Medjugorje kerk

Medjugorje België en Nederland

Medjugorje Maria

mrt

28



Moeder Mariana de Jesus Torres [Biografie 2]

  
 
Download PDF

Moeder Mariana de Jesus Torres [Biografie 2]

La Capitana

Op een dag hoorden de priores en de ex-priores afschuwelijke stemmen vanuit de gevangenis. Moeder Valenzuela vroeg aan Moeder Mariana wat zij dacht wat dit kon zijn, waarop de heilige non antwoordde: "Moeder, deze arme zuster is een slachtoffer van de duivel. Laat ons haar gaan bezoeken en haar naar buiten brengen in de tuin, opdat ze niet zou wanhopen.

Toen zij hen zag begon het armzalige schepsel rond haar cel te rennen, waarbij ze haar hoofd hard tegen de muren sloeg, al schreeuwend: "Ik ga dood! Ik ga dood! De duivel gaat mij nemen!" Dan viel ze met haar aangezicht op de grond.

Zich tot Moeder Valenzuela kerend, gaf Moeder Mariana een teken: "Kom, Moeder."

"Neen," antwoordde overste Moeder Valenzuela, overmand door schrik: "u eerbiedwaarige moet alleen gaan."

Moeder Mariana boog zich wenend over de gevallen zuster en draaide haar om. Haar tranen kwamen op het gelaat van het ellendige schepsel terecht, die schuimbekte en bloed verloor uit haar neus. Moeder Mariana maakte haar schoon en masseerde haar in een poging om haar terug tot zinnen te brengen. Daarop vroeg ze naar Moeder Francisca van de Engelen, die verpleegster was, om in een aantal remedie te voorzien. "Gaat alles nog goed?" vroeg Moeder Valenzuela, die paniekerig buiten de deuropening bleef staan.

"Wees niet bezorgd, Moeder. Jezus en Maria zijn met mij," was het kalme antwoord.

Exorcisme

Terwijl Moeder Mariana wachtte, merkte ze plots twee zwarte schepsels geknield tegen de muur, in een hoek van de kamer, die zich bang voor haar verborgen. Verbolgen keerde ze zich naar hen toe: "Ellendige en afschuwelijke beesten, wat doet u hier? Ga terug naar uw gemene thuis, want dit is een heilige plaats, een huis van gebed en boete! Al uw pogingen om een greep te krijgen op de ziel van mijn zuster, zullen tot niets leiden. Jezus Christus is voor haar gestorven en ondanks u, zal ze worden gered. Ik beveel u in de naam van de mysteries van de Meest Heilige Drievuldigheid, van de goddelijke Eucharistie, van de goddelijke Moederschap van de Allerheiligste Maria en de glorierijke tenhemelopneming van haar lichaam en ziel, dat u onmiddellijk deze heilige plaats zou verlaten. Ga weg en keer nooit meer terug om één van mijn zusters te kwellen met uw afzichtelijke aanwezigheid."

Terwijl zij deze laatste woorden uitsprak, was er een verschrikkelijk geluid. De grond schudde en vreselijk geschreeuw werd gehoord. Toen waren de duivels verdwenen.

Ziekenafdeling en dood

Toen ze terug bijkwam, was de ziek non erg van haar stuk gebracht, maar ze wou enkel praten tegen Moeder Valenzuela. Ze bracht een verschrikkelijke nacht door, lijdend aan de wreedheden van de misdadig geweten. Nog steeds had de afgunst zo’n greep op haar hart dat ze het zelf niet over haar hart kon krijgen om zich tegenover Moeder Mariana te verontschuldigen en haarzelf over te halen meer liefde voor haar op te brengen.

Op bevel van de dokter werd ze naar een kamer verplaatst waar ze kon worden verpleegd, want ze gaf een infectieziekte en was erg ziek. Moeder Mariana en Francisca verzorgden haar met de grootste liefde, tederheid en genegenheid. Nog bleef de zieke non hen onbeleefd behandelen, over alles klagend.

Er werd een priester bijgeroepen, maar ze wou niet biechten. De priester verliet de kamer, bedroegd door dit tafereel van stervende onboetvaardigheid. Hierop blies ze haar laatste adem uit.

