Medjugorje kerk

Medjugorje België en Nederland

Medjugorje Maria

nov

21



Het Laatste Geheim. Hoofdstuk 15: Vuurzuil

  
 
Download PDF

Hoofdstuk 15: Vuurzuil

Hoewel de Antichrist nog niet ten tonele was verschenen, was het feit dat er velen zijn aanwezigheid aanvoelden en melding maakten van demonen, een indicatie van een speciaal moment. Er was verandering op komst. Er waren spirituele conflicten. Dat was het geval bij veel historische omstandigheden. Hoe groter de verandering die op komst was, des te groter het conflict.

In de tastbare wereld vertaalde zich dat in onrust. Er waren zowel natuurlijke als maatschappelijke verstoringen. Tot zover waren er enkel kleine verstoringen geweest, maar ze werden steeds regelmatiger en frequenter. In Frankrijk waren er tussen 970 en 1100 niet minder dan zestig jaren van hongersnood geweest, waarvan de ergste tijdens het jaar 1086 na een geschil tussen de paus en Henry IV. Er was er nog één in 1125. Het ging over plaatselijke zaken maar kleine rechtszaken waren dikwijls de voorloper van grotere. Of van ketterijen, de regelmatig voorkomende pogingen van "hervormingsgezinden" om de Kerk te versplinteren. Nu waren er de Waldenzen, een groep die, zoals de Montanisten, beweerde dat het hun doel was om terug te keren naar het "primitieve" Christendom, maar die ongerechtvaardigde twijfels wierpen op het dogma van de Kerk. Maria kwam duidelijk als een waarschuwing voor de pretentie van de mens, en haar verschijningen, haar openbaringen waren evenredig met de spirituele en natuurlijke problemen.

Zoals in Pompeï waren er opnieuw aardbevingen. Op 11 februari 1169 was er een grote aardbeving in Italië, nabij de berg Etna. Er stierven vijftienduizend mensen en op spiritueel vlak waren er geruchten van een vermeende Messias en de Tweede Komst in Frankrijk en Perzië.

Noch de aardbeving, noch de valse profeet waren wereldschokkende gebeurtenissen maar ze leken zeker en vast deel uit te maken van een waarschuwing.

Dat was ook het geval met overstromingen langs de Noordzee, vooral in de provincie Friesland in Scandinavië. Daar verscheen Maria aan een vrome gehuwde dame en vertelde haar dat de overstroming ... die ganse dorpen had vernietigd ... het resultaat was van gebrek aan respect en godslastering tegenover de Eucharistie. In Ceasarius werd een afbeelding van Maria gevonden die zweette, als teken van hoeveel moeite ze moest doen om de hemelse rechtvaardigheid af te wenden. Er was ook het verhaal van een priester "aan wie uit de hemel veel geheimen werden onthuld" en die in extase naar het tribunaal van Jezus werd gebracht. Aan de rechterhand van Christus zag hij een engel met een trompet die zo luid klonk dat het de wereld deed beven "zoals de wind een blad doet beven." Toen de engel een tweede maal op z’n trompet wou blazen [wat een wereldwijde ramp zou teweeg gebracht hebben] stond de Moeder van Genade op van haar troon en wierp zichzelf aan de voeten van haar Zoon. De priester zei dat Maria Jezus smeekte om zijn toorn af te wenden en de wereld te sparen.

Christus aarzelde eerst: "Moeder, de hele wereld is in zonde vervallen en kwelt mij met z’n zonden zodat ik mijn toorn niet zou mogen afwenden of de mensheid niet zou mogen sparen," hoorde de priester Jezus antwoorden tijdens het visioen, "Niet alleen de leken, maar ook de geestelijken en monniken beledigen me dag na dag."

Maar toen Maria bleef smeken werd Jezus kalm.

