Samson is een van de leiders van Israël in de tijd van de strijd tusssen David en Jozea. Hij behoort tot de stam Dan. Zijn vader heet Manoach. Hij is vanaf zijn geboorte een Nazireeër en mocht zijn hoofdhaar niet afscheren. Samson is een soort bijbelse Rambo met enorme kracht. In het Sorekdal ontmoet Samson de Filistijnse Delila. Deze vrouw zou zijn uiteindelijke ondergang worden. Delila vroeg Samson waarin zijn geweldige kracht schuilde en hoe hij overmeesterd kon worden. Uiteindelijk vertelde Samson haar dat hij zijn kracht zou verliezen als zijn haar zou worden afgeschoren. Terwijl hij sliep schoor Delila zijn haar af, waarna Samson door de Filistijnen werd overmeesterd. Zijn ogen werden uitgestoken en hij werd naar Gaza gebracht om een molen te draaien. De Filistijnen organiseerden vervolgens een offerfeest in de tempel van Dagan ter ere van de vangst van Samson. Hij werd geroepen om de massa te vermaken. Meer dan drieduizend man hadden zich inmiddels op het dak verzameld om het spektakel bij te wonen. Eenmaal in de tempel verzocht Samson de bediende die hem binnenbracht of hij tegen een pilaar kon leunen. Samson vroeg vervolgens aan God of hij nog één keer zijn kracht kon terugkrijgen [zijn haar was inmiddels teruggegroeid] zodat hij twee centrale tempelpilaren omver kon werpen. Zijn verzoek werd ingewilligd en de hele tempel stortte vervolgens in en stierf hij samen met duizenden Filistijnen. Hierdoor stierven meer Filistijnen dan hij in totaal tijdens zijn leven had gedood. De bekendste verfilming is die wellicht van Cecille B. DeMille uit 1949. Acteurs: Victor Mature, Hedy Lamarr, George Sanders, Angela Lansbury, Henry Wilcoxon, OLive Deering en Fay Golden. 1949. 131 minuten.