoor het conflict alleen maar verhevigd werd: een periode van drie pausen:
  • Gregorius XII: met de steun van o.a. Duitsland en Italië
  • Benedictus XIII: met de steun van Spanje, Sardinië, Schotland, Corsica en een deel van Frankrijk
  • Alexander V: met de steun van het grootste deel van Frankrijk en talrijke hervormingsgezinde orden
Tegelijkertijd was door Gregorius XII, die nog 10 kardinalen had gecreëerd, een concilie in Cividale del Friuli bij Aquileia bijeengeroepen, die overigens door een kleine groep werd bezocht. Tijdens deze bijeenkomst werden de tegenpausen Alexander V en Benedictus XIII op hun beurt veroordeeld tot vernietigers van de kerk en afgezet, maar hun oproep ging onopgemerkt voorbij.

Uiteindelijk bracht het Concilie van Konstanz [1414-1418], dat op aandrang van Sigismund van het Heilige Roomse Rijk bijeengeroepen werd, de oplossing. Gregorius XII liet zich op deze bijeenkomst onder andere vertegenwoordigen door Carlo I Malatesta. Op 4 juli 1415 diende Malatesta namens Gregorius zijn ontslag in, wat door alle kardinalen geaccepteerd werd. De aanstellingen van de kardinalen door Gregorius werden erkend om zo de Correr-familie te vriend te houden. Ook Benedictus XIII, afgezet in 1417 en levend in ballingschap in Spanje tot aan zijn dood in 1423, en Johannes XIII [de tegenpaus die als opvolger van Alexander V in 1410 was gekozen, en vanaf 20 maart 1417 leefde in gevangenschap] werden afgezet. Hierdoor kwam een einde aan het Westers Schisma.

Gregorius werd benoemd tot kardinaal-bisschop van Porto-Santa Rufina en legaat in Ancona. Besloten werd, om nog geen nieuwe paus te kiezen totdat Gregorius zou zijn overleden.

Gregorius overleed op 18 oktober 1417 te Recanati, de plaats waar hij de laatste jaren van zijn leven verbleef. Zijn lichaam werd bijgezet in de kathedraal van Recanati.


De Negroponte brug die het eiland Euboea met het Griekse vasteland verbindt

Malachias doelt op zijn periode als commendataire abt van de kerk van Negroponte op het Griekse eiland Euboea, dat de Venetianen tijdens de bezetting Negroponte noemden, hiermee verwijzend naar de brug die de verbinding maakte met het vasteland. In commendam was het [tijdelijk] verlenen van de titel van commendataire abt, uit hoofde waarvan de opbrengsten van een abdij gebruikt mochten worden ter verbetering van het eigen inkomen. Hierbij inde de abt slechts de opbrengsten, maar had hij geen bestuurlijke inspraak. De abt hoefde overigens ook zelf niet in de abdij te wonen om aanspraak te kunnen maken op de gelden.

Het in commendam geven van abdijen vond zijn oorsprong in de vroege Middeleeuwen, toen dit voorrecht was weggelegd voor geestelijken, die door oorlogen verdreven waren uit hun eigen kerkelijke bestuursgebieden en zo van inkomsten verstoken bleven. Met een tijdelijke functie als commandataire abt kon in financiële ondersteuning voorzien worden. Veelal werd de functie vervuld in abdijen, waar op dat moment geen abt aanwezig was.

Profetie 49: Flagellum Solis [Zweepslag van de Zon]

Alexander V [1409 - 1410] [tegenpaus]

Echte naam: Petrus van Candia [Petrus Philarges] [Kreta, 1340 - Bologna, 4 mei 1410]

Alexander V was tegenpaus van 26 juni 1409 tot 1410. Hij was Grieks van geboorte, afkomstig van Kreta. Hij kende ouders, noch familie en kreeg het eerste onderwijs van een pater. Hij was lid van de Orde van de Franciscanen en had gestudeerd aan de universiteiten van Oxford en Parijs. Voor zijn benoeming tot paus was hij kardinaal en aartsbisschop van Milaan. In deze hoedanigheid had hij zich sterk beijverd voor het herstel van de eenheid van de kerk. Alexander koos zijn pauselijke residentie in Bologna.

Alexander werd tot paus benoemd op het Concilie van Pisa [1409]. Dit concilie probeerde een einde te maken aan het Westers schisma, door de twee pausen van dat moment [Gregorius XII en Benedictus XIII] af te zetten en Alexander als nieuwe paus te benoemen. Deze erkenden hun afzetting niet en hadden nog voldoende steun om als paus aan te kunnen blijven. Zo werd Alexander een van de drie pausen die elk claimden de rechtmatige paus te zijn. Alexander werd in zijn claims gesteund door het grootste deel van de toenmalige Westerse christenheid, namelijk de kerk van Frankrijk, Engeland, Bohemen en een groot deel van de Duitse bisschoppen.

