Medjugorje kerk

Medjugorje België en Nederland

Medjugorje Maria

nov

21



Noveen tot de Heilige Pater Damiaan

  
 
Download PDF

Noveen tot de Heilige Pater Damiaan

Inleidend gebed

God, onze Vader,
wij danken U voor pater Damiaan.
Gij hebt hem geroepen,
en hem geleid tot bij de melaatsen van Molokai.
Met hart en ziel heeft hij zich gegeven
aan de armen en uitgestotenen.
Door Damiaans leven en inzet toont Gij ons
dat Gij voor ons zorgt
als een vader voor zijn kinderen.
Wij danken U daarvoor!

Pater Damiaan,
met groot vertrouwen beginnen wij deze noveen.
Vaak groeien de zorgen ons boven het hoofd
en weten we niet hoe het verder moet,
want ons geloof is te zwak en onze liefde te klein
om als christen te leven.
Daarom bidden wij:
wees gij onze helper in alle nood,
wees gij onze voorspreker bij God
die leeft door de eeuwen der eeuwen. Amen.

Bid elke dag het Rozenhoedje + de Geloofsbelijdenis

Ik geloof in God de Almachtige Vader ...
Onze Vader ...
Weesgegroet ...
Glorie zij de Vader ...

Eerste dag: Gods stem horen

Pater Damiaan,
uw geloof was zo fijngevoelig
dat gij Gods stem hebt herkend
in de omstandigheden van uw leven.
Een bezoek aan uw broer in het klooster
deed u besluiten nog diezelfde dag
het religieuze leven te beginnen.
De ziekte van diezelfde broer hebt gij gezien
als Gods uitnodiging
om naar de missie te vertrekken.
En de bezorgdheid van de bisschop
voor de melaatsen van Molokai
was voor u het signaal
om u als vrijwilliger aan te bieden.

Wij bidden u,
dat wij in de gebeurtenissen van elke dag
en in al de ervaringen van ons leven
Gods stem mogen herkennen,
en dat ons geloof sterk genoeg mag zijn
om die stem te volgen.

Tweede dag: Aanpakken en volhouden

Pater Damiaan,
eenmaal Gods stem gehoord
zijt gij op weg gegaan.
Niets kon u nog tegenhouden
of u op uw stappen doen terugkeren.
Gij zijt gaan leven
te midden van honderden melaatsen
die enkel de dood als vooruitzicht hadden:
"de hel van Molokai" heette dat.
En gij hebt volgehouden!

Wij bidden u:
bekom voor ons de kracht om trouw te blijven
aan een eenmaal genomen besluit
en om Jezus Christus te blijven volgen.
Schenk ons de heerlijke vreugde
van de volharding en de trouw.

Derde dag: Zich inzetten voor de minsten

Pater Damiaan,
betrouwend op Cods kracht
zijt gij als missionaris
gaan leven tussen de melaatsen
die uit hun families waren weggehaald
en op Molokai waren afgezonderd.
Gij zijt zelf een uitgestotene geworden zoals zij.
Daardoor hebt gij hen laten voelen
hoezeer God alle mensen liefheeft.
Zo hebt gij een wonder voltrokken:
Gij hebt hen weer vertrouwen gegeven
en hun leven menswaardig gemaakt.

Wij bidden u:
laat ons oog en hart hebben
voor al wie niet meetelt,
nagewezen wordt, doodgezwegen,
uitgeschakeld of vergeten.
Laat ons ontdekken dat God aanwezig is
in het gelaat van de lijdende mens naast ons.

Vierde dag: Graag bidden

Pater Damiaan,
in een van uw brieven lezen wij
"dat gij zonder de voortdurende aanwezigheid
van onze goddelijke Meester op het altaar,
het nooit zoudt hebben kunnen volhouden".
Gij bad graag.
Ook het kerkhof, waar zovelen
van uw parochianen begraven lagen,
was voor u een uitgelezen plek van bezinning.
Op die manier hebt gij, sereen en vredevol,
uw werk kunnen doen
en uw lichamelijk en geestelijk lijden
kunnen dragen.