Diegene die zich bewust waren van zulke bemiddelende krachten [en ze waren echt] plaatsten de Maagd boven wereldlijk gezag. In Viseu, Portugal bereidde een priester, Theotonius, zich voor om een Mis ter ere van Onze Lieve Vrouw voor te gaan toen hij een bericht kreeg van de Portugese koningin die in de kerk aanwezig was. De koningin was gehaast en verzocht Theotonius de Mis in te korten. De priester was geschokt. En hij liet dat ook weten aan Hare Koninklijke Hoogheid. Hij stuurde vlug een bericht terug waarin hij zei dat de Mis voor de Maagd was, een vrouw die boven eender welk koningschap stond, en als dat de koningin niet beviel was ze vrij om te vertrekken.


H. Theotonius van Coimbria

Maria’s eigen Koninginneschap kwam naar voor in het Salve Regina, dat tijdens de twaalfde eeuw in de liturgische diensten te Cluny werd ingevoerd. Ze was inderdaad een Koningin, maar gedroeg zich heel gewoon. Ze was inderdaad koninklijk, maar gekroond met armoede. Ze was koningin in de hemel, de koningin van het moederschap. Dit was duidelijk te zien in een ontroerend schilderij uit Oekraïne, gekend als Onze Lieve Vrouw van Vladimir, waarop Maria en het Kindje Jezus teder mekaars wang aanraken. Zulke afbeeldingen werden vergezeld van verschijnselen. Er gebeurden spectaculaire dingen in Oekraïne, vooral in Zarvanystya, zo’n honderdvijftig kilometer ten oosten van Liviv. Daar ontdekte een monnik een miraculeus icoon van Maria terwijl hij zich verborg voor de opkomende Mongoolse bendes, de Tartaren. Hij sliep in de buurt van een beek toen hij een droom had waarin de Moeder van God verscheen met een schare engelen. Toen de monnik de volgende ochtend wakker werd, zag hij een vreemd, helder licht bij de beek. Toen hij naderbij ging ontdekte hij een stralend icoon van Maria en het Kind Jezus. Zijn ervaring was zo krachtig dat hij op die plaats een kapel liet bouwen. Ondertussen werd in 1170 in het Engelse Willesden een kerk toegewijd, in een natie die uiteindelijk tenminste vijftig Mariale heiligdommen zou krijgen, terwijl in Zwitserland een verschijning aan een man met de naam Conrad van Seldenbüren de oprichting beval van een Benedictijnenklooster. In Norétable, Frankrijk, verscheen Maria aan een vluchtende moordenaar die vervolgens kluizenaar werd, en in Durham, Engeland, bezocht ze de monnik die men Heilige Godfried noemde, en leerde hem liedjes die eigenlijk het begin waren van de moderne charismatische aanroeping.


Onze Lieve Vrouw van Vladimir

In Spanje had een priester een verschijning van Maria vóór het hoge altaar van de kathedraal van Tortosa. Ze droeg een Koninklijke kroon en was vergezeld van in wit geklede engelen die een hof vormden en lofzangen zongen. "Omdat jij me op onvermoeibare wijze gediend hebt, heb jij het verdiend om mij in dit leven te zien, hier tussen dit engelenkoor," zei Maria tegen de priester, "en omdat deze kerk aan mij en mijn Zoon werd toegewijd, en omdat de mensen van Tortosa het een groot genoegen vinden om ons te vereren en te dienen, geef ik deze gordel met dewelke ik omgord ben, en die ik met mijn eigen handen gemaakt heb, en leg hem op dit altaar als teken van mijn liefde."


