Medjugorje kerk

Medjugorje België en Nederland

Medjugorje Maria

nov

21



Ongeschonden Lichamen: Clara van Assisi [1193/94-1253]

  
 
Download PDF

Clara van Assisi [1193/94-1253]

Inleiding

Wie zich verdiept in het leven van Clara van Assisi kan zich erover verwonderen dat iemand die haar hele leven op één en dezelfde plaats heeft gewoond, zo intens heeft geleefd. Zij is te vergelijken met een boom, waarvan de wortel steeds verder de diepte ingaat. In de diepte ontdekt zij het leven. Boven de grond strekt zij haar armen meer en meer uit. Haar stam is vast en stevig. Mensen kunnen er tegen leunen en in de hitte van het leven uitrusten in de schaduw van haar bladeren.


Assisi, Italië

Haar levensverhaal is een verhaal over nederigheid en armoede. Maar vooral een verhaal van liefde voor God en de mensen om haar heen. En de rijkdom die daar in is.

De twaalfde eeuw

Clara wordt geboren in een eeuw, die met name in Italië wordt gekenmerkt door sociale veranderingen. In de vroege Renaissance laat de opkomende burgerij, ook wel de derde stand genoemd,(tegenover de twee andere standen van adel en geestelijkheid) laat zich steeds meer gelden, en schept een eigen stadscultuur. Steden gaan tegen elkaar opbieden en strijden om de macht. Het is met name de adel voor wie deze opkomst uiteindelijk een neergang zal betekenen. Assisi is een plaats die volop meegaat in deze nieuwe ontwikkelingen. Door de trek naar de steden ontstaat ook een stadsproletariaat. Er beginnen zich bedelaars te vertonen. Ook de kerk maakt een woelige periode door.


Fresco van Clara Van Assisi van Simone Martini

Verwereldlijking in hoge kerkelijke kringen en zelfs in de kloosters, komt maar al te vaak voor. Het is dan ook niet te verwonderen dat hiertegen verzet wordt aangetekend. Er zullen in de twaalfde en dertiende eeuw dan ook nieuwe religieuze groeperingen ontstaan, waaronder die van de Franciscanen en de Dominicanen de bekendste zijn. Zij brengen geleerden voort als Bonaventura, Duns Scotus en Dominicus.

Levensbeschrijving

Clara werd in 1193/94 geboren in Assisi in Italië. Wij weten weinig over haar jeugd. Ze is van adellijke komaf en krijgt een opvoeding die erop is gericht dat ze later met een edelman zal trouwen. Zo leert zij spinnen, weven en borduren. Daarnaast leert zij ook lezen en schrijven. De Latijnse taal beheerst ze tenslotte zo dat ze zich er goed in kan uitdrukken. Vanaf het begin is het duidelijk dat het christen zijn haar ernst is. Ze toont dat in een innig, christelijk leven. Al op jonge leeftijd besluit ze om zich niet te laten uithuwelijken, maar haar leven te wijden aan God.

Toen de adellijke familie de kerk van San Rufina binnenkwam, keken de mensen naar Clara die in het midden van haar familie naar voren liep. Het was Palmzondag, het begin van de Stille Week. De week die uit zou lopen op het Paasfeest.


Kathedraal van San Rufino

In gedachten verzonken keek ze naar het kruis. Zij merkte niet dat de bisschop de palmtakken wijdde met water. Mensen drongen zich naar voren, voor een palmtak.

De bisschop zag Clara staan, liep op haar toe en gaf haar ook een palmtak. Hij zei tegen haar: Clara, vandaag begint de Heer zijn lijden. Voor jou is het ook een belangrijke dag. Ga met God. Inderdaad het zou een belangrijke dag voor Clara worden. Niet lang geleden had ze Franciscus ontmoet. En zijn denkbeelden over een leven met God hadden haar aangegrepen.