Moeder Mariana bleef het lichaam in haar armen houden. Haar Spaanse medestichtsters smeekten haar om haar terug om haar bed te leggen, maar Moeder Mariana zei: "Mijn zusters en Moeders, vergeet niet vlug mijn opoffering die ik heb aanvaard om deze ziel te redden. Bid vurig tot God voor haar. Ze staat nu voor de zetel des oordeels van God en is zich nu bewust van al het kwade dat ze heeft gedaan. Ze zal opnieuw leven. Wees niet bevrees: blijf kalm want ze zal berouw hebben en dit willen goedmaken. Later zal ze dan sterven en gered zijn, maar ze zal in het Vagevuur moeten verblijven tot de dag van het Laatste Oordeel. Dit heeft de Heer mij onthuld."

Ze had haar woorden maar amper uitgesproken of het dode lichaam begon te trillen, waarop ze haar ogen opende. Ze keek de kamer rond, alsof ze iemand zocht. Daarop richtte ze haar ogen op Moeder Mariana. Ze wou tot haar spreken, maar haar stem bleef steken in een stortvloed van tranen. De engelachtige Moeder Mariane droogde haar tranen met een moederlijke liefde en sprak haar woorden van het vertrouwen en de goedheid van God toe. Het arme schepels voelde uiteindelijke hoeveel liefde ze ontving.

Na een algemene biecht, begon ze stilletjes te herstellen. Ze was nu volgzaam als een kind geworden en wou nooit uit de buurt zijn van haar heilige weldoenster.

Moeder Mariana treedt de hel binnen

Enige tijd later verscheen de Heer aan Moeder Mariana. Hij herinnerde er haar aan dat de tijd was gekomen om de prijs te betalen voor de redding van de ziel van "La Capitana." Hij liet haar weten dat ze de volgende dag, na het ontvangen van de Heilige Communie, vanaf het ogenblik dat de sacramantale resten in haar lichaam zouden zijn opgelost, de hel zou binnentreden.

De volgende morgen, terwijl ze naderde om haar God in de Heilige Communie te ontvangen en daarna haar intieme relatie met Hem te verlaten voor de lange tijdsduur van vijf jaren, voelde ze zich alsof haar hart was gebroken. Ze probeerde de Heer nog zo lang mogelijk bij haar te houden, maar van het ogenblik dat de goddelijke resten waren opgelost, voelde ze een verschrikkelijke pijn alsof haar hart uit haar borst werd gerukt. Vanaf dat ogenblik werd ze totaal ongevoelig voor God.

En alhoewel ze vijf jaren in de staat van een vervloekte ziel moest verblijven, verloor ze alle notie van tijd en was ze er van overtuigd dat het eindeloos zou blijven duren. Haar verheven liefde voor God en haar Allerheiligste Moeder sloeg nu om in een gevoel van haat, afkeer en wanhoop.

Ondertussen, terwijl haar ziel alle kwellingen van de vervloekte leed, werden haar vijf lichamelijke zintuigen ondergedompeld in de meest afzichtelijke martelingen. Haar lichaam was als gloeiend hout, brandend, zonder te vergaan onder de onbeschrijfelijkste pijnen. Haar ogen aanschouwden de meest vreselijke helse taferelen terwijl de meest monsterachtige godlasteringen haar oren voortdurend bestormden. Haar gevoel van reuk werd gekweld door de verdorvenheid van de mensheid en haar tastzin werd gekweld door scherpe punten die tot het binnenste van haar lichaam binnendrongen. Haar gehemelte was gemarteld door een verschrikkelijke, ongekende smaak, terwijl de duivels alsmaar zwavel in haar keel duwden. Tegelijkterijd sloegen de duivels haar hoofd tot op het punt dat de hersenen er uit zouden spatten en zetten haar aldus aan tot toorn, wanhoop en godlastering.

Ze onderging dit alles terwijl haar dagelijkse leven in het klooster doorging. Over haar lippen kwam niet de minste klacht tot de Gemeenschap. Integendeel, ze bleef eerder een volkomen voorbeeld van zachtheid, nederigheid en gehoorzaamheid. Enkel de Franciscaanse priesters die haar begeleidden en de andere stichters wisten wat Moeder Mariana onderging en ze baden onophoudelijk voor haar.

Het enige uiterlijke teken van de hel dat ze onderging was dat haar wangen, die anders gezond waren met een mooie blos, iets wat haar natuurlijke schoonheid nog versterkte, elke kleur verloren en helemaal invielen. Op het einde was ze een wandelend lijk.