Wij bidden u:
laat ons ontdekken hoezeer bidden
ook ons leven kan beïnvloeden,
hoe ons gebed ons in alle omstandigheden
kan doen standhouden,
en hoe het God is die,
in goede en kwade dagen, ons leven leidt.

Vijfde dag: Onbegrip verdragen

Pater Damiaan,
in zijn hoogste nood, op het kruis,
heeft Jezus gebeden:
"God, mijn God,
waarom hebt U mij in de steek gelaten?" [Mc 15,34]
Ook gij zijt gegaan door een nacht
van onbegrip en verlatenheid:
"Erger dan lepra"
hebt gij u laten ontvallen.
En toch zijt gij er niet aan ten onder gegaan.
Uw geloof heeft u al dat lijden
doen te boven komen
en heeft u gelouterd.

Wij bidden u:
help ons in de donkere dagen van het leven,
het geloof en de moed niet te verliezen.
Leer ons te vertrouwen
dat God dicht bij ons is, altijd,
en ons bijstaat in uren van beproeving.

Zesde dag: Vragen om een sterk geloof

Pater Damiaan,
God heeft u de genade geschonken
van een sterk geloof.
Uw ouders hebben u in geloof opgevoed.
Uw religieuze gemeenschap heeft u geholpen
dat geloof te verfijnen en te versterken.
Het heeft u gedragen
doorheen alle wederwaardigheden van uw leven,
en het was uw houvast op dat speciale eiland
dat gij zelf "het dodeneiland" noemde.

Wij bidden u:
wees onze voorspreker bij God.
Dat Hij ons dit grote geloof mag geven
dat ons alle dagen bezielt en richt,
dat ons in alle omstandigheden
de juiste beslissing doet nemen
en dat ons edelmoedig genoeg maakt
om God bovenal te beminnen,
en onze naaste als onszelf.

Zevende dag: Als een graankorrel...

Pater Damiaan,
door tussen de melaatsen te gaan leven,
door met hen een gemeenschap op te bouwen,
en ten slotte zelf melaats te worden,
zijt gij 'gerijpt' als christenmens.
Gij zijt verdraagzaam geworden
en open voor andere levensovertuigingen.
Door als melaatse tussen de melaatsen te sterven,
hebt gij het geweten van de wereld wakker geschud.
Zelfs het vooruitzicht van de dood
heeft uw gemoedsrust en sereniteit
niet verstoord.

Wij bidden u:
doe ons inzien
dat lijden niet noodzakelijk een mislukking is.
Breng ons Jezus' woord in herinnering:
"als de graankorrel sterft,
brengt hij rijke vrucht voort". [Joh 12:24]

Achtste dag: Aan Jezus Christus gelijkvormig worden

Pater Damiaan,
zoals de apostel Paulus hebt gij gezegd:
"Ik ben gestorven en mijn leven is nu
met Christus verborgen in God." [Kol 3:3]
Met de jaren zijt gij steeds meer
aan Jezus Christus gelijkvormig geworden.
Op uw doodsbed
waart gij als Jezus
die sterft op zijn kruis.
Gij hebt u geheel weggeschonken,
zoals Hij.

Wij bidden u:
laat onze liefde tot Jezus zo toenemen
dat we Hem volgen
doorheen de onthechting en de ontbering
van het dienaar-zijn.
Laat ons Hem volgen
tot het kruis en de dood,
om samen met Hem
eenmaal verheerlijkt te worden.
Negende dag: Zalig

Pater Damiaan,
gij hebt zestien jaar verbleven
tussen honderden misvormde,
voor de dood bestemde melaatsen.
Gij hebt veel onbegrip en tegenkanting gekend.
En toch getuigt gij op het einde van uw leven:
"Ik ben de gelukkigste missionaris ter wereld."
Zo is in u waar geworden
wat Jezus in zijn bergrede heeft gezegd:
"Zalig de treurenden,
want zij zullen getroost worden.
Zalig de barmhartigen,
want zij zullen barmhartigheid ondervinden.
Zalig de zuiveren van hart,
want zij zullen God zien." [Mt 5: 4,7-8]

Wij bidden u:
laat ons naar die zaligheid verlangen
en al het andere
daaraan ondergeschikt laten zijn.