Laat in de avond kleedde zij zich zorgvuldig aan naar de laatste mode. Terwijl iedereen sliep ging zij naar beneden. Aan de achterkant van het huis wist ze met veel moeite een deur open te maken die gewoonlijk niet meer werd gebruikt. De deur draaide open. Voor ze de drempel overstapte keek ze nog even achterom. Toen deed ze de deur achter zich dicht. Even stond ze stil, om moed te verzamelen voor wat ze ging doen. Toen liep ze vlug naar de zuidelijke poort, die niet goed meer sloot en wrong zich er doorheen. Verderop stond een groepje mannen haar op te wachten met toortsen.

Franciscus, want die was het die haar met zijn broeders opwachtte, liep op haar toe. Twee werelden ontmoetten elkaar. Die van de rijkdom en die van de armoede. Clara gekleed in een fleurig kostbaar gewaad. Franciscus gekleed in een soort pij van jute met een touw er omheen. Maar wie naar hem keek zag niet wat hij aanhad. Die zag alleen maar zijn doordringende ogen. Samen liepen ze naar een klein kerkje naast het verblijf van de broeders. Bij het altaar van het kerkje vroeg Franciscus aan Clara om haar kleed af te leggen en een kleed aan te doen van ongeverfde grove wol. En legde ze de gelofte af van armoede, kuisheid en gehoorzaamheid.


Heilige Clara bij het dode lichaam van de Heilige Franciscus van Assisi

Het was haar ernst om haar leven aan God te wijden. Toch schrok ze toen Franciscus zei dat hij als een teken van die beslissing haar haren wilde  afknippen. Maar ze knielde neer, zodat hij haar blonde haar kon afknippen. Daarna stond ze op en keek naar zichzelf. Eenvoudiger kon het niet. Achttien jaar was ze. En toch het was goed zo. Die nacht, de nacht van de 19e maart in het jaar 1212, duurde het lang voordat ze sliep...

Op Goede Vrijdag kwam de familie haar halen. Ze vluchtte het kerkje in. En toen de mannen opdrongen trok ze de doek van haar hoofd. De mannen zagen haar afgeknipte haar, het teken van haar gewijd zijn aan God, en trokken zich terug.

Van Sao Paolo bij de Benedictinessen werd ze nu naar de Arme Vrouwen van Sant' Angelo di Panzo gebracht.

Op de dinsdag na Beloken Pasen werd er 's avonds aan de deur geklopt. Zestien dagen waren voor haar zusje Catharina [later kreeg ze de naam Agnes] voldoende geweest om het besluit te nemen haar zuster te volgen en zich aan God te wijden.
Ze was nog maar zestien jaar. Maar haar wachtte al een huwelijk.

De volgende middag kwam de familie om haar te halen. Door een gemene klap viel Catharina en raakte bewusteloos. Heel haar leven zou ze daar hoofdpijn aan over houden. Haar zus Clara wist de mannen te overtuigen dat het Catharina ernst was met haar beslissing om zich aan God te wijden.

In het kerkje van Sint Damiano had Franciscus de opdracht gekregen om het vervallen huis te herstellen. Hij was er met de broeders meteen aan begonnen. Ook de bijgebouwen werden hersteld. Het duurde even, maar toen drong het tot hem door dat het niet ging om een materieel herstel van de kerk, maar om een geestelijk herstel. En toen hij besefte dat het daarom ging, pakte hij dat aan.


Kerkje van San Damiano

Op deze plaats zou Clara de rest van haar leven, nog 41 jaar, doorbrengen.

Ook andere vrouwen sloten zich bij hen aan. En er kwam een leefregel waarbij armoede en eerbied voor de schepping centraal stond. Met moeite kon Clara overgehaald worden om abdis te zijn. Rechts: in aanwezigheid van paus Gregorius IX zegent Clara het brood. Op een wonderbaarlijke manier verschijnen er kleine kruisjes op. Haar moeder komt tenslotte ook bij haar dochter Clara in het klooster wonen.

Bij het sterven van Clara, zo wil de legende verschijnen er jonkvrouwen met gouden kronen. Maria dekt haar toe met een gouden sluier. Op haar sterfbed krijgt ze van paus Innocentius IV de goedkeuring voor haar orde. Twee dagen later sterft ze.