Dood van La Capitana

Vijf jaar later, in gebed verzonken, schreeuwde Moeder Mariana het uit en viel ze als dood neer. Ze was voor een lange tijd bewusteloos en dan, diep zuchtend, opende ze haar ogen die zich vulden met tranen van verlichting. Haar hel was over. Geleidelijk herstelden zich haar gezondheid en haar mooie gelaatskleuren.

Niet lang daarop werd "La Capitana" opnieuw ziek en naderde ze haar einde. Zij biechtte al haar zonden op en stierf rustig, bijgestaan door de sacramenten van de Heilige Kerk.

Moeder Mariana de Jesus Torres zag het oordeel van de zuster, terwijl haar werd getoond dat haar redding te danken was aan een vijfjarige verblijf van Moeder Mariana in de hel. Ze zal de immense dankbaarheid meedragen tot in de eeuwigheid. In het Vagevuur werd ze veel geholpen door haar weldoensters, die onophoudelijk voor haar baden. Na de dood van zuster Mariana, werd deze ziel geleidelijk aan vergeten.

Het miraculeuze beeld

Op 21 januari 1610 verscheen de Heilige Moeder van het Welslagen voor een tweede keer, nu vergezeld door de drie aartsengelen Michael, Gabriël en Rafaël met een nieuw verzoek om het beeld te laten maken.

Toen duidde de Hemelse Koningin de beeldhouwer aan die deze heilige taak moest ten uitvoer brengen. Het zou Francisco del Castillo worden, een man uit een goede familie en een voortreffelijk beeldhouwer. Daarenboven was hij Godvrezend, eerlijk en rechtschapen en onderhield hij met zijn vrouw en kinderen nauwkeurig de tien geboden.

"Maar Dame en Lieve Moeder van mijn ziel," antwoordde Mariana, "deze kleine en onzichtelijke mier zal nooit uw wezenlijke schoonheid kunnen overbrengen aan om het even welke beeldhouwer … Het is ten zeerste nodig dat één van de aartsengelen mij zou begeleiden bij het tot stand komen van dit Heilige Beeld dat U wenst."

De Hemelse Koningin stelde haar bezorgdheid gerust door haar te verzekeren dat Francisco del Castillo het zou beeldhouwen en dat haar engelen het zouden voltooien.

Opnieuw verzocht de non om Haar hemelse maten te mogen nemen. Zoals reeds eerder, nam de Allerheiligste Maria minzaam één eind van het koord en plaatste het op haar voorhoofd, terwijl Moeder Mariana het andere eind raakte van de miraculeus uitgestrekte koord tot Haar voeten. Maar deze keer, opdat de Heilige Maagd het uiteinde van de koord gemakkelijk op Haar voorhoofd zou kunnen houden, hielden de drie Aarstengelen de prachtige gouden lichtjes boven haar hoofd, om deze daarna terug te plaatsen met grenzeloze zorg en eerbied.

Nog steeds twijfelt Moeder Mariana: Onze Lieve Vrouw dringt aan

Bijna niet te geloven, maar na twee verzoeken van de Hemelse Moeder zelf, twijfelde Moeder Mariana nog steeds

Zij vreesde dat de Bisschop haar zou in twijfel trekken en bezwaren zou opwerpen tegen zo’n beeld. Ze vreesde ook dat de Indiaanse bevolking van Quito, die nog maar pas onderricht waren in de godsdienst en nog steeds neigingen hadden tot afgoderij, de verkeerde eerbied zouden hebben voor zo’n mooie weergave van de Moeder Gods.

Op de tweede februari van datzelfde jaar knielde Moeder Mariana voor het Heilige Sacrament neer en beëindigde ze haar gebruikelijke nachtgebed, toen ze in haar hart een mix van vreugde en vrees voelde opwellen.

Ogenblikkelijk bevond ze zich voor de Koningin van de Hemel, omgeven in een stralende gloed binnen een ovaal kader van glinsterende sterren. Mariana voelde een neiging om dit te ontvluchten, maar iets hield haar tegen. Ze zag de Oppermachtigste Koningin die haar streng aankeek, zonder het minste woord te zeggen.

Moeder Mariana smeekte Onze Lieve Vrouw om haar zo niet aan te kijken en beloofde haar dat ze alles wat Ze had bevolen ten uitvoer zou brengen, ook al zou het haar leven kosten.