Na een periode van slechts tien maanden overleed Alexander onverwachts in de nacht van 3 op 4 mei 1410, waar hij gevangen gehouden werd door Kardinaal Cossa, die hem opvolgde als tegenpaus Johannes XXIII. Hij werd begraven in de Franciscuskerk in Bologna. Zijn opvolger was tegenpaus Johannes XXIII [niet te verwarren met paus Johannes XXIII die paus was in de twintigste eeuw. Zijn pontificaat werd gekenmerkt door zijn vergeefse pogingen om Rome te bereiken.

Tegenwoordig wordt Alexander in de Rooms Katholieke Kerk beschouwd als een tegenpaus. Het is opmerkelijk dat er geen officieel erkende paus met de naam Alexander V is. Dit moge blijken uit het feit dat de eerste paus met dezelfde naam paus Alexander VI werd genoemd.


Het wapen van tegenpaus Alexander V

Flagellum Solis is een woordspeling op de familienaam "Philarges" en een verwijzing naar zijn wapen met daarin een zon, omgeven door sterren.

Profetie 50: Cervus Sirenea [Hert van de Sirene]

Johannes XXIII [1410 - 1415] [tegenpaus]

Echte naam: [Napels, 1370 - 22 december 1419]

Johannes XXIII was tegenpaus van 1410 tot 1415, in de periode van het Westers Schisma. Hij moet niet verward worden met de latere paus Johannes XXIII.

Aanvankelijk was hij een officier in het leger van paus Bonifatius IX. Pas later werd hij geestelijke. In 1402 werd hij benoemd tot kardinaal. In deze hoedanigheid zat hij het Concilie van Pisa voor [1409], dat bedoeld was de eenheid van de kerk te herstellen. Het concilie zette de pausen van Rome en Avignon af [Gregorius XII resp. Benedictus XIII] en benoemde Alexander V tot nieuwe paus, die zijn residentie te Bologna koos. De afgezette pausen accepteerden de gang van zaken echter niet, zodat er nu drie pausen claimden de rechtmatige paus te zijn.

In 1410 volgde Johannes XXIII Alexander V op, die na een pausdom van tien maanden onverwachts overleden was. Er gingen geruchten dat Johannes XXIII hem had vergiftigd, maar dit is nooit bewezen en het is niet duidelijk of in de bewering een kern van waarheid zit, of dat het gerucht door zijn vele [kerkelijke] politieke tegenstanders in de wereld is geholpen om de nieuwe paus zwart te maken.

Johannes XXIII besteedde veel aandacht aan de politieke, wereldlijke dimensie van het pausdom. Hij onderhield nauwe betrekkingen met koning Sigismund van Luxemburg. Het was ook Sigismund die Johannes ertoe aanzette het concilie van Konstanz bijeen te roepen [1414-1418]. Het concilie had als belangrijkste doel een einde te maken aan de situatie dat de kerk drie pausen kende. Johannes XXIII verwachtte vermoedelijk dat het nieuwe concilie de besluiten van Pisa zou bekrachtigen door Gregorius XXII en Benedictus XIII [die beide niet deelnamen aan het concilie] af te zetten en hem als enige paus te erkennen. Al gauw werd echter duidelijk dat de meeste deelnemers aan het concilie vonden dat alle drie de pausen van dat moment afgezet moesten worden, zodat er een nieuwe paus kon komen die voor alle partijen acceptabel was.

Johannes XXIII probeerde zijn positie veilig te stellen door in de nacht van 20 maart 1415 heimelijk van het concilie weg te vluchten. Hij hoopte dat, nu er geen paus aanwezig was, het concilie ontbonden zou worden en alles bij het oude zou blijven. Sigismund wist de verwarring echter te bezweren en op 6 april bepaalde het concilie, in de lijn met de argumenten van de conciliaristen, dat het concilie ook zonder de aanwezigheid van een paus bevoegd was bindende besluiten te nemen. Johannes XXIII werd daarop achterhaald en gevangen genomen. De andere twee pausen legden onder druk hun ambt neer. Twee jaar later werd Martinus V door het concilie benoemd als nieuwe paus en als zodanig erkend door heel de Westerse kerk.

In 1418, nadat het Concilie van Konstanz beëindigd was, gaf Martinus V Johannes XXIII zijn vrijheid terug. Hij benoemde hem tot bisschop en kardinaal van Toscane. Johannes overleed eind 1419, vermoedelijk op 22 december. In de Rooms Katholieke Kerk is nog lange tijd onduidelijk geweest of Johannes XXIII [en zijn voorganger Alexander V] als paus of als tegenpaus beschouwd moesten worden. In 1958 kwam aan de onduidelijkheid een einde toen Angelo Giuseppe Roncalli als nieuwe paus de naam Johannes XXIII aannam [en niet Johannes XXIV]. Daarmee kregen Alexander V en zijn opvolger definitief het predicaat tegenpaus.

Tegenwoordig wordt hij in de Rooms Katholieke Kerk beschouwd als een tegenpaus.


Sirene Parthenope

De profetie van Malachias zinspeelt op het feit dat Cossa als kardinaal tot titelkerk Sint Eustachius had, dat een hert als embleem heeft. Hij werd geboren in Napels. De oorsprong van Napels gaat terug naar een verfoeilijke vrouw, de sirene Parthenope.

Chris De Bodt