Zusters uit het klooster van Clara waren nog tijdens het leven van Clara naar andere landen van Europa gegaan.

Daar stichtten ze nieuwe kloosters. Onder de vrouwen die zich aansloten bij hen was ook prinses Agnes van Bohemen. Zij bouwde een kerk voor broeders van Franciscus en een gasthuis. De broeders vertelden haar van Clara. Nadat Clara van Agnes van Praag had gehoord, stuurde ze een vijftal zusters uit San Damiano naar haar toe. Prinses Agnes werd de abdis van het eerst nog kleine klooster. Tussen de vrouwen ontstond door de jaren heen een hartelijke vriendschap.

Door de persoon van Clara en haar levende spiritualiteit drong de weerklank van haar levenswijze door tot ver buiten de muren van haar klooster en over de grenzen van haar tijd. Ook in Nederland zijn de Clarissen vertegenwoordigd. Zo is er een Clarissenklooster in Eindhoven.

De gemeenschap

De gemeenschap, die steeds grotere vormen aannam, werd in het begin door Franciscus geleid. Bepalend voor het model van leven waren de volgende drie wezenlijke punten:
  • keuze voor een besloten leven van gebed.
  • Een leven in bezitsloosheid in navolging van Jezus.
  • De belofte dat Franciscus en de broeders hen zouden beschermen.
Naast het getijdengebed kenden de zusters ook handenarbeid. Zoals werken in de tuin of borduren. Bovendien waren er zusters die buiten het klooster dienst deden. Boodschappen doen voor anderen en dergelijke.  Bedelen werd niet gepast gevonden voor vrouwen. Intern waren er spanningen. Vaak waren er zusters ziek, die verpleegd moesten worden. Politieke spanningen lieten het klooster niet ongemoeid. Uiteindelijk werd het voornemen opgevat om zich in Assisi te vestigen.  Dat is ook gebeurd, al was dat pas nadat Clara was overleden.

De waarde van de armoede bestond volgens Clara in het vrij worden van alles wat een mens kan binden, om de mens te worden zoals God haar heeft bedoeld. Het is bovendien de weg naar echte zuster- en broederschap.

Voor de zusters was het leven zwaarder dan voor de broeders. Omdat ze afhankelijk waren van de vrijgevigheid van de mensen. Zij moesten vertrouwen op de zorg van God. Clara en haar zusters hebben veel onbegrip ondervonden ten aanzien van hun nieuwe levenswijze. Pas op de dag voordat ze stierf, op 9 augustus 1253 is haar Levensvorm goedgekeurd. Clara heeft weinig geschriften nagelaten. Een levensvorm, een testament, een zegen en vier brieven aan Agnes van Praag.

Brief: De Spiegel

Hieronder volgt nog een brief van Clara aan de abdis Agnes van Praag, oorspronkelijk geschreven in het latijn. Laat u niet weerhouden door de weerbarstige tekst. Je voelt dat er tussen haar en ons eeuwen liggen. Daarom moet er een brug geslagen worden. Maar als dat gebeurd is dan valt er veel te ontdekken in deze zorgvuldig gecomponeerde brief!

Deze brief is waarschijnlijk door Clara kort voor haar dood geschreven in 1253. Haar zus Agnes wordt genoemd, die vermoedelijk in verband met de ziekte van Clara naar San Damiano is gekomen om haar bij te staan. Tussen de abdis van het klooster in Praag, Agnes van Praag en Clara is er een warme vriendschap gegroeid in de loop der jaren. Al kon er niet altijd geschreven worden omdat een brief overbrengen dan riskant was.

Over de indeling die de inhoud van de brief verduidelijken kan, leest u verderop.

In de literatuur van de tijd van Clara is de spiegel een belangrijk theologisch symbool. Hier wordt de spiegel gebruikt voor de manier waarop God de schepping te boven gaat en toch ook weer in die schepping is te kennen. De schepping weerspiegelt dan, op een wazige manier de schoonheid van de Verborgene. Het is een voorbeeld zonder vlek. De taal is bijbeltaal verweven met de eigen taal. De mystiek is bruids- mystiek. Voor een beter begrip loont het soms de moeite een bijbeltekst na te slaan. De bruidsmystiek (vanaf vers 28) komt voort uit een geleefd leven met Christus. Met Jeruzalem wordt de kerk bedoeld in haar meest hemelse gestalte.