Daarop berispte de Hemelse Moeder haar met geduld en vroeg haar waarom ze twijfelde en vreesde, ondanks haar weten dat Zij de Allermachtigste Koningin was. Ze verzekerde Moeder Mariana dat er geen enkel gevaar zou zijn van afgoderij, maar dat, integendeel, dit beeld enkel bedoeld was ten goede van het klooster, maar ook voor het volk in het algemeen door de eeuwen heen.

Toen smeekte Moeder Mariana de Heilige Moeder dat haar eigen naam zou verborgen blijven, zodat de eer enkel zou te beurt vallen om aan de Allerheiligste Maria om te worden vereerd.

Onze Lieve Vrouw willigde haar nederig smeken in en verzekerde Mariana de Jezus Torres dat de feiten over het maken van dit beeld en van Moeder Mariana’s leven enkel bekend zouden worden tijdens de twintigste eeuw.

Het beeld

Het verzoek van Onze Lieve Vrouw maakte een diepe indruk op de Bisschop en hij gaf Moeder Mariana een berisping omdat ze hem dat niet vroeger had medegedeeld.

Met de toelating en de volledige steun van de Bisschop, werd er contact opgenomen met Francisco del Castillo. De arme man kon zijn verbazing, vreugde en dankbaarheid amper verbergen, omdat hij door de Moeder van God zelf was aangeduid en vernoemd voor deze heilige opdracht. Hij weigerde elke betaling want hij beschouwde zichzelf volledig vergoed omdat hij alleen was aangeduid. Zijn enige vraag was dat zijn familie en zijn afstammelingen steeds verenigd in gebed met de Gemeenschap zou blijven.

Om het nodige materiaal te vinden voor het beeld verliet hij Quito, vastbesloten dat hij enkel zou terugkeren nadat hij het beste hout en de beste verf had gevonden dat het land te bieden had.

Moeder Mariana beschreef hem zo goed mogelijk het uiterlijk van de Hemelse Koningin zoals Zij aan haar was verschenen en gaf hem daarna de preciese afmetingen door. Volgens de berekeningen waren de afmetingen van onze Lieve Vrouw iets meer dan 1,75 meter.

Miraculeuze afwerking

In januari 1611, toen het beeld bijna klaar was en er nog enkel een laatste laagje verf en vernis dienden te worden aangebracht, bracht Francisco del Castello er van op de hoogte dat deze laatste afwerking de belangrijkste waren en dat hij er zeker wou van zijn dat hij het beste materiaal had. Hij zei dat hij binnen de twee weken, op 16 januari, zou terugkeren om het werk te hervatten na het ontvangen van de Heilige Communie.

Tijdens deze dagen werd er binnen de Gemeenschap over weinig anders gesproken dan over het heilige beeld dat bijna was voltooid, gezegend en in het klooster geplaatst als hun Koningin en Overste ervan.

In de ochtend van 16 januari, terwijl de zusters het hogerkoor naderden voor hun ochtendgebeden, hoorden ze een mooie melodie. Toen ze het koor binnentraden aanschouwden ze het beeld, omgeven door een hemels licht, terwijl de engelen "Salve Sancta Parens" zongen.

Ze zagen dat het beeld uistekend was afgewerkt en dat Haar gelaat bundels van het helderste licht uitstraalde.


Het beeld van Onze Lieve Vrouw van het Welslagen te Quito
Afwerking samen met de aartsengelen en de H. Franciscus van Assisi

Toen Francisco del Castello terugkwam en het beeld aanschouwde, viel hij neer op zijn knieën met de woorden: "Moeders, wat zie ik? De afwerking van dit dierbare beeld is niet van mijn handen. Ik weet niet hoe ik moet beschrijven wat er omgaat in mijn hart, maar dit is afgewerkt door engelenhanden." In feite lag de buitenste laag van het beeld op de grond.

De Bisschop die kwam om het beeld te zien en knielde, moest het bovennatuurlijk verschijnsel eveneens toegeven. Hij verklaarde plechtig dat het beeld was aangepast en verrijkt door andere dan mensenhanden. Nadien vroeg hij aan Moeder Mariana, die intussen opnieuw adbis was geworden, om te biechten te komen. Hij wist dat zij meer moest afweten van wat er was gebeurd.