Kathedraal van Tortosa

Volgens Charles B. Broschart, een Amerikaan die onderzoek verrichtte naar de feiten in Tortosa en vele gelijkaardige visitaties, is het meest frappante aan zo’n legendes de manier waarop ze voorkomen in verhalen van mensen die op gebied van taal en afstand zo enorm ver van mekaar verwijderd zijn. Het was alsof Maria zich een tijdje openbaarde in bepaalde stijlen, bepaalde motieven, en dan veranderde naargelang de tijd of de cultuur. Er waren trends. Er waren patronen. Er waren vlagen van bijna identieke verschijningen. En hoewel het kon aanzien worden dat er na-apers in het spel waren, leek het, door de wijde verspreiding van zo’n gebeurtenissen - in een tijd dat er nog geen massamedia waren en dat het een volledige dag kon duren om 30 kilometer ver te reizen ... dat de samenhang tussen ver van mekaar afgelegen gebeurtenissen niet zo makkelijk verklaard kon worden. In meerdere gevallen knielden dieren nederig op plaatsen waar vervolgens Maria’s afbeeldingen ontdekt werden, of waar kleine waterbronnen veranderden in geneeskrachtige bronnen. In andere gevallen brachten wolven of gelijkaardige dieren, op bevel van Maria, verdwenen kinderen terug of maakte ze iemand onzichtbaar voor een achtervolgende vijand. Ze was de bron van redding en rust. In Basse-Wavre en Brussel kreeg ze een heiligdom als Maria van de Vrede.

In 1190 was in Buschhove, Duitsland een atleet met de naam Ritter Wilhelm Schillings, Heer van Bornheim, op jacht met z’n honden toen die plotseling begonnen te blaffen naar een bloeiende rozenstruik langs het pad. Nieuwsgierig steeg Schillings van z’n paard en toen hij bij de struik kwam ontdekte hij wat Broschart beschreef als "een mooie afbeelding van de Heilige Maagd en twee brandende kaarsen in een kleine klok." Schillings nam de afbeelding mee naar het kasteel en plaatste ze in een kapel maar de volgende morgen was ze op mysterieuze wijze verdwenen. De aristocraat sprong op z’n paard en keerde terug naar de plaats van de rozenstruik en vond daar de afbeelding terug. Dit overtuigde hem ervan dat de Maagd wenste dat het op die plaats in een schrijn geplaatst werd. Schillings bouwde een kleine schuilplaats voor het beeldje en al gauw stroomden de mensen toe waardoor er een permanent toevluchtsoord tot stand kwam.

Abt Peter Monoculus van Clairvaux kreeg ook een verschijning van Maria terwijl hij een groep demonische honden verbande.

En in 1198 kreeg een man die als Sir Hugh gekend is, een verschijning in Warwickshire, Engeland.

Op 17 april van datzelfde jaar ging een Oekraïnse monnik bidden op de berg Pochaiv toen er plots een vuurzuil verscheen. Herders die in de buurt hun kuddes hoedden, zagen de brandende verschijning en vervoegden de monnik. Terwijl ze baden doofde het vuur uit en verscheen Maria, en op de plaats waar ze haar voet geplaatst had ontsprong een miraculeuze bron.

Dan was er het geval van de anonieme visser. Het gebeurde eveneens toen de eeuw op z’n einde liep en vol was met speciale dramatische gebeurtenissen. We kennen zijn naam niet, maar we weten dat de visser in een vreselijke storm was verzeild geraakt. Het gebeurde in de buurt van Marseilles. Zijn boot was het roerblad verloren en had een groot lek. We kunnen het ons enkel proberen inbeelden : kolkende golven, schuimende zee. In z’n wanhoop begon de visser een zeemanslied te zingen, het Ave Maris Stella (Gegroet Sterre der Zee), en hoewel z’n stem nauwelijks opkon tegen het gebrul van de wind, was ze luid genoeg om de hemel te bereiken.

Want terwijl z’n ogen de troost van de kustlijn zochten, was ze daar, op de top van een berg. Maria, een doorzichtige verschijning, met uitgestrekte arm.

Op dat moment voelde de visser een machtige en ongeziene kracht, en ondanks de natuurkrachten begon z’n boot voorwaarts te varen.

Bron: Michael Brown

Vertaling: Mario Lossie