Aan Agnes van Praag

1. Aan de helft van mijn ziel en de kluis van mijn hartelijke en bijzondere liefde, roemrijke koningin, bruid van het Lam, van de eeuwige Koning, vrouwe Agnes, mijn zeer geliefde moeder en onder alle anderen mijn bijzondere dochter.
2. Clara, onwaardige dienstmaagd van Christus en onnutte dienares van zijn die- naressen [vgl.Lc 17,10], die verblijven in het klooster van San Damiano in Assisi, groet je.
3. Zij wenst je toe, dat je met de andere zeer heilige maagden voor de troon van God en van het Lam het nieuwe lied zult zingen en het Lam zult volgen, waar het ook gaat [vgl. Openb.14,3-4].
4. O moeder en dochter [Mt. 12,50], bruid van de Koning van alle eeuwen, ook al heb ik je niet zo dikwijls geschreven als jouw en mijn ziel samen dit wel wilden, en eigenlijk ook vurig verlangden, verwonder je hierover niet.
5. Geloof ook niet, dat het vuur van de liefde voor jou ook maar iets zachter brandt in het hart van je moeder.
6. Ik kon je niet schrijven, omdat er niemand was om een brief over te brengen en, zoals iedereen weet, de wegen onveilig waren.
7. Maar nu ik de gelegenheid heb je te schrijven, geliefde, ben ik met jou ver- heugd en ik juich je toe in de vreugde van de Geest bruid van Christus [vgl.I Thess.1,6]
8. Want zoals die andere zeer heilige maagd, de heilige Agnes, ben jij, na alle ijdelheden van deze wereld prijsgegeven te hebben, op wonderbare wijze de bruid geworden van het Lam zonder vlek [I Petr.1,19] [vgl. II Kor 11,2], dat de zonden der wereld wegdraagt [Joh.1,29].
9. Waarlijk gelukkig is, wie deel krijgt aan dit heilig gastmaal om zich van ganser harte aan Hem te hechten [vgl. Lc. 14,15 en Openb. 19,9]
10. Zijn schoonheid bewonderen zonder ophouden alle zalige heerscharen van de hemel [vgl. I Pe 1,12].
11. Zijn liefde wekt wederliefde; Hem beschouwen verkwikt; zijn welwillendheid verzadigt.
12. Zijn zoetheid schenkt vervulling; Hem gedenken schenkt lieflijk licht.
13. Zijn geur zal doden tot leven wekken; Hem aanschouwen in heerlijkheid zal alle inwoners van het Jeruzalem van omhoog zalig maken [vgl. Op. 21,2 en 10; Gal.4,26].
14. Want Zij is de afstraling van de eeuwige glorie, de helderheid van het eeuwig licht en een spiegel zonder vlek [vgl.Hebr.1,3; Op.21,11-23; Wijsheid 7,26].
15. Kijk iedere dag in deze spiegel, o koningin, bruid van Jezus Christus, en spiegel daarin voortdurend je gelaat. [vgl.II Kor.11,2]
16. om zo jezelf geheel, innerlijk en uiterlijk, mooi te maken, gekleed in kleurig geborduurde kleding [Ps.45,10].
17. Zo maak jij je mooi met de bloemen en de gewaden van alle deugden, zoals het je past, dochter en zeer geliefde bruid van de hoogste Koning [vgl. Ps. 45,11-12].
18. In die spiegel echter weerspiegelen zich de zalige armoede, de heilige nederigheid en de onuitsprekelijke liefde, zoals je met Gods genade in heel deze spiegel kunt aanschouwen.
19. Daarom zeg ik je: zie met aandacht het begin van de spiegel, de armoede van hem die in een kribbe gelegd is en in armzalige doeken gewikkeld (vgl.Lc.2,12).
20. O bewonderenswaardige nederigheid, o verbijsterende armoede.
21. De Koning van de engelen, de Heer van hemel en aarde, [vgl.Mt.11,25] wordt in een kribbe neergelegd [vgl.Lc.2,7].
22. Beschouw in het midden van de spiegel de nederigheid, vooral de zalige armoede, de ontelbare inspanningen en het vele lijden, dat Hij gedragen heeft voor de verlossing van het menselijk geslacht.
23. Aanschouw het einde van diezelfde spiegel de onuisprekelijke liefde, waardoor Hij aan het kruishout heeft willen lijden, en daaraan de meest schandelijke dood heeft willen sterven.
24. Daarom vermaande deze spiegel zelf, op het kruishout geplaatst, de voorbijgangers dit te beschouwen:
25. 'O gij allen, die langs de weg voorbijgaat, kijk met aandacht en zie of er een smart is zoals mijn smart' [Kl.1,12]
26. Laten wij, zoals Hij het zelf zegt, Hem die roept en weeklaagt eenstemmig en eensgezind antwoorden: 'Altijd zal ik hieraan denken en mijn ziel zal in mij wegkwijnen' [Kl.3,20, via ontlediging tot liefde]
27. Daarom, o koningin van de hemelse Koning, laat je hierdoor steeds sterker ontvlammen in brandende liefde.
28. Wanneer je bovendien zijn onzegbare genietingen, zijn rijkdom en altijddurende eer aanschouwt
29. en versmacht van overgroot liefdesverlangen in je hart, roep dan uit:
30. 'Trek mij mee, wij zullen achter U aankomen in de geur van uw balsem [Hoogl.1,3], hemelse Bruidegom!
31. Ik zal komen en het niet nalaten tot Gij mij binnenvoert in het wijnhuis [vgl.Hoogl.2,4].
32. tot uw linkerarm rust onder mijn hoofd en uw rechterarm mij gelukkig omhelst [vgl.Hoogl.2,6; 8,3], en Gij mij kust met de gelukkigste kus van uw mond' [vgl. Hoogl.1,1].
33. Jij die in deze aanschouwing geplaatst bent, denk aan mij, je kleine arme moeder.
34. en weet dat ik de lieve herinnering aan jou onuitwisbaar in mijn hart geschreven heb, want ik heb je boven allen lief [vgl.II Kor. 3,3]
36. Wat zal ik nog meer zeggen? Laat in mijn liefde voor jou de taal van het vlees zwijgen. Dit zegt en spreekt de taal van de Geest. O gezegende dochter, de taal van het vlees is immers niet in staat ten volle de liefde uit te drukken, die ik voor je heb. In de taal van het vlees heb ik dit slechts ten halve kunnen schrijven.
37. Ik vraag je, dat je deze brief welwillend en met toewijding aanneemt en daarin vooral de moederlijke genegenheid opmerkt, waardoor ik iedere dag met het vuur van de liefde voor jou en je dochters vervuld word. Beveel mij en mijn dochters in Christus van harte aan bij je dochters.
38. Ook mijn dochters zelf even vooral de zeer wijze maagd, onze zuster Agnes, bevelen zich bij jou en je dochters in de Heer aan, zoveel zij kunnen.
39. Vaarwel, liefste dochter, met je dochters, tot voor de troon van de heerlijkheid van de grote God, en bid voor ons.
40. De brengers van deze brief, onze geliefde broeders Amatus, bemind bij God en bij de mensen, en Bonagura beveel ik bij deze, zoveel ik kan, in je liefde aan. Amen.