Afgewerkt door Hemelse Handen

Daarop onthulde Moeder Mariana wat zich in de vroege uren van die zestiende januari had afgespeeld. Plotseling nam ze een groot licht waar dat de kerk en koor vulde, terwijl zij aan het bidden was. Zij had de aanwezigheid van de Allerheiligste Drievuldigheid in de kerk waargenomen en had hierbij de oneindige liefde begrepen van de drie Goddelijke Personen. Ook Maria was aanwezig, in Koninginnenpracht.

Daarop werd Zij geprezen door de negen engelenkoren die hun eerbied aanboden. De drie Aartsengelen, de Heilige Michaël, Gabriël en Raphaël knielden elk neer voor Haar en zeiden op hun beurt: "Gegroet Maria, dochter van God de Vader, Gegroet Maria, Moeder van God de Zoon, Gegroet Maria, de allerzuiverste bruid van de Heilge Geest. Daarop verscheen Francis met zijn heilige wonden die straalden als de zon. Toen hij het onvoltooide beeld naderde en zijn gordel van rond zijn middel nam, bond hij zijn gordel rond Haar middel en plaatste hierbij zijn geliefde Klooster van de Onbevlekte Ontvangenis, in haar handen en vroeg haar de beschermster, lerares en moeder van het Klooster te zijn in de moeilijke tijden die zouden komen.

Ondertussen schitterde het beeld als uit het midden van de zon. Zie daar en aanschouw: de Heilige Maagd naderde en trad het beeld binnen zoals de zonnestralen een doorzichtig kristal binnendringen. Op dat ogenblik werd het beeld levend en hief het magnificat aan!

Dit gebeurde om drie uur in de ochtend. Moeder Mariana zag ook haar tante, Moeder Maria Taboada, die haar feliciteerde voor alle genaden die haar en de Gemeenschap kregen toebedeeld. Opnieuw echter werden de moeilijkheden getoond die het klooster, vooral tijdens de twintigste eeuw, zou ondervinden. Ze sprak eveneens van de Heilige Zielen wiens namen reeds in de harten van Jezus en Maria gegrift waren en die niet enkel het klooster zouden handhaven, maar die eveneens rampen voor de mensen in die tijden zouden afwenden.

Op dit ogenblik kwam Moeder Mariana opnieuw bij bewustzijn. Ze aanschouwde het beeld, stralend en op een prachtige wijze afgewerkt.

Thuis

Om drie uur ’s ochtends van 2 februari 1634, had Moeder Mariana net haar gebeden beëindigd in het opperkoor, toen ze opmerkte dat de olielamp boven het tabernakel was uitgedoofd. Instinctief wou ze naar beneden in de kerk gaan om deze opnieuw te doen branden, maar door een ongekende kracht stond ze ter plaatse stil en kon ze geen stap meer vooruit zetten. Op dat ogenblik verscheen Onze Lieve Vrouw van het Welslagen met de Kleine Jezus in Haar linkerhand en de scepter in Haar rechterhand. Onze Hemelse Moeder naderde zachtjes en zei: "Mijn geliefde dochter, vandaag breng Ik u de aangename mededeling van uw dood, die zal plaatsvinden binnen elf maanden. Uw ogen zullen zich dan sluiten voor het materiële licht van deze wereld om zich vervolgens te openen in de schittering van het eeuwige licht. Bereid uw ziel voor zodat Ik u, zuiverder dan ooit, in volheid kan doen binnentreden in de vreugde van uw Heer."

En zo geschiedde. Moeder Mariana haar gezondheid begon achteruit te gaan, maar zij bleef haar kloosterverplichtingen nakomen tot zolang ze kon. Toch zou de tijd komen dat ze bedlegerig zou worden. Met de kennis van de dag en het uur van haar dood, bereidde ze haar bedroefde dochters voor op haar laatste reis naar de Eeuwigheid. Ze hing heen naar de Heer op 16 januari 1635 om 3 uur s’ochtends op de leeftijd van 72 jaar.

Rond één uur ’s nachts vroeg ze aan de Moeder abdis om de gemeenschap bijeen te roepen. Toen ze allen daar waren begon ze luidop haar prachtige testament te lezen, dat begon met het bevestigen dat ze zou sterven als een gelovige dochter van de Heilige, Roomse, Katholieke en Apostolische Kerk. Daaop herhaalde zij, met een bevende stem vol emoties maar eveneens vol kracht en vastbesloten, de woorden van haar Meester: "Het is nodig dat ik ga, maar ik zal mijn weeskinderen nooit verlaten. Ik ga tot mijn Vader en uw Vader, tot mijn God en uw God, en de goddelijke Vertrooster zal neerdalen om jullie te troosten."

