Het verhaal speelt zich af in Egypte, waar Jozef, de jongste van de twaalf zonen van Jacobs, op een markt wordt verkocht als slaaf aan Potifar, de rechterhand van de farao. Jozef is een jongeman die voorspellende dromen heeft. Hierdoor, en door het feit dat hij de favoriet is van zijn vader, wordt de jaloezie van zijn broers opgewekt. Jozef wordt door zijn broers gevangengenomen en verkocht door zijn broers. Hij is echter een harde en productieve werker en wint al snel het vertrouwen van zijn meester Potifar. De farao, de koning van Egypte, kon ’s nachts niet slapen. Vreemde dromen hielden hem wakker. Jozef werd naar de farao gebracht om die dromen uit te leggen. Jozef zei tegen de farao wat God met die dromen wilde zeggen: ‘Er komen zeven jaren waarin er genoeg eten is voor iedereen. Daarna komen er zeven jaren waarin er niet genoeg eten zal zijn. Daarom moet je tijdens de zeven goede jaren voedsel verzamelen in grote schuren. Als er daarna niet genoeg eten meer is, kunnen jullie leven van het voedsel dat je in de schuren verzameld hebt.’ De farao was blij met Jozef. Hij zei: ‘Jij wordt nu mijn onderkoning!’ Hij gaf hem mooie kleren, een gouden ketting en een prachtige wagen. Op een dag kwamen zijn broers naar Egypte om eten te halen. Wat een verrassing, toen zij ontdekten dat hun broer onderkoning van Egypte was geworden! Vader Jacob was heel blij toen hij hoorde dat Jozef nog leefde. De hele familie verhuisde naar Egypte. Jozef is een Duits/Italiaanse/Amerikaanse film uit 1995, die het verhaal vertelt van Jozef uit het Oude Testament. Met Ben Kingsley, Paul Mercurio, Martin Landau, Lesley Ann Warren, Alice Krige, ... Regie: David Young.