De indeling van de brief
  • Vers 1-3: Adres, schrijfster en wens
  • Vers 4-8: Persoonlijk voorwoord,verbonden met de reden voor uitblijven van een brief. Agnes krijgt 7 titels, waarvan de middelste bruid van het Lam is. Verderop komt dit nog eens sterk aan de orde.
  • Vers 9-17: Een uiteenzetting over wat het hechten aan Hem betekent. In de tegenwoordige tijd betekent dat: schoonheid, liefde, beschouwen, welwillendheid, zoetheid, gedenken. In de toekomende tijd betekent dat: geur en aanschouwen in heerlijkheid. Let op het getal 8 dat een volledigheid veronderstelt.
  • Vers 18-27 vormt de kern van de brief. Hier staat de lieflijkheid centraal in de kruismystiek [het lijden, de armoede, de nederigheid] en de bruidsmystiek-tussen Christus en de kerk (zoetheid, verrukking, hartstochten). Soms is Christus daarbij passief: in een kribbe gelegd, op kruishout geplaatst, maar ook actief is er sprake van de wil van Christus in 22,23.
  • In Vers 20 komt de schrijfster in vervoering. Het beschouwen ligt hier tegen de lofprijzing aan. 
  • In Vers 28-34 is veel ontleend aan het Hooglied en aan de kruismystiek. De zelfverloochening groeit tot bloemen van bruidsmystiek.
Naar het einde toe wordt de brief persoonlijker en tot slot wil ik nog opmerken dat de schrijfster van de brief ontegenzeggelijk een charisma voor contemplatie en mystiek heeft.