Na het ontvangen van de Laatste Sacramenten sloot ze kalm, maar vol van liefde, haar ogen en hield ze op met ademen. Mariane de Jesus Torres was bij God.

Een Roos aan haar voeten

Wij kunnen niet nalaten een meest aangrijpend en gouden aflevering uit haar leven te vertellen als het einde van dit verhaal.

Meerdere jaren voorheen kwam er een bezorgde en aanstaande Moeder aan Moeder Mariana vragen om voor haar toestand te bidden, die als gevaarlijk werd gediagnoseerd.

Opgewekt en vriendelijk zoals altijd, gaf de heilige zuster haar wat anijswater waarmee ze reeds ontelbare ziekten had genezen, en verlichtte zij haar pijnen door haar te verzekeren dat ze een gezond meisje zou ter wereld brengen. De getrooste moeder vroeg daarop aan haar beschermster om voor haar kind te willen bidden.

Maria de Jesus antwoordde: "U hoeft niet om gebeden te vragen, want dit meisje behoort meer tot mij dan tot u. Het is een door God verkozen ziel die dit klooster zal welriekend maken met het aroma van haar deugdzaamheden. Breng haar dikwijls naar hier, want het is mijn wens om haar te zien. Zij zal mijn lichaam aankleden voor de begrafenis."

Zoals voorspeld werd er een mooi en gezond meisje geboren die de naam Zoila Blance Rose meekreeg. Op de leeftijd van tien jaar smeekte ze om te worden toegelaten tot het klooster waar ze reeds een voorbeeld was van deugdzaamheid, alsmede een straal zon door haar steeds vreugdevolle en onschuldige karakter. Haar kloosternaam werd Zoila Blanca Rose de Mariana de Jesus.

Toen haar geliefde Moeder voor een laatste maal ziek werd, werd ze toegewijd verpleegd door zuster Zoila. Maar de zonnestralen verdwenen van haar gelaat bij de gedachte dat ze zou moeten verder leven zonder haar Heilige Moeder.

Op een dag kwam ze stralend uit de ziektekamer. Toen haar naar de reden van zo’n ongepaste vreugde werd gevraagd, door het naderen van haar Moeders dood, vertelde ze dat Moeder Mariana had beloofd om haar mee te nemen met haar.

Terwijl Moeder Mariana’s lichaam opgebaard werd op het lager koor, omgeven door een overvloed aan bloemen, knielde zij neer aan de voeten van haar Moeder en legde haar hoofd op haar voeten. Na een tijd kwam de abdis haar vragen om een tijdje te rusten. Zij kreeg geen antwoord. Toen ze nader keken, zagen de zusters dat zij koud was en een mond vol bloed had. Onmiddellijk werd de dokter erbij gehaald. Na een grondig onderzoek was diens conclusie: "Ze stierf ogenblikkelijk aan een hartaderbreuk."

Alle bloemen die door de Regels werden voorgeschreven, die de zusters moesten dragen, werden opgebruikt voor Moeder Mariana. Met een geïmproviseerde lijkbaar droegen ze het snikkend en lofpijzend het lichaam van het jongste lid van de Gemeenschap naar het lagerkoor, ontdaan van de bloemen. Toen ze langs de binnenkoer kwamen, was deze in volle bloei met de prachtigste witte rozen. Deze sprongen in het oog door hun dubbele omvang. Hierop werd Zoila’s lichaam bedekt met deze rozen. Overladen met miraculeuze geuren werd haar lichaam bijgezet bij dat van Moeder Mariana.

Gezegend zij God in Zijn Heiligen!

Volgens de "Mystieke Stad van God," geschreven door Maria de Jésus Agreda, een andere Conceptioniste en mystica, werd de gezegende maagd ten hemel opgenomen op de dag van Onze Lieve Heer Hemelvaart, waarbij zij eveneens de keuze kreeg om te blijven of terug te keren naar de aarde om de jonge Kerk te helpen.

De profetieën van Onze Lieve Vrouw voor de twintigste eeuw

De "pauselijke onfeilbaarheid" zal als een dogma van het geloof worden afgekondigd door dezelfde paus [Pius IX], gekozen om het dogma van het mysterie van "Mijn Onbevlekte Ontvangenis" af te kondigen. Hij zal worden vervolgd en worden opgesloten binnen het Vaticaan door de inbezitneming van de Pauselijke Staten en door de kwaadwilligheid, afgunst en hebzucht van een aardse monarch [Koning Victor Emmanuel II].

Ongebreidelde lusten zullen de weg vrijmaken voor totaal ontaarde gewoonten, omdat satan wil regeren door de sekten van de vrijmetselarij, met als bijzonder doelwit de kinderen, om algemeen verderf te verzekeren.

Ongelukkig zullen de kinderen zijn van die tijden! Slechts zelden zullen ze nog de sacramenten van het doopsel en het vormsel ontvangen. Wat het sacrament van de Biecht betreft, zal er slechts gebiecht worden in Katholieke scholen, waarvoor de duivel tot het uiterste zal gaan door het gezag te vernietigen.

Hetzelfde zal geschieden met de Heilige Communie. O, hoe doet het mij pijn u te moeten zeggen dat er vele openbare en verborgen heiligschennis zal zijn!

De profetieën van Onze Lieve Vrouw voor de twintigste eeuw

In die tijden zal het sacrament van het Heilig Oliesel op grote schaal worden verwaarloosd … Velen zullen sterven zonder het te ontvangen, waardoor hun vele genaden, troost en sterkte in de grote overstap van de tijd naar de eeuwigheid zullen worden ontzegd.

Het sacrament van het Huwelijk, dat symbool staat voor de eenheid van Christus met de Kerk, zal ingrijpend worden aangevallen en worden ontwijd. De vrijmetselarij, die dan zal regeren, zal zondige wetten stemmen met als doel dit sacrament uit te roeien. Zij zullen het voor iedereen gemakkelijk maken om in zonde te leven en aldus de geboorte van onwettige kinderen, zonder de zegen van de Kerk, enorm doen toenemen.

Het vrijzinnige onderwijs zal bijdragen tot een schaarste aan priesters en religieuze roepingen.

Het sacrament van de priesterwijding zal belachelijk worden gemaakt, onderdrukt en geminacht omdat in dit sacrament zowel de Kerk als God zelf worden onderdrukt en beschimpt, daar Hij wordt vertegenwoordigd door Zijn priesters. De duivel zal alles doen om de dienaars van de Heer op elke wijze te vervolgen, door met grote geslepenheid te werk te gaan en aldus hun geest voor de roeping te vernietigen en velen tot het verderf te leiden. Zij die aldus aanstoot willen geven aan de Christelijke kudde, zullen aldus over de priesters de haat brengen van slechte Christenen en de vijanden van de Ene, Heilige, Roomse, Katholieke en Apostolische Kerk. Deze schijnbare overwinning van satan zal enorm lijden toebrengen aan de goede priesters binnen de Kerk en aan de Opperste Herder en Plaatsvervanger van Christus op aarde die, als een gevangene binnen het Vaticaan, in het verborgene bittere tranen zal laten in aanwezigheid van God, onze Heer, vragend om licht, vroomheid en volmaaktheid voor alle geestelijken in de wereld, van wie hij de Koning en de Vader is.

Ongelukkige tijden zullen er komen waarin zij die onverschrokken de rechten van de Kerk zouden moeten verdedigen zich, ondanks het licht, verblind in de handen zullen geven van de vijanden van de Kerk en hun bevelen zullen geven. Maar wanneer het kwade het kwade zal blijken te overwinnen en wanneer de overheden hun macht zullen misbruiken, door het begaan van allerlei onrechtvaardigen en door het onderdrukken van de zwakken, zal hun val nabij zijn. Zijn zullen vallen en neerstorten op de grond.

Dan zal de Kerk, vreugdevol en triomfantelijk zoals een jonge meid, opnieuw wakker worden en aangenaam worden getroost in de armen van mijn meest genegen en verkozen zoon van die tijden. Als hij oor heeft naar de bezielingen van de genade [één ervan is het lezen en uitdragen van de grote genaden die Mijn Zoon en Ik hebben gehad voor u] zullen we hem overstelpen met genaden en heel bijzondere gaven en hem groot op aarde maken en nog groter te worden in de hemel. Daar hebben we een dierbare zetel voor hem voorbehouden omdat hij, zonder acht te slaan op de mensen, gevochten zal hebben voor de waarheid en onophoudelijk de rechten van de Kerk zal verdedigd hebben, waardoor hij verdient om "martelaar" te worden genoemd.