De vaak schitterende vlinder die te voorschijn komt uit een onaanzienlijke pop is een oud opstandingssymbool. In de oudheid was de vlinder het symbool van de menselijke ziel, die drie stadia doorloopt: leven, dood en wederopstanding.

In Mt. 6,28 wordt de lelie door Christus een voorbeeld van eenvoud en godsvrucht genoemd. Het is ook het symbool van onschuld en maagdelijkheid. Clara van Assisi wordt er nogal eens mee afgebeeld.

Verering en Cultuur

Haar lichaam is nog steeds te zien in een glazen schrijn in haar basiliek te Assisi.

Zij is medepatrones van Assisi (Italië) en van Santa-Clara op Cuba. In Nederland is er een St-Claraziekenhuis in Rotterdam en in Gorkum zijn een tehuis en een school naar haar genoemd. In Californië zijn er een plaats, een gebergte ('sierra') en een rivier naar haar genoemd. Bahia kent een stadje Santa Clara. Ecuador een eiland Isla Santa Clara en Utah een rivier.


San Chiara Basiliek te Assisi




Ongeschonden lichaam van Clara van Assisi

Zij wordt afgebeeld als claris [met bruin- of zwartwollen habijt, dat om het middel enigszins is opgebonden], met de staf van de abdis, met een kruis, een lelie (symbool van maagdelijkheid), regelboek, en zeer vaak met een monstrans en soms met een brandende lamp (verwijzing naar haar naam en naar Jezus' verhaal van de wijze maagden).

Zij is patrones van de wasvrouwen, naaisters en borduursters, en van de vergulders. Zij wordt ook aangeroepen tegen oogkwalen en koorts [zelf had zij daar 27 jaar last van]. In 1958 werd zij door Paus Pius XII uitgeroepen tot patrones van de televisie: in het jaar voor haar dood was zij al zo verzwakt dat zij zelfs met kerstmis haar cel niet kon verlaten om in Assisi. Drie kilometer verderop, de nachtmis bij te wonen. Het verhaal vertelt dat zij vanaf het ziekbed in haar cel voor haar ogen de kerstplechtigheden in de kerk van Assisi zag gebeuren. Mede op grond van deze legende wordt haar voorspraak ingeroepen tegen oogkwalen; daar wordt ook de betekenis van haar naam ['klaar', 'helder'] mee in verband gebracht. Zij helpt ook koortslijders; dat komt omdat het water uit haar bron, de 'Fontaine de Sainte Claire' in het Franse plaatsje Guéret geneeskrachtige werking bleek te hebben vooral voor koortspatiënten.

Sinds de hervormingen van de liturgische kalender door het Tweede Vaticaans Concilie (1970) is haar feest voor de hele kerk vastgesteld op 11 augustus. Omdat haar feest ook op 12 augustus stond, is het zeer waarschijnlijk dat haar weerspreuken op deze dag betrekking hebben.