Moeder Mariana tijdens haar visioenen

Tegen het einde van de negentiende eeuw en tijdens een groot gedeelte van de twintigste eeuw zullen er vele dwaalleren worden verkondigd in deze landen…

Het klein aantal zielen die in het geheim de schat en de waarden van het Geloof zullen vrijwaren zullen een gemeen, onuitspreekbaar en lang martelaarschap ondergaan. Velen zullen worden begraven door de geweld van het lijden en zullen onder de martelaren worden geteld die zichzelf opofferden voor het land en de Kerk.

Om bevrijd te worden van de slaverij van deze dwaalleren zullen zij, die door de genadevolle Liefde van Mijn Zoon zijn voorbestemd voor dit herstel, een grote wilskracht, volharding, moed en vertrouwen in God nodig hebben. Om het geloof en het vertrouwen van deze rechtvaardigen te testen zal er een tijd komen waarin alles lijkt verloren en verlamd te zijn. Dan komt er de gelukkige aanvang van het volledige herstel…

In die tijden zal de atmosfeer doordrengd zijn van de geest van onzuiverheid dat, zoals een smerige zee, de straten en de openbare plaatsen zullen overspoelen met een ongelofelijke instemming … Onschuld zal nog amper worden waargenomen bij de kinderen en evenzo in de zedigheid van de vrouwen.

Hij die ten gepaste tijde zou moeten spreken, zal stil blijven.

Er zullen amper nog maagdelijke zielen zijn in de wereld. De mooie bloemen der maagdelijkheid zullen hun toevlucht zoeken in de kloosters … Zonder maagdelijkheid zal er vuur uit hemel nodig zijn om deze landen te zuiveren.

Sekten, die in alle lagen van de bevolking zijn binnengedrongen, zullen wegen vinden om zichzelf voor te stellen in het diepste hart van de huizen om de onschuld van de kinderen te besmetten. De harten van deze kinderen zullen lekkernij zijn voor het feestmaal van de duivel.

Relgieuze gemeenschappen zullen blijven om de Kerk te ondersteunen en met moed te werken aan de redding van de zielen…de seculiere geestelijkheid zal tekort schieten in wat van hen wordt verwacht en dit omdat zij hun heilige opdracht niet zullen volgen. Door het verliezen van de goddelijke leidraad zullen ze zich verwijderen van de weg van het priesterschap dat voor hen door God is uitgetekend, en zullen ze toegewijd worden aan het geld, waar zij vurig zullen naar op zoek gaan. Bid voortdurend, smeek onvermoeid en ween bittere tranen in het binnenste van uw hart en verzoek het Eucharistische Hart van Mijn Allerheiligste Zoon om medelijden te hebben voor zijn volgelingen en om deze ongelukkige tijden spoedig te doen stoppen door het zenden van de Prelaat naar Zijn Kerk die de geest van de priesters zal herstellen.

Schilderij van Moeder Mariana de Jesus Torres y Berriochia ontdekt

23 februari 2010


Tijdens de vijftiende en de zestiende eeuw leefde er en bad er een Spaanse non in Quito, Ecuador. Haar naam was moeder Mariana de Jesus Torres y Berriochoa, een non van de Orde der Conceptionisten. Onze Lieve Vrouw verscheen aan haar en vroeg haar om een beeld te laten maken onder de titel "Onze Lieve van het Welslagen." Haar weinig gekende, maar buitengewone leven houdt een onmiddellijk verband met het beeld en de toewijding tot Onze Lieve Vrouw van het Welslagen.


Gedurende een lange tijd kende de mensen die vertrouwd waren met het verhaal van de verschijningen het schilderij van Moeder Mariana van toen ze jong was. Een ander schilderij van haar werd gevonden in de koorkapel van het klooster in Quito en toont de zuster op gevorderde leeftijd. Het werd geschilderd door een kunstenaar uit haar tijd. Tot op vandaag was het schilderij niet gekend buiten het klooster. Dit nieuw portret toont een andere kant van Moeder Mariana, waarin haar groot lijden en gevorderde heiligheid te zien is. Moeder Mariana overleed op 72-jarige leeftijd, op 16 januari 1635.

Einde

Vertaling: Chris De Bodt